Dl Sneeuw en haar Beteeken is
voor de Fotografie
Mislukkingen en hun Oorzaken
W ENKEN
Wanneer het s Winters Mistig is
1120
VERGEET DE VOORDEELEN DER GRATIS ONGELUKKEN-VERZEKERING NIET.
LICHT EN SCHADUW.
fotograaf geplaatst tegenover een motief, waarvoor
hij alle toonwaarden, die in de natuur voorkomen,
op zijn plaat kan vinden.
Dat wil nu echter niet zeggen, dat alle stemmingen,
die door den mist veroorzaakt worden, artistieke
beelden zullen moeten opleveren. Veeleer dient de
fotograaf, meer dan anders, zijn aandacht te wijden
aan de perspektivische uitwerking van zijn beeld,
d.w.z., hij moet er voor zorgen, dat het hoofdmotief
eenigszins duidelijk uit den achtergrond, die in den
nevel verdwijnt, te voorschijn komt.
Uit een zuiver technisch oogpunt kan men nog
opmerken, dat als bizonder geschikt voor opnamen
bij mist moeten geacht worden niet al te gevoelige
platen, die ook bij langdurig ontwikkelen geen nei
ging tot sluieren vertoonen.
Uit „Agfa-Fotoblatter."
DOOR Dr. A. E Y E R M A N N, DORTMUND.
Sedert het den platenfabrikanten gelukt is, een
emulsie te verkrijgen, die het blauw in de natuur,
wat zijn toonwaarde betreft, op een juiste wijze weer
geeft, is de winter de vriend van den fotograaf ge
worden. De ontwikkeling van de wintersport leidde
er toe, dat velen, die van de natuur houden, naar
streken trokken, die tot dusverre in den barren
wintertijd angstvallig gemeden werden. Het lag nu
voor de hand, dat men verlangend was, den huis-
genooten, die niet konden meegaan, iets van deze
schoonheden en van de wintervreugde zwart op
wit te laten zien.
De eerste resultaten van dezen aard waren echter
in den werkelijken zin van het woord „zwart op wit"-
produkten uit een groot wit vlak staken zwarte
boomen als palen omhoog in een hemel zonder wolken I
Maar zooals steeds in het leven eerst de behoefte aan
iets meer volmaakts de drijfveer tot nieuwe daden is,
was ook hier het verlangen naar iets, wat nog niet
aanwezig was, één van de oorzaken, waaraan wij
de orthochromatische (d.w.z. „de toonwaarden op
een juiste wijze weergevende") plaat te danken
hebben.
Het zou nu verkeerd zijn, te meenen, dat schilder
achtige sneeuwopnamen onvoorwaardelijk gebonden
zijn aan de wereld van het hooggebergte. Veeleer
biedt de vlakte en zelfs de zich ver uitstrekkende
heide motieven, die in hun eenvoud even aan
trekkelijk zijn als het reusachtige panorama, dat een
keten van met sneeuw bedekte, hemelhooge bergen
vertoont.
In verband met de ontwikkeling, die de fotografie
in de laatste jaren heeft beleefd, is het wel niet noodig,
hier veel over de waarde van de orthochromatische
plaat en van het daarbij behoorend geelfilter te zeg
gen. Alleen dient steeds weer
gewezen te worden op een bepaal
de fout, die zoo dikwijls bij het
aanwenden van het geelfilter be
gaan wordt. Velen denken n.l.
verkeerdelijk, dat hoe verblinden
der de wolken aan een donker-
biauwen hemel staan en hoe don
kerder de blauwe schaduwen in de
sneeuw tegen het schitterend wit
afsteken, des te donkerder het
geelfilter moet zijn. Een goede
orthochromatische plaat, b.v. de
Agfa-Chromo- Isorapid-plaat, geeft
immers reeds op zich zelf het
blauw en het wit in een juiste
verhouding tot elkander weer,
zoodat htt geelfilter meestal al
leen het perspectief benadeelt
en den belichtingstijd nnnoodig
verlengt.
Veeleer is een geelfilter alleen
dan op zijn plaats, indien men
meent, dat het lichte blauw niet
op een voldoende wijze tegen het
wit van de sneeuw of de wolken
afsteekt.
Wanneer men dezen grondregel
in acht neemt, dan is het zelfs
mogelijk, bij het aanwenden van
lichtkringvrije platen de zon in
het beeld weer te geven en tegen-
lichtopnamen in den vorm van mo
mentopnamen te verkrijgen.
Maar niet altijd biedt den op
een motief belusten fotograaf het
sneeuwvlak een onderwerp, waar
van de eentonigheid verbroken
wordt door de aanwezigheid van
een of andere figuur. Dit gebrek
aan of wel het geheel ontbreken
van details is een gevaar voor
het fotografeeren in den winter.
Een interessante stoffeering vor
men b.v. elkander met sneeuw
ballen gooiende kinderen. Ook
kan de natuur den 's nachts
ontstanen rijp, een door den
fotograaf geliefd motief, te voor
schijn tooveren.
Uit „Agfa-Fotoblatter".
Het bruinworden der vinger
toppen kunt u voorkomen, door
ze dun in te wrijven met
bijenwas. Men zij dan wel voor
zichtig en rake de gelatinezijde
der plaat zoo min mogelijk aan.
Dit zou vlekken veroorzaken.
WITTE STREPEN EN STIPPEN OP DE AF
DRUKKEN.
Kleine witte punten en strepen, die soms op foto's
zichtbaar zijn, zijn een gevolg van de aanwezigheid
van vreemde partikeltjes (papiervezels en kleine
stofdeeltjes), die gedurende het belichten tusschen
den afdruk en het negatief lagen. Dit kan gebeuren,
wanneer men groote formaten van het afdruk-papier
tot kleinere knipt of snijdt. Aan de randen blijven
dan soms kleine papiervezeltjes hangen, die bij het
inleggen van het papier in het chassis geraken.
Dezelfde misstand kan ook intreden, wanneer op
een of andere wijze haren of draden op het negatief
geraken, dat in het chassis gelegd wordt. Men kan
deze fouten vermijden, door de plaat in het chassis
af en toe met een zachten doek af te vegen.
DOOR Dr. A. EYERMANN, DORTMUND.
Wanneer het in den winter mistig begint
te worden, dan komen weldra de dagen, waarin
bij vele amateurs de camera haar winterslaap begint,
waaruit zij hoogstens nog op kerstmisavond door
een bliksemlichtopname onder den kerstboom wordt
opgeschrikt.
De kleurenpracht der boomen
in den herfst is al lang door de
stormen afgerukt en rot weg in
den modderigen grond. In plaats
van den schilderachtig afgeronden
vorm van het bladerdak steken
kale, hoekige gedaanten als be
zems in de lucht omhoog. Waar
in het voorjaar de bloesemweelde
ons oog verrukte en in de laatste
dagen van den herfst de herfst
tijloos en andere nakomers van de
natuur nog eenige warme tinten
in het landschap tooverden, waar
in de lentelucht teere schapen
wolkjes op een blauwen achter
grond door de lucht zweefden en
in zomer en herfst dreigende
onweers- en stormwolken aan het
landschap een dramatisch voor
komen verleenden, daar heerscht
nu overal een eentonig grijs. Als
nu bovendien nog de mist van den
winter komt opzetten, dan wordt
aan het oog bij dit weinige ook
nog het ui&icht in de verte be
namen.
Deze en dergelijke overwegingen
kunnen wel een zekeren invloed
uitoefenen op een jong amateur,
die er geen helder begrip van heeft,
dat nu juist hier de natuur een
ruim veld voor zijn werkzaamheid
heeft geschapen.
In landen, waar mist een veel
vaker voorkomend verschijnsel is
dan bij ons, heeft men echter
reeds vroeger ingezien, dat de
natuur niet slechts daór bekoor
lijk is, waar zij ons haar vollen
rijkdom aanbiedt, maar in niet
mindere mate, wanneer zij dien
wijselijk onder een sluier verbergt.
Er bestaat wel geen stemming,
waar de fotograaf zóó goed uit
gerust tegenover staat, als ten op
zichte van de natuur, die zich van
alle kleur ontdaan heeft en daar
grijs vóór ons ligt.
Den leek schijnt het toe, dat
de natuur, moede van haar werk,
een sluier over haar werkplaats
heeft gespreid, om eens van haar
verkvnstend scheppen en geven
uit te rusten. Inderdaad is zij
echter hier misschien de groot
ste kunstenares, omdat zij het
veelvormige, onrustige in een
vereenvoudigde gedaante onder
geschikt maakt aan een en de
zelfde gedachte. Hier wordt de