In een Angstig Oogenblik
JMMXBE
Door Ellif van Hulshout
1108
GROOT-ROTTERDAM
Op het eiland Walcheren heeft men veel last van het hooge water. Een electrisch of stoomgemaal zou vast geen overbodige luxe zijn. In de omgeving van Hoogelande staan groote uitgestrektheden
geheel blank. (Deze foto's kwamen te laat voor het nummer van de vorige week.)
Vlug, mijn geweer! De „Nachtuil" zit me met
de boeien achternariep Driek Bonten tot
zijn vrouw, die aan de deur van hun huisje stond.
Ze snelde naar binnen, keek vluchtig naar de wieg
en alvorens haar man het haar beletten kon, vuurde
zij door het open venster met een revolver op den
boschwachter, die door het schot getroffen op den
weg neerviel.
„Verd.... vloekte Driek. „Dat is raak, wijf!"
,Zou hijzou hijvroeg ze hijgend. Het
woordje „dood" durfde ze niet uitspreken.
Driek was naar buiten gesneld, na eerst rond
gekeken te hebben en ontknoopte de kleeding van
den gewonde. Hij legde zijn oor op de hartstreek en
mompelde
„Morsdood, morsdood verd
Trui stond te kiiken en durfde niet naderkomen.
Ze had een moord begaan, een moord Ze huiverde
en dacht aan de gevangenis, aan jaren opsluiting
en Franske, haar kindie, dat dan alleen zou zijn.
„Sta daar niet te suffen," snauwde
Driek. „Help me liever! Ze zullen mij
de schuld geven, dat zullen ze
„Ik, ik deed het," klonk het gesmoord
van Trui's lippen. Ze beefde en haar
gelaat was zoo wit als dat van den
doode.
„Zwijg, wijfNiemand heeft het ge
zien, niemand Pak aan
Terwijl beiden het lijk een weinig
verschikten, alsof het schot van een
andere richting gekomen was, ver
volgde Driek
„Ik zal den dokter en den burge
meester waarschuwen en jij hebt niets
anders te doen dan intusschen de re
volver in het wiel in de weide van
boer Coppens te gaan gooien, maar zorg,
dat niemand het ziet, want dan draai
jij minstens voor twintig jaar de doos
in. Laat mijn geweer hangen en zwijg als het graf.
Zóó kan er niets bewezen worden. Ga daarna hei
snijden bij de „Jagershut" en kom met een flinke
vracht terug."
Trui deed wat haar bevolen werd en begaf zich,
na de deur gesloten te hebben, met haar kind op weg.
Omzichtig rondkijkend liep ze de weide in tot bij
het wiel en wierp het wapen in het troebele, met
eendenkroos bedekte water. Toen sloeg zij den weg
in naar de uitgestrekte heide, haar door Driek aan
gewezen.
Het huisje van Bonten, bestaande uit leem en
hout en door de dorpsbewoners het „Stroopershol"
genaamd, stond aan den boschkant, een goed half
uur van het dorp. Het was bekend als het vereeni-
gingsoord van smokkelaars en stroopers, die Driek
om zijn onverschrokkenheid als hun aanvoerder
beschouwden. De dorpelingen noemden hem nooit
De hofsteden van de famielies de Korte en gebr. Verhage bij de Hazenberg zijn alleen per bootje te bereiken.
anders dan „de strooper". Driek naderde het dorp
en verspreidde met groote drukte het nieuws van den
moord.
Weldra stond de gansche gemeente op stelten en
voerde Driek, als een groot veldheer, een flinke
troep menschen aan, die hem naar de plaats van den
moord volgde.
Hij had aanstonds bemerkt, dat men hem voor den
moordenaar hield, doch met opgeheven hoofd en
vrijen blik keek hij rond en stond elkeen te woord.
D.' burgemeester hield de menschen zooveel moge
lijk op afstand, totdat de dokter het onderzoek ge
ëindigd had.
Weenend knielde de weduwe bij 't lijk, terwijl 't hoofd
der gemeente eenige vragen tot den strooper richtte.