De Bruggen van jVotterdam 1130 GROOT-ROTTERDAM Hoe men op den Coolsingel reclame maakt: ellenlange doeken met koeien van letters. Als dat geen resultaat heeft, helpt niets meer. hooren te keer gaan. Ja, 't was zelfs zoo sterk, dat hij, toen de brug eenmaal was dichtgedraaid, den brugwachter een flinke oorvijg verkocht, omdat de man, naar de meening van den ongeduidigen mijn heer, zijn werk véél te langzaam had verricht.... 't Is natuurlijk ongeoorloofd, maar 't wijst ten minste op temperament. Maar jullie Rotterdammers...." »Ja>" gaf t°e> Rotterdammers vormen een gemoedelijk ras." Ik hoorde achter mij een hevig gekuch, hetwelk mij onwillekeurig deed omzien. Dan blikte ik in het gelaat van een mijnheer, die, hoewel hij „in burger" gekleed was, er tamelijk zeemansachtig uitzag. Waarschijnlijk behoorde hij tot het gilde der koop- vaardij-officieren, die, naar men weet, in Victoria vaak geziene bezoekers vormen. „Neein mij niet kwalijk, dat ik mij even in uw ge sprek meng," zeide de zeerob, „maar wat u daar zoo even vertelde over die gemoedelijkheid, is klinkklare onzin De geduldige berusting, waarmede die man daar straks voor de twee bruggen wachtte en het bootje voor zijn neus zag wegvaren, was geen gemoe delijkheid, maar heel iets anders." „Wat dan vroeg mijn neef uit den Haag, belang stellend. De zeerob schoof een stoel bij en bracht zijn half gevuld glas naar ons tafeltje over. ,,'t Is niets anders dan eerbied voor de scheepvaart," legde hij uit. ,,'t Is den Rotterdammer ingeboren, dat hij en al zijn medeburgers moeten leven van de scheepvaart. Voor de belanget van de scheepvaart heeft hij dan ook alles over en desnoods zal hij graag drie uren per dag geduldig-wachtende voor openge draaide bruggen doorbrengen, wanneer hij daardoor bereiken kan, dat een scheepje 'n halven dag eerder op zijn bestemming kan aankomen 1 Hebt u wel eens de oneindige rij van wachtende menschen gezien in de van der Takstraat en aan het Stieltjesplein, als de Koninginnebrug is opengedraaid En hebt u wel eens één ernstig, werkelijk ernstig hooren mop peren Neen immers U moet maar eens naar de ge sprekken van de wachtenden luisteren Aller aandacht concentreert zich op de Rijnaken, de baggermachines, de sleepbooten, de groote schepen, die statig de Maas komen afzakken. Allen gloeien van trots over de groeiende scheepvaartbeweging. En daarvoor hebben zij gaarne een half uurtje wachtens over. De Rot terdammer leeft mee met zijn haven- en scheepvaart beweging." De zeerob dronk zijn glas leeg, liet ons bereidwillig een nieuwe hartversterking voor hem bestellen en ging dan voort „Dat is nu allemaal wel heel prachtig, maar..je kunt ook overdrijven. Ik vind 't uitstekend, dat voor de zee- en Rijnvaart door de Rotterdammers iets wordt opgeofferd, maar ik vind 't belachelijk, die teedere zorgen ook uit te strekken tot elk onnoozel Wij zaten heel genoeglijk vóór het raam in „Vic toria", hetwelk, zooals iedere Rotterdammer natuurlijk weet, gelegen is aan de uiterste grens van de Leuvehaven, daar, waar lijn 4 haar eindpunt vindt, en staarden over de wijde watervlakte van de Maas. Er was een gekrioel van tallooze sleepbootjes met de bekende witte en oranje banden rondom de pijpen daartusschendoor bewogen zich statig enkele grootere schepen, terwijl op verschillende andere zeekasteelen, die rustig op de rivier lagen gemeerd, het levendig bedrijf van laden en lossen hoogtij vierde. Mijn nicht uit den Haag voelde haar aandacht ge boeid door de krachtige gestalte van den politie-agent, die op den aanlegsteiger van het heen-en-weer-bootje net verkeer der inkomende en uitgaande passagiers regelde, terwijl mijn neef uit de hofstad zijn blik iets meer naar links gewend hield in de richting van de groote brug, welke Boompjes en Leuvehaven verbindt en die, na eenigen tijd te hebben opengestaan, thans langzaam dichtgedraaid werd. „Een mooi uitzicht heb je hier," merkte ik op. Nicht knikte, doch neef hield zijn aandacht onaf gebroken gericht op de brug, waarvan thans de hek ken ontfrtoten werden. Zóó gespannen was zijn opmerkzaamheid, dat ook wij onwillekeurig onder den indruk kwamen en mede tuurden in dezelfde richting. „Wel, alle deksels," riep neef plotseling uit, „zoo'n arme, ongelukkige, stumperige pechvogel," willen halen, dat naar den overkant van de Maas vaart," zeide ik. Op datzelfde oogenblik stiet het be wuste bootje een triomfantelijken fluitkreet uit en zette zich langzaam in beweging. De man, die haast had, stond nog altijd voor brug No. 2. Gemoedelijk volk toch, die Rot terdammers," verbaasde zich nicht. „Kijk nu dien man gensje kunt de teleurstelling op zijn gezicht lezen en toch toont hij een bijna fatalis tische berusting. In iedere andere stad zou een man, die twee bruggen achter elkander pardoes vóór zijn neus ziet opengedraaid en het veer- bootje vlak voor ziin hunkerend oog ziet wegvaren, in rizen, tieren en schelden uitbarsten. Maar hier in Rotterdam vinden de menschen zoo iets héél gewoon.' „Dan moet je bij ons in den Haag komen," viel neef in met een tikje trots. „Ik heb eens een mijnheer mee gemaakt, die van den Rijswijkschen weg kwam en den trein moest halen aan het Station Hollandsche Spoor. Nu, die mijnheer moest tien minuten wachten voor de geopende Laakbrug. Je had dien kerel eens moeten De reclame op den Coolsingel is op zich zelf niet zoo leelijk, maar wij zouden toch wel gaarne zien, dat deze reclame-makerij niet ontaardde in een algeheele ontsiering van Rotterdams Boulevard. Wij keken verbaasd op. „Wat bedoel je vroeg ik. Neef wees met zijn langen, inageren vinger, die bij het bewegen im mer een ietwat krakerig geluid afgaf, naar een man, die zoo juist de dichtgedraaide brug ge passeerd was en nu met een onmiskenbaar smar- telijken blik op zijn hor loge keek. „Die man," verduide lijkte neef, „kwam op een holletje aangerend, juist toen de hekken van de groote brug vlak voor zijn neus gesloten werden. Je kunt aan zijn geheele houding zien, dat hij heel veel haast heeft. Tien minuten heeft hij voor die brug moeten wachten en, toen hij eindelijk er over kon passeeren, werd op hetzelfde oogenblik de tweede brug, hier vlak vóór ons. opengedraaid." „Ik denk, dat hij het heen-en-weer bootje heeft Ontsierende reclame in Rotterdam. Hoe langer hoe meer worden de straten den laatsteh tijd door schreeuwend leclljke reclame ontsierd. Op bovenstaande foto is duidelijk te zien, hoe op den Coolsingel, nabij de Oclftsche Poort, geheete gevels achter reclame-doeken schuil gaan

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1928 | | pagina 2