18 ONS ZEELAND Er was een Fransche geestelijke naar Landbrook gekomen, die meedeelde dat hij de vroegere ziele- verzorger van den gevangene Antoine Gabrielle was. PRIJSRAADSEL Er was een opgewekt gezelschap van Fransche lo gees en Landbrooksche notabelen waaronder kolonel Lakeside natuurlijk niet ontbrak bijeen in de salons van het buiten van Madame Monsane. De charmante, pittige gastvrouw was het middelpunt van de conver satie en niemand zou gezegd hebben dat er op dat oogenblik maar één ding haar gespannen belangstelling had. de klok. Er was nog iemand die zijn volle attentie bij den voortschrijdenden tijd had. Dat was Antoine Gabrielle, juweelendief en valsche munter, die geduldig in zijn cel wachtte tot hij de dorpsklok acht uur hoorde slaan. Toen stond hij langzaam van zijn bed op, haalde het pakje, dat hij bij het bezoek van den priester gekregen had, uit den poot van zijn bed. Hij pakte het uit en vond de twee sleutels die hij verwacht had. Toen ging hij naar de celdeur en luisterde. Om acht uur had juist een bewaker zijn ronde geëindigd en voor half negen zou er geen weerkomen. NMRDF Pont STOOMBOOT ONDERNE RVO^EL yETREK <?uuRA 'vflRQflRlEN hun „week-end" bij haar passeeren en ze zou het zeer op prijs stellen haar vriend den kolonel aan hen voor te stellen. Er bestond niet de minste reden om aan de waar heid van deze mededeeling te twijfelen en de com mandant maakte dan ook geen bezwaar om den braven Franschen priester, die zich zoo sterk geroepen voelde om de ziel van het afgedwaalde schaap zijner kudde te behouden, toegang tot de cel van den Franschen juweeldief te geven. Tijdens het gesprek liep buiten een bewaarder op de gang heen en weer, die voort durend door den openstaanden spleet in de cel naar binnen keek. Juist toen hij weer voorbij gestapt was, stak de „priester" den gevangene snel een klein pakje toe. Gabrielle nam ijlings een gedeelte van een poot van zijn houten bed weg, waardoor een ruw wegge sneden, kleine holte openkwam. Het pakje verdween in die holte en toen de wachter weer naar binnen keek, zag hij niets dan een ernstig vermanenden priester en een ootmoedigen luisteraar. havengezicht. Hoeveel fouten zitten er in deze teekening? Oplossingen inzenden vóór 3 April bij de Administratie van „Ons Zeeland". In de oplossing de fouten als volgt aan te geven No. 1 rook naar rechts wimpels naar links. No. 2 man zonder oog. No. 3 enz. Uitvoeriger hoeft niet, maar wel de fouten nummeren, dan is het voor ons duidelijk genoeg en kunnen we makkelijk nagaan of jullie alle fouten hebt gevonden Voor goede oplossingen van kinderen tot 14 jaar stellen we een 5-tal jongens- of meisjes boeken beschikbaar. slaap was. Snel opende ze de deur, waarachter Cé- leste reeds in afwachting stond. De beide vrouwen naderden den slapenden man en met een voor zoo'n deftige dame als madame Monsane minstgenomen ver dachte handigheid haalde laatstgenoemde den sleutel bos uit zijn zak. Ze herkende direct de twee sleutels die zij noodig had den looper om de celdeur te openen en den eigenaardig gevormden sleutel van de achter-uitgang. Deze twee zijn het, Céleste. maar schiet een beetje op de slaappoeder zal zoo heel lang niet meer werken. Madame zette zich in een stoel en had geen oog van den slapenden man. Na een minuut of wat kwam het meisje terug. Zijn de afdrukken klaar vroeg Mevrouw. Het is in orde. Prachtig Madame Monsane liet de sleutels in den zak van den kolonel terugglijden. Toen deze na een poosje ontwaakte, stamelde hij verwarde excuses, maar Madame praatte zoo lief en begrijpend over zijn zwaren dienst en de plotselinge warmte na den rit door den kouden mist, dat de goede man zich al gauw weer op zijn gemak voelde en hij voelde zijn bewondering en waardeering voor zijn ver gevensgezinde en gemoedelijke gastvrouw nog toene men. En zij zette de kroon op haar goedheid door hem uit te noodigen den volgenden Maandag-avond bij haar te komen doorbrengen er kwamen vrienden Gabrielle opende behoedzaam de celdeur en gluurde zorgvuldig-spiedend de gang af. Deze was volkomen verlaten. Antoine sloop uit de cel en sloot de deur van buiten voorzichtig weer af. Aan het eind van de corridor was de deur, die naar het buitenterrein voerde en waarvan hij eveneens een sleutel had. Nauwelijks een seconde was verstreken, toen An toine Gabrielle weer in de mistige avondlucht stond. Hij ademde diep. Hij was vrij In de verte zag hij vaag het ijzeren toegangshek en het verlichte portiers huisje. Dien kant moest hij niet uit Hij kroop naar een plaats bij den buitenmuur, waar een hoopje struik gewas stond. Hij floot zacht.... geen seconde later werd een touwladder over den hoogen muur geworpen en nog weer een moment later stond hij aan den an deren kant. Vooruit, mon ami, zei een stem. Ah begroette Antoine zijn redder. Je hebt voor deze gelegenheid je priestergewaad maar uitgelaten, hè spotte hij. Tien minuten later was de vluchteling in het huis van zijn vrouw.van Madame Monsane, zooals ze in Landbrook heette.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1928 | | pagina 18