VAN ONS ZEELAND de BEVOLKINGS- jj= M VERMINDERING IN ZEELAND Hofjesleven in Viissingen. HOP- van Loenhoud en A. J. de Meij te Ovezande waren 4 Mei 55 jaren in den echt verbonden. De heer De Veer, wethouder te Middelburg, schrijft ons Tot mijn spijt, kan ik aan uw verzoek niet voldoen. Het zou mij te veel tijd kosten een studie te maken over de Zeeuwsche bevolkingsvermindering, nog daar gelaten, dat ik het allerminst zou aandurven in verband met die bevolkingsvermindering de toekomst van Zee land te bezien, of middelen aan te geven om aan die vermindering een einde te maken. Maar wel wil ik u mijn meening doen kennen om trent de oorzaken, die medewerken tot de bevolkings vermindering, althans de niet-toeneming van Middel burg. Ik zou er twee willen noemen: 1, De afneming van de grootte der gezinnen: Ik heb nagegaan sinds 1898 de bevolking en het getal kinderen, dat de scholen voor lager en ulo-onderwijs bezocht. Het grootste getal kinderen treft men in 1904, n.l. 3070, toen de bevolking 19191 zielen bedroeg. In 1925, toen de bevolking nagenoeg gelijk was, (19167 zielen), bedroeg het aantal kinderen 2468 of circa 20 pet. min der. Ofschoon het geen absolute maatstaf is, wijst het m.i. toch onmiskenbaar op een vrij sterke vermindering van het getal kinderen per gezin. Ook het geboortecijfer wijst in die richting. In 1904 waren er 431 geboorten, in 1925 daarentegen 323. 2. De malaise in de industrie. Middelburg is een betrekkelijk kleine stad met weinig industrie. Gaat het die industrie minder voorspoedig, dan ontslaat zij eerder werklieden, dan dat zij meer- dere aanneemt. Bevolkingsaanwas vindt geen werk en zal trachten elders werk te vinden. Ook onder hen, die werkeloos worden, zullen er zijn, die de gemeente verlaten. Het verdrijven der vliegtuigen-fabriek uit Veere, de malaise bij de meelfabriek, Vitrite e.a,, hebben in de laatste jaren medegewerkt tot vermindering der inwoners. Naast deze twee factoren komen nu nog de grenzen van Middelburgs grondgebied, die uitbreiding der be bouwing naar een bepaalde zijde beletten, en de ver- sobering van overheidsdiensten, die het aantal amb- tenaren in de laatste jaren eer af dan toe deed nemen. Geen van beiden zijn van groote beteekenis, maar in een gemeente, waar gedurende de laatste 30 jaren de bevolking schommelt tusschen 19582 (1909) en 18433 (1917) doen zelfs kleine oorzaken hun invloed gevoelen. Cornelia Hoek van Dijke te Ellewoutsdijk, herdacht 5 Mei den dag waarop zij voor 4U jaar als huishoudster bi] Uebr. J. en A. Huijsen aldaar, in dienst trad. 'k Nam nog een tweede foto, waarop de kinderen als „gasten" voorkomen, en vertrok. Van een andere bewoonster vernam ik later nog, dat alle huisjes, op twee na, bewoond worden door weduw vrouwen. Een ander kamertje, dat ik nog eens bezocht, was

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1928 | | pagina 2