ED MAISON CODI Zomersproeten Sprutol Bij alle Drogisten Hoeden, Mantels en Japonnen 4 ONS ZEELAND rende de zomermaanden enkele godsdienstige samen komsten gehouden. Door de vreedzame rust, die hier steeds heerscht, wordt dan de gewijde stemming niet weinig verhoogd. Moge onze Scheldestad bij zijn groote uitbreiding van de laatste jaren, nog lang in 't bezit blijven van deze, door de jaren „gewijc'e' plekjes, die zoo'n mooie getuigenis afleggen van weldadigheid, en liefde tot zijn medemenschen, in vroeger dagen. VI. N. dwijnen spoedig door een pot Bij het schrijven op advertentiën wordt men beleefd verzocht „Ons Zeeland" te vermelden. Deze keer ga ik u weer verkwikken met een reeks mode-nieuwtjes. Mijn gevoel zegt me, dat het u niet onaangenaam is. Een bezoek in een van onze grootste hotels aan een Brusselsch modehuis, heeft me weer de noodige stof hiervoor gegeven. Even vertellen, dat, toen ik door de groote hall liep, mijn oog getroffen werd door een luxieus vitrine waarin de meest verfijnde flesschen parfum. Natuurlijk moest ik even m'n licht opsteken, want deze vitrine kende ik er niet. ,,A1 deze parfums zijn van Chanel", werd me ver teld. De groote Parijsche mode-huizen hebben alle hun eigen parfums. Worth, Drécoll, en nu weer de fameuse Chanel. ,,Duur?" vroeg ik zoo langs m'n neus weg. „In verschillende prijzen. Deze b.v.," er werd me een tamelijk groote flesch getoond, „deze kost fl. 180! Honderd tachtig gulden! „En.en worden die verkocht?" vroeg ik amechtig. „Ja, ze worden verkocht en niet alleen aan Ameri- kaansche dollar-prinsesjes, maar ook aan Hollandsche weelde-vrouwt j es 't Most niet maggel! Ik stevende door, je voelt, dat het profanatie is om met je eenvoudige morgen-ensemble voor zulk een weelde-paleis te blijven toeven! Madame D. die vier maal per jaar haar schitte rende collectie naar onze hoofdstad brengt en die in de drie dagen van haar verblijf de chique èn rijkdom van Amsterdam van al wat tot het toilet van Madame behoort, voorziet, ontving me met de gratie en voor komendheid waarmee ze dit immer doet. Terwijl ik de mooie toiletten bekijk, reikt ze me tel kens weer kleine mode-raffinementjes aan om die te beschrijven. Ze hangen en liggen op de groote toilet tafel. Daar is b.v. de foulard-fichu, die tegenwoordig zoo veel gedragen wordt en om den hals in een strik opzij gelegd wordt. In zwart met witte of gele moezen, op het midden van den strik een toef gele of witte bloe men. Meestal is de groote capeline die zoo heerlijk tegen de zonnestralen beschermt, gegarneerd met de zelfde zijde. Een beeldige col van mollenbont (dè zomerdracht) had een groote bloem van „coquille d'oeuf", de nieuwe modekleur en tamelijk breede brides van zijde in de zelfde tint, die losjes toegestrikt werden. Dit is eens 'n variatie op den vos en op een licht zomer-toiletje doet zoo'n hooge, geplooide col het bizonder goed. Om een eenvoudige robe hèt cachet te geven, werd me „een garnituur" getoond, dat bestond uit een breede zijden ceintuur met groote lussen op zij, een zakdoek van chiffon met fijne kant omzet en een lang afhangen den bloemslinger, waarvan de bloemen van mousseline en fluweel, alles in één tint, in een lila-rose-paars, eigenlijk de kleur van glycines. Een berthe van heel fijne zwarte kant, ook al om een robe wat op te fleuren, werd afgesloten met een zacht- rose pioenroos. Een ander raffinement je was de smalle, platte tasch van crêpe de Chine imprimé in donkerblauw, waarbij een das-fichu en een ceintuur behoorde van dezelfde stof. Het streven om alles zooveel mogelijk te laten harmonieeren, geeft bizonder mooie effecten. Nu ga ik u een paar avond-toiletten beschrijven, die ik zag. Daar was dan allereerst het schitterende toilet van zwarte tulle, bezaaid met gouden nopjes. De taille er van was strak en viel tot over de heupen, als een casaque, de hals-uitsnijding puntig, zonder mouwen. Het rokje bestond uit twee uitwaaierende volants, de bovenste van de tulle van de taille, met gouden nopjes er op, de onderste van effen zwarte tulle. Deze eindigde in een draperie, die tot het schoentje viel. Van zee-groene moire was de robe, die aan beide kanten een draperie had. De eene viel op zij tot ver over de knie, de andere was op de heup getrokken door twee ringen van strass. Een toilet van mousseline in hei-rood met bouquet- ten van licht en donker grijs, viel van achter in een lange, golvende draperie, van voren maar even over de knie. Over de in een punt vallende taille was een fichu gelegd van effen roode mousseline. Een zwarte robe van tafzijde was geheel geborduurd met wit-zijden bloemen en zilver pailletten. Op een onderkleed van witte crêpe Georgette een robe van rêpe imprimé in licht en donkergrijs. Een ander toilet van zwarte crêpe satin, had een berthe van fijne kant, die van achter tot in de taille viel. Het rokje in drie volants van zijde vallend, iedere volant afgezet met een smal kantje had opzij een lang afhangende draperie van kant. In een volgend babbeltje hoop ik u te vertellen wat ik aan hoeden en middag-jurken zag. E. B. B. LANGE DELFT B 125 MIDDELBURG Tel. 559 GROOTE SORTEERING IN HET BETERE GENRE TEGEN ZEER VOOR- DEELIGE PRIJZEN ATELIER VOOR HET VERVAARDIGEN EN VERMAKEN VAN HOEDEN EN COSTUMES

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1928 | | pagina 4