A. LE COINTRE, WAL 58
Dames- en Hinderhoeden
MIDDELBURG
Exposeert
in alle prijzen
Deze RECLAME-TUINBANK wordt U geleverd voor den prijs
van f6.50 ongeschilderd, in lakverf f 10.-
C. DE PLAA ZONEN, VEERSCHE WEG T 235, MIDDELBURG
ONS ZEELAND
17
KISMET
door
J. P. B a 1 j
De
Ned
was
heer W. N. Bouman, machinist der
Spoorwegen te Souburg woonachtig,
18 Mei j.l. 25 jaren in dienst bij de N.S.
kunnen verroeren, gefascineerd als hij was door die ma
gische oogen. Langzaam was de Indiër nader gekomen
en even langzaam had hij zijn handen om Majoor
Bakers hals gelegd, zonder dat deze zich had kunnen
verweren. Meer en meer had de joghi toegeknepen,
Majoor Baker met een langzamen verstikkingsdood
dreigend. Maar toen deze dacht, dat zijn laatste uur
geslagen was, had de Indiër zijn greep losser gemaakt,
had grijnzend met het hoofd geschud en was verdwe
nen, hem met den vuist dreigend. evenals hij jaren
geleden in Britsch-Indië had gedaan!! Met zware
hoofdpijn en een angstgevoel in alle ledematen, ver
moeid en afgemat was Ronald Baker wakker geworden,
en 't was hem, als voelde hij nog steeds die dreigende,
bruine handen als een paar klauwen om zijn hals
geklemd.
Den heelen ochtend en middag kon hij deze gedach
ten niet kwijt raken, hij dwaalde van het eene café
naar het andere, besloot eindelijk den avond in een
variété door te brengen om zijn gedachten af te leiden.
Toen hij een vriend trof, die met zijn plannen instemde
en zij eindelijk de eerste nummers van een schitterend
Majoor Ronald Baker had onaangenaam gedroomd
en was daardoor in een prikkelige stemming. Telkens
en telkens weer keerden zijn gedachten terug naar dien
droom, want het was geen „gewone" droom geweest,
tenminste hij zelf hechtte er, door den aard er van,
een meer dan gewone beteekenis aan.
Majoor Baker was een man, die de occulte weten
schappen niet als hekserij of beuzelarij beschouwde,
maar er wel dege'ijk een niet te ontkennen waarde aan
hechte, en daarom verontrustte het gedroomde hem
zeer.
Jaren geleden had hij in Britsch-Indië een joghi
zwaar beleedigd, door hem te kwetsen in zijn geloof,
hem voor een troepje officieren, allen, evenals hij, in
een zeer ,,vroolijke"stemming verkeerend, te bespotten,
en hem, toen de Indiër zijn woede niet meer had kunnen
beteugelen en zich op Majoor Baker had willen wer
pen, met zijn rijzweep een striemenden slag in het
gelaat te geven. De Indiër had gezworen zich te zullen
wreken en was onder het spotgelach van de officieren
weggesneld. Den volgenden dag, toen Majoor Baker
de dingen „nuchterder" bekeek, had hij spijt van het
gebeurde, had hij ook gevreesd voor de gevolgen, we
tend hoe haatdragend de Indiërs zijn, maar toen in al
die jaren zijn vrees door niets was bevestigd, was hij
de geschiedenis vergeten. tot vannacht!
Zwaar had hij gedroomd en in die droomen was tel
kens het gelaat van den joghi verschenen, grijnslachend
en dreigend en zijn oogen fonkelden als karbonkel-
steenen. Zij schenen tot in het diepst van Majoor
Baker's ziel te willen doordringen en Majoor Baker
had zijn blikken niet kunnen afwenden, had zich niet