m\m EN PCEDEL5 DAG CN p Staking bij „De Schelde" te Vlissingen. 6 ONS ZEELAND Het echtpaar H. Schot—van Hoeffelen te Tholen her dacht 30 Mei jl. den dag waarop het voor 55 jaren ten gemeentehuize tot stand kwam. De beide krasse oudjes onze gelukwenschen. men van zijn voetballende landgenooten kweelt, ze aanmoedigt in het zoete Italiaansch, dat als een zang is, dan komt er iets als een glimlach op het perkament van de Engelsche koonen. ,,Balonchieri! Rivolta! Caligaris! Bravo! Bravo!!" De vlag wappert, heen en weer, heen en weer. En zóó aanstekelijk is hij in z'n spontane bewonde ring, dat allen, die om hem zijn, meebrullen, de En- gelschman het hardst van allemaal. En ik? Vrouwen zijn veranderlijk! Heel m'n voorliefde voor de Fran- schen was ik vergeten. Ik blèrde mee, toen het 43 stond. Vóór me zaten vier dames, twee jonge en twee ouden. Ze hadden guimpjes mèt baleinen aan, mitsgaders hoe den die boven op hun hoofd troonden en ze klapten niet voor de Italianen en ze hadden 't óók niet gedaan als de Franschen hadden gewonnen. Ze volgden wel vol belangstelling het spel, maar ze vonden niet, dat het noodig was blijken van medeleven te toonen. Ze keken bijna gelijktijdig naar me om en ik las het „bespottelijk" op hun lippen. Waarschijnlijk zijn het vier brave, lieve, gereser veerde vrouwen. Waarom eigenlijk die strenge reser ve? Waarom mogen wij Hollandsche vrouwen niet eens uit onze ivoren torens komen? Was die zoon uit het Zuiden niet bloem-warm en levend in z'n vurig enthousiasme? En is het niet heer lijk voor de spelers, wie het ook zijn, aangemoedigd door Bravo's en handgeklap hun vaak zoo moeilijken strijd te spelen? En mogen het dan alleen maar de mannen zijn, die het spontane gegalm aanheffen, dat als een golf door het Olympisch Stadion kan rollen? Neen, duizendmaal neen! Bij de vele rechten, die we in den loop der jaren kregen, behoort ook het recht om ons te uiten. Vrouwen van Holland, galm gerust, weest spontaan en laten er ©ogenblikken zijn waarop je je koele re serve laat varen. E. B. B. Lt.:.. Aan de Schelde gaat men staken, gaat men rare grappen maken, moet men zeer voorzichtig wezen, anders valt er veel te vreezen. Als de Schelde's naar wij hopen niet te lang van stapel loopen, valt er wel te marchandeeren en een catastrophe te keeren. Wordt De Schelde invalide? Was toch altijd zoo solide! Laat men toch een einde maken aan dat steenen nooten kraken. Dikwijls kunnen zulke kuren slechts den boel in 't honderd sturen en men staat de tijd moet 't leeren met zijn zelfgebakken peren. Directeuren en gezellen, past toch goed op Uwe tellen, confereer en vit en wrijf, maar de hoofden niet te stijf. 't Zij een oorlog groot of klein is, weet dat hij een wisse dood is voor het leven aller takken van de financieele zwakken. Boomen, die den storm trotseeren moeten buigen, moeten veeren, zij die zich daar niet aan storen, kraken af en zijn verloren. Menschen, die een ramp bevreezen moeten zeer toegevend wezen en bedenk het allen wel: Vlissings' lot staat op het spel! Weet te wikken en te wegen, heusch, Uw eer kan daar wel tegen. 't Is niet laf om toe te geven, daar waar hoog en laag moet leven; een verlies, wel potverdorie is geen strop, maar een victorie! 'k Hoop, dat nog zeer vele jaren onze Schelde wél zal varen, dat daar lang nog en terecht: „Is 't 'n werfje?" wordt gezegd. WILLEM TELL II. De staking is intusschen reeds ingetreden. Hoofd redactie „Ons Zeeland". /APRIL,, 11.// 30 Mei. Er zijn van die dagen in ieder menschen leven, welke je een geheel anderen kijk op alles ver

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1928 | | pagina 6