6p Be-zoeR By de
jZWAPtroatójfrS
ONS ZEELAND
13
jasje, zoowel van dit als van het vorige costuum te
dragen.
SPORT-KLEEDING. Vele nieuwe jumpers wor
den dubbel geweven in twee tinten en hebben dit voor
deel dat zij niet uitrekken en hun model verliezen.
Zoowel de met de hand of met de machine vervaar
digde modellen zijn voorzien van geometrische figuren
in contrasteerende kleuren.
Daar, waar bedrukte zijde voor sportieve rokjes ge
bruikt wordt, zijn deze meestal plat geplooid.
Een ceintuurtje wordt meestal op normale taille
hoogte aangebracht. Zwart en wit vormen een gelief
koosde combinatie voor strandtoiletjes en het gebruik
van marineblauw, bruin en dofgrijs voor zomer-ensem-
bles is zeer gewild.
De herfsttinten geel, roestbruin en beige-bruin wor
den in vele nuancen en combinaties in den nazomer
verwacht.
De sweater met geometrische dessins versierd in de
tinten bruin-rood met oranje, en wit is hoogst „en
vogue".
Een smal ceintuurtje om de taille wordt afgesloten
door een gesp van galalith of eboniet terwijl het rokje
van flanel in grijs of beige is en van voren diepe klok
ken heeft, welke bij het loopen een vlot aspect aan
het geheel geven.
IRENE.
GEVULDE TOMATEN. Na de tomaten goed
schoongemaakt te hebben, wordt er het bovenste kapje
afgesneden en verwijdert men de pitten en het sap.
Nu wordt elke tomaat gevuld met gehakt, daarop met
het afgesneden kapje weer gesloten en vervolgens ge
rangschikt in een vuurvasten schotel. Doe het sap door
een zeef om de pitten er uit te halen en giet het
gedeeltelijk over de tomaten. Tenslotte wordt, na be
strooiing met paneermeel of fijngewreven beschuit en
toevoeging van een klontje boter, de schotel in den
oven geplaatst.
door M.&oLL.
(Vervolg).
„Ik zie haar niet.... dat leelijke kind.... wacht
maar meiske. als ik je te pakken krijg".... en
meteen sloeg de heks met geweld met haar stok tegen
een boomstam.Oh wat klonk dat akelig. „Zou
ze nou toch den goeden weg ingeloopen zijn?Maar
ze wist toch niet dat ik het pad had afgesloten door
dien grooten stapel steenen. dat wist ze toch niet.
oh. oh. had ik haar maar beter opgesloten.
want als ze nu toch dat pad gevonden heeft, dan is
ze nu vrij en zal ze wel haast bij dien leelijken ouden
koning zijn. daar ginds in dat vervloekte paleis.
daar daar dat is voor jou. leelijk kind.
en meteen sloeg ze weer met geweld tegen den boom,
zoodat de splinters van haar oude stok afvlogen.
De kinderen lagen zoo stil als muisjes. ze ver
roerden zich niet. maar lagen met aandacht te luis
teren naar het geschreeuw van de heks.
Opeens bemerkte Dolf, dat de oude vrouw weer door
de struiken liep, maar haar voetstappen werden ondui
delijker. Zou ze weggaan Zouden ze nu werkelijk
verlost zijn van dat akelige mensch, dat kon haast niet,
dacht Dolf, en Blauwoogje, die nog met schrik dacht
aan de bange uren die ze bij de heks had doorgebracht,
kon geen woord zeggen uit angst dat de heks het zou
hooren.
Heel, heel voorzichtig schoof Dolf wat bladeren weg,
en gluurde door de gemaakte opening naar buiten. Hij
zag niets dan nog maar een blaadje weg nog niets
te zien en overmoedig geworden, maakte Dolf een
groot gat, om te kunnen zien waar de heks gebleven
was.
Maar hoe hij ook keek, hij zag niets, en de struiken
belemmerden hem om nog verder het bosch in te kunnen
kijken. Voorzichtig schudde hij alle bladeren van zich
af en kroop langzaam, zonder eenig gerucht te maken,
overeind. Nu kon hij tenminste verder zien en ja.
een heel eind van hem af zag hij de oude heks, met
haar stok zwaaiend wegloopen. Gelukkig, dacht hij, nu
zijn we verlost van die booze vrouw.
„Blauwoogje,. Blauwoogje,. kom maar hoor,
ze is weggegaan. maar voorzichtig, geen lawaai ma
ken, want dan zou ze het kunnen hooren.
Maar Blauwoogje durfde niet, ze vond dat zoo vree-
selijk, wat de heks gezegd had, dat ze zich nog niet
durfde verroeren. Stel je ook eens voor, dat de heks
haar toch nog zou vinden, dan zou ze toch nooit meer
haar lieve broeder zien, en ook nooit aan het kristallen
Paleis komen. dan zou ze opgegeten worden oh,
hoe vreeselijk toch zoo maar opgegeten alsof je een
stuk vleesch was.
„Heusch, Blauwoogje ze is weg. heusch waar
kom maar gerust, wacht ik zal je helpen".... en
toen Dolf haar zoo bemoedigend had toegesproken,
stond ze op en keek met angstigen blik rond, of ze toch
maar geen heks meer zou zien.
Maar de oude vrouw was weg en bleef weg.
Wordt vervolgd).