T5CHAVDTJE DER LEZER5 18 ONS ZEELAND het was hem een hartstocht geworden, zijn schoenen zoo blinkend te houden als een spiegel Geen wonder, dat hij op de^en morgen van zijn solhcitatiebezoek extra zorg aan toilet en speciaal aan zijn schoenen besteed had. Wetend, dat hij er in de puntjes uitzag, zich delukkig achtend de regenbui bijtijds ontvlucht te zijn en hopende de betrekking te bemachtigen ver keerde hij dus in een vroolijke stemming en zacht floot hij een bekende jazzmop. Om een goed begrip te hebben, van wat nu volge, moet ik even doen opmerken, dat George, één der laat- sten zijnde, die een plaats op het voorbalcon had weten te veroveren, dicht bij de treeplank stond, inmiddels bleef de regen neerstroomen, het was of het met em mers uit den hemel werd gegoten, het aantal voet gangers verminderde zienderoogen. Uit een portiek schoot plotseling een heer van een jaar of dertig te voorschijn, nam een aanloopje en sprong zonder op het bordje „Vol" te letten, op de tram. Ongelukkigerwijze kwam hij daarbij juist met één zijner moddervoeten op den keurigen lakneus van George's rechterschoen te recht, zoodat deze (de lakneus wél te verstaan) een leelijken deuk kreeg, terwijl een vieze modderveeg het aanzien er van aanmerkelijk deed dalen. Mèt dezen trap op zijn lakneus, had George's humeur een flinken schok gekregen. De jazzmop, die tot nu toe onafgebro ken van tusschen George's toegespitste lippen had ge klonken, verstomde, en nadat George de veroorzaakte verwoesting van zijn lakneus in oogenschouw had geno men, opende zich zijn mond opnieuw, thans echter met om te fluiten, maar om den indringer een vloed van verwenschingen naar het hoofd te werpen. Een heftige woordenwisseling ontstond en waren de andere trampassagiers niet tusschenbcide gekomen, dan waren de beide kemphanen ongetwijfeld handge meen geworden. George's stemming was tot onder het nulpunt gedaald, en menige treurige blik werd naar zijn schoenpunt gezonden, gevolgd door een venijmgen blik naar zijn tegenstander. Intusschen was het steeds minder gaan regenen en toen George van der Veer het doel van zijn tocht be- reikt had, kwam er een bleek zonnetje van achter de wolkenmassa's. Vlug stapte hij uit en zocht het adres, waar hij moest zijn. De portier liet hem in een groot vertrek, waar eenige gemakkelijke stoelen stonden en een aantal kasten met dikke dossiers. De portier zou even den heer van Torenburg waarschuwen, dat er bezoek was. Na ongeveer 5 minuten gewacht te hebben, ging de deur open enzijn tegenstander van de tram stond voor hem „Zoo, zoo, mijnheer, wat komt u hier doen Mag ik vragen wat u hier te maken hebt? sprak deze. „Pardon, eh. ik ben hier ontboden. mijn sol licitatiestotterde George verward; den moed voelde hij in de schoenen zinken, nu hij ontdekte, klaar blijkelijk met den heer van Torenburg op voet van oor log te zijn geweest. Alle kans op de betrekking was nu natuurlijk verkeken, en 't beste zou zijn, zoo spoe- dig mogelijk weg te komen. Was dat pech hebben Maar hoe kon het ook anders Vrijdag de 13e „Aha, dus U solliciteert naar de vacante plaats Een stilzwijgen, dat uren scheen te duren, volgde. Een sarcastisch lachje speelde om den mond van zijn tegen stander. George voelde zich hoe langer hoe minder op z'n gemak. Toen sprak z'n vijand weer „Uw impertinent, brutaal optreden op de tram heeft een zeer onaangenamen indruk op mij gemaakt, mijn heer. U kunt wel gaan „Dat dunkt mij ook, mijnheer van der Molen, de 15e is voor U een geschikte datum, is 't niet klonk een stem van de andere zijde van het vertrek. In de deur opening stond de werkelijke mijnheer van 1 Orenburg Met een grimmig lachje verdween George's tegen stander. lij En George kreeg de betrekking toch, ondanks den fatalen datum Waar komt deze Hellebaardier vandaan (Volgende week de oplossing) TOEGEZONDEN BOEKEN Van den heer D, J. van der Have, boomkweeker te Kapelle, ontvingen we de prijscourant voor het jaar 19281929. Met genoegen hebben we dit keurig ver zorgde en artistiek uitgevoerde werkje ingezien. 1 X H. d. E., te Middelburg. Niet geschikt voor plaat sing.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1928 | | pagina 18