8 ONS ZEELAND In Aardenburg zijn wederom eenige klachten van den een tegen den andere bij de Justitie ingediend. Er loopen daar nog eenige menschen rond, die niet in proces liggen. Het aantal kantongerechten wordt niet verminderd in Zeeland. 11 Nov. Wapenstilstandsdag. Diepe indrukken Heb vanmorgen mijn schoenen met rubberzolen aan getrokken en me zoo voorzichtig geschoren dat er geen droppel onschuldig bloed gevloeid heeft. De kin deren zoo lang mogelijk laten slapen en mijn groot sten witten zakdoek aan de lamp gehangen. Liesbeth was met den eersten trein reeds naar een oude, ik meen naar een jeugdvriendin gegaan. 12 Nov. Ben toch maar blij dat niet iederen dag den vrede herdacht moet worden en beleefd. Er gaat toch maar niets boven je gewone doening en ik kik kerde er waarlijk van op, toen Liesbeth me er van morgen aan herinnerde dat de kolenkit leeg stond. In 't heerlijke najaarszonnetje een wandeling gemaakt met den postdirecteur en nog eens ouderwetsch loopen te filosofeeren over de macht van de natuur, om alles weer in evenwicht te brengen. Als iemand één oog verliest, wordt het ander sterker, enz. De postdirec teur moest me gelijk geven. Hij heeft 'n neef met één kort been, maar z'n ander is dan ook weer langer. 14 Nov. Op de soos zat Mr. Mierick van Peuteren onuitstaanbaar te snoeven op de snuggerheid van zijn zoons. De een is eerste hierin en de ander is eerste daarin op de H. B. S. Nu, ik weet wel, dat Wybo en Beppie niet zulke uitblinkers zijn, maar in ieder geval zijn ze 't eerste van hun klas op straat, wanneer de school uit is. Ik houd echter niet van opsnijden en spreek er niet in 't openbaar over. De tijden veranderen en de politie-agenten met hen. Waar zijn de dagen gebleven dat men, op het sluitings uur nog in een café vertoevend, tot de stedelijke sluit- controleurs in uniform kon zeggen „Piet en Arjaen, neem er een aan 't buffet en tippel dan qen straatje om. Tegen dat de zon op gaat zullen we denkelijk wel foetsie zijn". Waar zijn ze die gulden dagen van vrijheid, die toch zelden in onmatige losbandigheid omsloegen Ik weet het niet in ieder geval zeer ver weg. De gemoedelijkheid die den naar het onmaat schappelijke geneigden nog wel eens met de offficieele wereld pleegde te verzoenen, de alleraardigste, kwasi- strenge blik door de vingers, welke er aan herinnerde, dat een uniformjas niet per sé een op de maat van dienstreglementen kloppend hart moest bedekken. ze zijn waarschijnlijk met de duizelig-makende hooge trapfiets, met de sleepende rokken, met de diligence en met het 5 cents borreltje in een niet meer te ont sluiten verleden bijgezet. De tijd is meer en meer op een machine gaan lijken, zegt men. En de politie-agent de uitzonderingen niet te na gesproken mèt hemzeg ik. Dat is jammer j zelfs als het hierboven bezongen sluitingsuur buiten beschouwing wordt gelaten. Want met de mechanisatie van het politie-dienaar- lijke hart is er een stukje ijzer meer in de samenleving gekomen, een stukje metaal dat aan de menschelijke vreugde niet ten goede komt. Zoolang de agent z'n bloedsomloop nog geregeld werd als bij een ieder, kon men niet alleen feest vieren en blij zijn onder z'n vaderlijke oog, het gebeurde ook dat zijn aanwezig heid de vreugde, opgeborreld uit een of andere gebeur tenis, kwam verhoogen.Ja ik zou zelfs willen bewe ren, dat in de onvolprezen dagen van weleer bij elk oprecht openbaar feestvertoon een dienaar van Her mandad de vreugde moest vervolmaken. Nu het een voudige hart van ijzer z'n intrede gedaan heeft, is daar van natuurlijk geen sprake meer. Metaal toch blijkt slechts na geraffineerde bewerking en compositie op menschelijke aandoeningen en trillingen te reageeren, nooit evenwel in primitieven staat. In plaats van vreug de aan te voelen en te ondersteunen gaat het dezen een domper op zetten. Dit is dezer dagen gebleken, toen de leden van de Kon, Ned. Motorwielrijdersvereeniging hun kampioens wedstrijd hielden, die o. a. op Walcheren plaats vond. De rijders reden in vreugde, want sport is vreugde, vooral op een motorrijwiel, en zeker als het gaat om vele moeilijkheden te overwinnen. Ik zeg. ze reden in vreugde en ze zouden zulks hebben blijven doen als ze Walcheren vermeden hadden. Daar toch ont moetten ze eenige dienaren van de wet, die gedachtig de uitdrukking „Als het hard regent kan men zelfs in een kleinen emmer aardig wat water vangen", op tour waren gegaan. Ze speurden en loerden, en schreven 40. veertig. namen in het boek, dat meestal als het voorgebergte van de verbalen-hel be schouwd wordt. Ik twijfel er niet aan of de agenten hebben wettelijk volkomen gerechtigd gehandeld. Zij, wier namen ge noteerd zijn, zullen ongetwijfeld in meerdere of min dere mate de verkeers-regelen overtreden hebben. Maar. Maar.toch wil het er niet bij me in, dat de man nen van de wet, op Walcheren woonachtig, er goed aan deden op de motorrijders-jacht te gaan dien dag. De agenten en veldwachters van de oude garde, de mannen die toch ook hun plicht kenden,de kerels met het menschelijke hart en met de gouden gemoedelijk heid zullen weten wat ik bedoel. Want zij wisten dat dienst en dienst twee waren, evenals feest en feest en vreugde en vreugde. Zij kenden den blik door de vingers, zij wisten van geven en nemen, het spel dat de wereld waarlijk niet slechter maakt. De opvolgers van deze menschelijke beveiligers, de mannen van het genre „ook in verbalen bestaan re cords", de agenten en veldwachters wier harten tik ken als ouderwetsche dikke horloges, de snorders van de 40 overtredingen bij den motorwedstrijd.... zij zullen waarschijnlijk niét weten wat ik bedoel. Daat dit stukje met een metalen voorwerp geschre ven is, laat ik evenwel alle hoop nog niet varen. Menige vrouw maakt veroveringen met behulp van leugens en wenscht toch bemind te worden terwille van haar groote attracties. Liefde is iets, wat een man doet denken, dat er werkelijk één vrouw verschillend is van al de andere vrouwen

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1928 | | pagina 8