16
rare geluiden uitstooten en met een ijzeren ketting
slaan, zoodat alles heel leuk beloofde te worden, maar
vanmiddag kwam de kleine jongen met de geheele ver
momming naar zijn moeder loopen en vroeg wat voor
aardige dingen vader onder zijn bed had. Plannetje
in duigen. Jossie wordt al te vindingrijk.
2 Dec. Bij het ontbijt bespraken wij de film ,,De
klop van het gebroken hart", die momenteel een Schla
ger in ons stadje schijnt te worden. Sientje zei, dat ze
er al geweest was. Gevraagd hoe ze 't drama vond.
Ze had er niks aan gehad, verklaarde ze, omdat ze de
apennootjes vergeten had.
3 Dec. Krimp van Duimen met het humeur van een
hyena aangetroffen. Die was Zaterdag naar de gaten in
den Westkappelschen zeedijk gaan kijken. Had zijn
nieuwsgierigheid bijna met den dood onder een wegrol
lend bazaltblok bekocht. Op 't kantje af was hij den
dans ontsprongen, doch een marechaussee had gezien,
dat hij naar links uitgeweken was. Pang Proces-
verbaaltje.
4 Dec. Op de soos heeft jhr. Poetspanne Verboen-
dere met vuur het aankweeken van cactussen bepleit.
Laat hem maar kletsen, dacht ik. Liesbeth is tamelijk
driftig van aard en de methode om het met bloemen te
zeggen, komt steeds meer in de mode. Voorloopig houd
ik het nog maar aan op de zachtbladerige, weekstenge-
lige geraniums en cyclamen.
A. V. R. O.
Tengevolge van den A.V.R.O.-
radio-avond te Middelburg.
Een volle zaal van 't Schuttershof,
een avond vol van stofzuig-stof
voor Poedels en voor Treffers,
een soort van fancy-AVRO-fair,
direct geweldig populair,
gehoord de stemverheffers,
Daar stonden ze op het tooneel,
men houdt van hen, men klapte veel
voor Hilversum's dictators.
Hun stémmen kende iedereen,
maar toch gezien had hen nog geen
der honderden spectators.
Het was een heerlijke soiree
voor de provincie aan de zee
en duizenden verstonden.
Daar ging een zingend Zeeuwsch geluid
de wereld in de wereld uit,
uit vele Zeeuwsche monden.
Drie pooten en daarop een paal
en op dien paal een ring van staal,
waarin het microfoontje.
Het is eenvoudig in den schijn,
toch blijft het nog een wonder zijn,
dat draadloos telefoontje.
Daar werd een mooie melodie
de wereld ingezonden,
't werd meegeneuried, meegedacht
door allen die 't verstonden.
Een melodie van wei en strand,
ONS ZEELAND
muziek van zonnig Zeeuwenland,
die Morks eens heeft geschapen.
In vele oogen blonk een traan,
gedachten zijn teruggegaan
naar hem, die is ontslapen.
Wees welkom AVRO, in 't gebied
der breede Scheldestroomen,
al zit ge in een ver verschiet,
vergeten doen wij U hier niet.
U zult toch wéér eens komen
WILLEM TELL II.
DE DOOD VAN KNORRE
(Een slachtmaand-realiteit)
door
J. DE RONDE.
Droomend van lekkere gerstemeelpap, en misschien
wel van restjes zure melk en korsten oudbakken brood,
lag hij daar. Zwaar snurkend, met bijzondere muziek-
geluidjes, zoo nu en dan vermakelijk vermengd met
grappige darmgasontsnappingen, sliep hij zijn vredigen
varkensslaap. Lekker warm lag ie, met z'n dik-rozigen
zwabberbuik in het schoone stroo, als op een bed van
rozen. De lange zilverkleurige borstels op zijn schubbi-
gen rug glommen van welbewuste zelfgenoegzaamheid.
Zijn lollig krulstaartje, net een verfkwastje, vormde een
sierlijk ornament aan zijn mollig en vredelievend ach
terwerk. Zijn leelijke oogjes, nog dieper in zijn kop
getrokken dan anders, waren weg, heelemaal onzicht
baar. Alleen z'n wenkbrauwen vertoonden zich als een
paar vieze, roestbruine streepjes. Zijn lange neus had
ie op 't end daar waar die pijnlijke ring bevestigd
was een weinigje opgetrokken. Ja, die ring had
Knorre verdiend omdat ie zoo wroette en graafde met
z'n sterke, alles vernielende snuit.Zoo lag ie daar
nou, de achterpooten lui, en gemakkelijk naar achteren
gestrekt, en z'n slobberbek 'n beetje open.
't Was al in November maar ie had het heelemaal
niet koud daar in z'n kot, want z'n baas Jaop van An-
nekee zorgde steeds, dat er nergens geen tochtgarretje
tusschen de planken was. De rooie dakpannen op 't kot
waren zorgvuldig gelegd en waar d'r nog een klein
openingetje was, had Jaop een handjevol stroo tus
schen gefrommeld, en voor de spinnen was het ook een
fijn verblijf daar binnen. Groote webben hadden ze
heel artistiek aan de pannen bevestigd en vormden
een passend plafond voor een varkenswoning. Die spin
nen zijn toch eigenlijk onmisbare wezens voor zoo'n
varkensverblijf. Toen het nog zomer was, hadden de
vliegen het moddervette verkjen deerlijk geplaagd. Tel
kens weer maar waren ze op z'n groote lapooren komen
zitten, en hadden gestoken en geprikt. De kleine ater
lingen gingen, bij voorkeur, op de open wondjes zitten
en daar zogen ze zich dan vol bloed, en pijnigden,
pijnigden het lpie verkje, dat 't meer dan erg was.
En daarom hadden de spinnen d'r netjes gebreid en