Veel lager prijzen voor alle Carrosserieën MET 30 pCt. KORTING
Zeeuwsch-Vlaamsche Carrosseriefabriek R. J. DE KRAKER, AXEL
KERSTNUMMER
,0 N S ZEELAND'
DECEMBER 1928
pÉSÉKm
20 Dec. Dagenlang heb ik in bitteren tweestrijd
geloopen of ik mijn laatste droevige avontuur wel zou
te boek stellen. Ik vreesde maar al te zeer, dat mij de
zedelijke kracht zou ontbreken, om nog eens in mijn
geest te beleven, die verschrikkelijke momenten, welke
ik vóór vier dagen heb moeten doorstaan. Maar de
plicht, de ijzeren plicht om ter leering van mijn nage
slacht al mijn rijke ervaring en diepe gedachten te
memoreeren, heeft mij ten slotte over den hangen twij
fel doen zegevieren, en hier zit ik nu, ik Philemon
Zijdewind, met half gesloten oogen en trillende hand.
Het kan een week of zes geleden zijn, dat in mijn brein
een plan rijpte, dat ik kortzichtig genoeg, als schitte
rend beschouwde. Een colporeur van de Staatsloterij
had mij met veel radheid van tong een lot aange
smeerd, doch daar ik, als zijnde onder een ongunstig
gesternte geboren, nooit win, kwam spoedig spijt bij
mij op en peinsde ik om van de strop af te raken. Met
veel omzichtigheid en onweerstaanbare taktiek wist ik
Krimp van Duimen te bewegen om met mij samen te
spelen, wat mij zeer verheugde, omdat Breeduitstra
botweg geweigerd had. Nauwelijks echter had ik de
1.80 van Krimp te pakken, of daar snijdt Breeduit
stra mij aan om met een mild gebaar me eveneens
1.80 in de hand te duwen, onder de vriendelijke
woorden „ouwe duitendief, ik neem portie in je lot,
omdat ik gegronde redenen heb, om te gelooven, dat
je bar gelukkig bent in het spel." De man vergiste
zich, maar dat zeg je natuurlijk niet in zaken, wanneer
je daar voordeel in ziet.
Opgeruimd wandelde ik naar huis, zielsblij dat ik de
verloren gewaande 3.60 wederom in mijn bezit had.
Toen heeft de duivel der hebzucht mij, Philemon Zijde
wind, echter een onmenschelijke poets gespeeld,
's Middags, gedurende mijn siësta, heeft hij mij op
't verderfelijke idee gebracht om mijn lot 't lot uit
de loterij n.l. nog productiver te maken, door met
meerdere compagnonschap aan te gaan. En zoo heb
ben de volgende dagen mij bezig gezien in het bewer
ken van den postdirecteur, van dr. Doorloop, van mr.
Mierick van Peuteren, van griffier Dorias, van den
propiëtair van het „Varken met de sirene", enz. enz.
En of de booze er mee speelde overal had ik bijna
succes. Alleen jhr. Poetspanne Verboendere, die met
andere loten betalen wilde, wees mij af,
In mijn onnoozelheid lachte ik om mijin succes en
wachtte onbekommerd de loterij af. De traditioneele
„niet" kon me nu niet meer deren ik had mijn winst
gemaakt. De loterijlijst keek ik niet eens in 't kon me
niets bommen. Helaas, wreed zou ik uit mijn dommen
waan gescheurd worden. Drie dagen geleden kreeg ik
den colporteur van de loterij op bezoek. Zijn gezicht
straalde. „Mijnheer", brulde hij vroolijk, ,,U heeft ge
luk gehad 'n prijsje van 1000.hier breng ik u
er ƒ424." Hij telde tot 40, treuzelde en ik begrijpend,
zei „de rest fooi". Gejubel rondom, doch ik bekende
aan Liesbeth, dat ik samenspeelde met negen anderen.
„Dom genoeg", zei Liesbeth kil dat is nu maar vier
gulden per man." En zij ontving mijn deel. Nog geen
kwartier later of de kastelein uit „Het varken met de
sirene" stond bij mij in de gang en met bloedend harte
telde ik hem vier guldens in zijn handpalm.
„Neen mijnheer" zei de kerel, ,,U is abuis de pries
was duuzend. ik heb 'n half lot. dus 21.25
s.v.p." Eerst toen kolkte de afgrond van mijn afschu
welijken toestand voor mijn besef open Strompelend
als 'n gebreken, dronken man, wankelde ik in de ka
mer terug geen woord kon ik spreken. Liesbeth wel.
Ach, ook gij, die weinig fantasie hebt, zult het u
kunnen indenken, hoe het mij te moede was toen lang
zamerhand de deelgenooten kwamen opzetten om met
een gelukkig gezicht en muziek in hun stem, het prijsje
op te halen, niet begrijpend de furie van Liesbeth, de
begrafenisstilte van het huis en het verpletterend leed
van mij, Philemon Zijdewind. Breeduitstra heb ik mijn
gouden' horloge aangeboden en toen de griffier kwam,
stond ik op het punt om de hand te slaan aan het stee-
nen varken van mijn kinderen, maar ik had gelukkig
nog net tegenwoordigheid van geest genoeg om met
deze misdaad te wachten tot de postdirecteur zijn
portie opeisohte.
O, ik wou dat ik dit ondermaansche nooit aan
schouwd had.
Dr. Abraham Kuyper, waarom heeft u ook de Staats
loterij niet verboden
KUNST-FOTOGRAFIE
Men is langzamerhand tot de erkenning gekomen,
dat de fotografie meer met de kunst uitstaande heeft
dan men aanvankelijk, toen het fotografeeren nog in
de kinderschoenen stond, meende.
Ook de fotograaf, de artist, die zich van een tech
nisch hulpmiddel bedient, kan zich in zijn onderwerp
uitleven en met de resultaten van zijn werk den mensch
innerlijk ontroeren.
Onder de fotografen worden inderdaad ware kun
stenaars gevonden, hun opnamen zijn meer dan een
loutere weergave van de realiteit.
Tot een van deze kunstenaars van de lens behoort
de heer A. G. van Agtmaal te Baarn.
We noemen hem omdat we deze uitspraak kunnen
staven met voorbeelden. In dit nummer heeft de lezer
n.l. een aantal kunst-foto's van Zeeland, door den heer
Van Agtmaal vervaardigd.
We zullen de beteekenis van deze werken van
zijn hand niet uitwerken, daar ze voor zich zelf getui
gen. Men vindt er de stemming van Zeeland in uit
gedrukt.
Van den heer Van Agtmaal heeft „Ons Zeeland"
het reproductie-recht zijner prachtige opnamen aan-
gekooht, en in het komende jaar zal dan de lezer in
ons blad verschillende kunst-foto's kunnen bewon
deren.
We twijfelen er niet aan of onze abonné's zullen het
werk van den heer Van Agtmaal naar waarde weten
te schatten.
8