!V EBHALEN VOODl
DE J EUGD.1
20
ONS ZEELAND
HENNY
„En toch geloof ik er wel aan", vervolgde Mendels op
denzelfden melancholieken toon, terwijl hij even van zijn
glas nipte, en zijn gastheer recht in het gelaat keek. „Je
weet, dat vijf jaar geleden mijn vrouw stierf Van Leeu
wen knikte flauwtjes. „Welnu", zei Mendels, „ook daarvan
had ik een voorgevoel.
Zij stierf juist even voordat jij naar Europa terugkeerde.
Ik was toen in de rimboe en het was een bijzonder mooien
tropenavond. Den hcelen dag was ik vroolijk en welgemoed
geweest, doch tegen negen uur later vernam ik, dat zij
precies om negen uur stierf maakte zich een hevige
angst van mij meester. Instinctief voelde ik, dat er iets niet
in orde moest ziin. Het gevoel van onrust verliet mij niet
meer en in al'eriil keerde ik terug naar mijn woning. Hoe
dichter ik mijn doel naderde, hoe meer mijn angst steeg.
Zonder ophouden reisde ik door, en toen ik eindelijk thuis
kwam, vertelde men mij, dat mijn vrouw al begraven
was
Hoewel het. in de veranda bepaald koel begon te wor
den, wischte Mendels zich onder het vertellen telkens het
voorhoofd af. Nu en dan nam hij een klein teugje van het
voor hem staande glas wijn. Met toonlooze stem, telkens
ophoudend om snel adem te scheppen, ging hij voort
„Zoo'n zelfde gevoel heb ik vanavond.... Het is....
alsof er weer een onheil dreigt.... ditmaal.... voor me
zelf. Tk voel het. mijn borst is beklemd. als toen.
benauwdheid belet me. vlot te spreken. En tóch. tóch
ziin we hier in Europa. tóch is er geen reden. voor
miin angst. voor dat waanzinnige gevoel.
Een snotterde lach van Van Leeuwen deed hem ophouden.
Snel had deze zijn nog vol glas gegrepen en ledigde dit ad
fundum. Uit zijn stem was alle vriendschap verdwenen, toen
hij Mendels toesiste
..Misschien is er toch wel reden vniouw voorgevoel.
Misschien kon ie wel eens gelijk hebben, dat ie onheil dreigt.
Tk, en niemand anders dan ik. was het. die iouw vrouw uit
haat. omdat ze jou boven mij verkozen had, door vergif deed
sterven Nog vóór üi teniiJ was. bracht de boot mii naar
Europa. En vanavond had ik gelegenheid, het tweede ge
deelte van miin wraak ten uitvoer te brengen. Ik deed het
zelfde vergif in iouw glas Hahaha Voel je hoe het brandt
in ie maag, hoe het vreet in ie keel Hahaha
Zijn waanzinnige norfen staarden naar ziin slachtoffer, dat
hiigend in een stoel lag Doch toen hij uitgesproken was,
scheen Mendels' benauwdheid als bii tooverslag verdwenen.
V'ug was hij uit den stoel oogev°erd, in de duisternis schit
terden ziin oogen onheilspellend, in zijn rechterhand blonk
een revolver.
„Ik vermoedde het. schurk", zei hii uiterliik ka'm. doch
in werkelijkheid ziedend van toorn. „Mijn bedienden had
den mij een wenk in die richting gegeven. De eerste stap
in mijn verlof was, jou on te zoeken. Hou je stil", dreigde
hii. toen hij zag, hoe van Leeuwen zich bewoog, als om zich
op hem te werpen. ..anders jaag ik ie onverbiddelijk een kogel
in ie verraderlijk hart. Ik zag, dat ie in de kamer iets in
mijn glas deed, toen je meende onbesoied te ziin. Oo mijn
beurtverwisselde ik de glazen! Met je eigen wapens
heb ik je getroffen. En. ik zorgde voor getuigen
Even klapte hii in de handen. Onmiddellijk verschenen
twee mannen bij de open veranda-deur.
„Jullie hebt het gehoord vroeg Mendels kalm. En toen
de mannen knikten „Bel een dokter op voor den gifmenger.
Ik geloof en. hoon echter, dat het te laat zal zijn
Zonder nog een blik te werpen op het zich kronkelende
lichaam van hem, dien hij eens zijn vriend waande, ging hij
heen.
Zelden schatten wij de dingen op de juiste waarde, vóór
wij ze verloren hebben.
VRIENDELIJK VERZOEK AAN ONZE LEZERESSEN
EN LEZERS.
Natuurlijk hebt U familieleden en kennissen buiten de Pro
vincie, van Zeeuwsche afkomst of wel volbloed Zeeuwen,
Voor ons is het van belang hun adressen eens te weten opdat
wij hen eens een proefnummer van ons blad kunnen zenden.
Voor hen zal het prettig zijn een blad te ontvangen waarin
zij van hun geboortelandje juist dat vinden, waarin zij belang
stellen.
Doet U even de kleine moeite en schrijf ons hun adressen.
Wij zorgen voor de rest.
Bij voorbaat dank.
DE ADMINISTRATIE.
door M. B.
(Vervolg).
Prikkelwater noemde hij dien drank, en oh wat hadden
ze een schik om zijn naieve opmerkingen, om zijn guitige ge
zegden.
Toen moest Roosje hem natuurlijk uitleggen dat het spuit
water en geen prikkelwater was. Ook Henny's Moeder smul
de, maar onderwijl dacht ze aan den tijd dat ze zelf zulke
gerechten klaar maakte, toen haar man nog leefde, en er nog
geluk en tevredenheid Was.
Henny had intusschen bij zichzelf uitgemaakt, dat die aar
dige man, met het fluweelen jasje aan, niet alleen de vader
van Roosje was, maar zelfs geleek op een sprookjeskoning,
zóó goed en zóó vriendelijk was hij.
Toen ze gegeten hadden en Hanna de tafel met behulp
van mevrouw had afgeruimd, stelde mijnheer voor om Henny
eens wat van het huis te laten zien.
Dat vond Roosje een heerlijk voorstel en als een goede
koning tilde hij Henny op en liep toen met den verbaasden
knaap op zijn schouders naar huis, terwijl het meisje vooruit
galoppeerde om deuren open te doen en den weg ruim te
maken. Eerst ging het naar de serre, toen naar de voorka
mer, naar de huiskamer, naar de keuken en tenslotte naar
boven, want zoo vertelde Roosje, boven was het veel en veel
mooier dan beneden.
Henny dacht, dat hij het toppunt van verbazing over al
dat moois wat hij gezien had, bereikt had, maar toen hij vele