UIT EEN JEUGD Herinneringen aan Zeeland Wi rrterhanden Wi ntervo<eten Schrale Lippen R u we Huid 4 ONS ZEELAND gemeenten en particulieren ook ieder een derde deel beta len. Dit systeem voldoet goed. Ik heb iets gehoord over kerkelijke wantoestanden in Re- nesse. Wilt u mij daar soms iets van meedeelen Zeker, er is geen enkele reden om de publicatie te ver hinderen van datgene wat reeds lang in geheel Schouwen bekend is. Zooals u zu't weten, zijn de Schouwenaars over het algemeen niet zeer kerksch meer. Er heerscht hier onder de verschillende gezindten een groote verdraagzaamheid. Alleen in Renesse en Noordwelle is den laatsten tijd veel beroering gewekt door de komst en het optreden van een nieuwen predikant. Het gevolg was, dat verschillende ker kelijke partijen zeer scherp tegenover elkaar kwamen te staan. Ik zou er u veel meer van kunnen vertellen, maar wil voorloopig volstaan met op te merken, dat de strijd in vele opzichten niet met eerlijke wapens wordt gevoerd. Dit valt zeer te betreuren, en het trekt vooral de aandacht omdat over het algemeen de verhoudingen in Schouwen niets te wenschen overlaten. Hiermeer was ons vraaggesprek geëindigd. Wat ik in Schouwen gezien heb, heeft de opvattingen van burgemees ter Schooff ongeveer geheel bevestigd. AD INT. door JAN R. Th. CAMPERT. XII. Ja, zomers was het best te doen, maar in den winter. Een diepe duisternis lag nog over het land, en somtijds was er in den voorbijen nacht het wonder der sneeuw bij gekomen. Grauwig-wit lag dan de dorpsstraat voor je, als je het veilig, warm, lamp-verlichte huis verliet. En buiten het dorp, even voorbij den vuurtoren, sneed een scherpe wind recht in je gezicht. Kaal en mistroostig rustte het land onder een even mistroostige lucht en ternauwernood kon je de duinen ontwaren, die Walcheren's tuin beschutten tegen het geweld der zee. Op je gemak voelde je je eerst pas als je in de kleine stations-wachtkamer wachtte op de tram die je naar Middelburg zou brengen. Twee jaren heb ik dezen tocht, heen en terug, dagelijks gemaakt. Maar als het lente werd was het één verrukking. En zomers Dan bloeide om je heen een dauw-ontloken wereld. De weiden stonden gioen, van een rijp, malsch en jeugdig gras en op de akkers schoot het zaad sterk uit den vruchtbaren grond. In Mei bloeiden er de Meidoorns en hun geur ver vulde de lucht bedwelmend en welriekend. Dan ging er iets open in je jonge hart, je bloed stroomde sneller en krachtiger, diep haalde je de krachtige, zilte lucht in. En, in de tram gezeten, sprongen, links en rechts van je, telkens nieuwe vreugden naar voren een boomgaard, die in bloei stond, een huisje in den wingerd Hetgeen alles zeer fraai voor het oog, maar overigens was het somtijds een omvangrijke strop, Want was je den avond te voren nog niet een wandeling gaan maken, terwijl je Fransche grammaire verlaten en zielig in je kastje stond? Dat kon je prachtig in de tram doen. Een uur tijd had je Meer dan genoeg. Wat moest er echter van de Passé défini enz. terecht komen als onder Biggekerke de perelaren uitzinnig stonden te prijken, als de beesten, verdwaasd en uitgelaten door de wei robbedoesden, als.... ja, wat al niet. Met een terècbt bezwaard gemoed wachtte je het Fran sche les-uur af. Zoo ging het maar al te dikwijls. En hoevele malen gebeurde het niet, dat als je 's morgens door de dorpsstraat liep, je bij je-zelf bedacht dat het on getwijfeld veel aangenamer moest zijn op een dag aan zee en in de duinen door te brengen dan. op school. We slaagden er ettelijke ma'en in een niet onverdienstelijke list te bedenken om de tram te missen. Met de volgende gaan was niet meer de moeite waard En je had je vrije dag Ten koste van een ernstig standje, dat spoedig vergeten was. Die tram overigens borg een veel-belovend gezelschap. Daar had je b.v, mijn vriend, de man werd vliegenier en zal thans ons voormalig voertuig wel met een niet onge negen overigens minachting beschouwen, en daar had je een al wat oudere jongen, donker en slank, die thans tot een der beste jongere Nederlandsche dichters wordt gere kend. Nog niet al te lang geleden kreeg ik een brief van hem, waarin hij het vehikel sentimenteel herdacht. Daar waren verder twee meisjes uit Domburg, de een zit in Ame rika en de ander. de hemel moge het weten. maar als ik mij niet vergis koestert zij een onuitsprekelijk heim wee naar Ad.yar. Vervolgens een broer van boven-onder- geteekende, wiens diepste genoegen was het in-elkaar-zetten van min of meer roekelooze kwajongensstreken. En dan had je er nog die eene, die als hij lastig werd, in het bagage net gedeponeerd werd en die ander, die altijd met z'n blo zend jongensgezicht in een hoekje zat te grinniken. Ik sprak hem dezen zomer in Brussel. We worden oud. Wie lacht daar? Ik méén het. Als je aan die onbezorgde dagen denkt, dan weet je dat je oud geworden bent, want er is een grooter onderscheid tusschen een jongen van 14 en een jongeman van 26 jaar, dan tusschen den laatste en een grijsaard. Toén kon nog alles gebeuren en te'kens nam een nieuwe verwondering je hart en denken in beslag. Thans kan nóg alles gebeuren, maar de verwondering zal vreemd van je blijven. Oud-worden, ach, het zit 'm waarachtig niet in het klimmen der jaren, maar in het verdwijnen der verwonde ring, die prachtige eigerschap der jeugd In die tram dan werden vele wereldschokkende plannen beraamd. Eén er van was natuurlijk het oplichten van een blaadje. Verder hadden twee onzer een bestel dienst georganiseerd. Tegen een kleine vergoeding, minder dan de gewone vrachtrijders-prijzen of tram-tarieven, brach ten ze van alles uit ,,de stad" mee. Ze hadden zelfs een kapitaaltje gevormd en keerden rente op de aandpelen uit. Een van hen zit nu wérkelijk op een groote Mij. in. Calcutta. Het bloed kruipt. niet waar?. Schaken was verder een geliefkoosde afleiding. Wat zeg ik? Een epidemie, een obsessie en tusschen de moeilijkste stellingen in vonden wij toch nog altijd wel even gelegen heid om onder Biggekerke uit de tram te hangen en, en passant, een goed-voorziene appelboom te plunderen. Later snoeiden zij de takken, jammer Hoeveel wereld-raadselen hebben wij er niet getracht te doorgronden. De gevolgen Enkelen hangen nög de theoso- phise leer aan. En de tram, die reed maar, tusschen Domburg en Mid delburg, heen en weer, heen en weer. 30-60-90ct Tube 80ct Bij Apoth.en Drogisten. GENEZING LKE PLEK J?' HUID

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1929 | | pagina 4