Hoe men elders lacht. VII Zij „Als ik neen zeg, zul je jezelf dan dooden Hij „Ja dat doe ik altijd De dame met het boek „Ga nu niet te ver weg, Edgar, de lunch is zoo klaar." Badgenieter „Zeg, reserveer die vier stoelen voor me. Ik heb ze een voor een noodig, wanneer de vloed opkomt.'' (London Opinion). „Moeder, mag ik naar buiten gaan en wat met Wiiej Smit spelen „Neen, je weet, we bemoeien ons niet met de Smits/' „Laat me dan naar buiten gaan, om met hem te vech ten. (Passing Show),. De dikke dame ,,Z-Zou j-je hier w-werkelijk mager van worden De rijknecht „Zeker, mevrouw, 't Is pas de tweede rit en 't paard is nu al magerder." Verontwaardigde dame „Hoe waagt u het mij eer.-* knipoogje te geven Oude zeeman „Neem me niet kwalijk, dame, dat is* geen knipoogje, maar 't gevolg van veertig jaren door 'n.x verrekijker kijken." (Passing Show),.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1929 | | pagina 24