[OZZPlttfVEMG; REffER5 EU POEDELI ONS ZEELAND 7 O. Z.-Prijsvraag No. 4 AM - AN - AR - D - E - EN - ER - G - K - LA - M - N - ND - P - S - ZA G. BUDDE. Voortaan zal in ieder nummer van „Ons Zeeland" een prijsvraag verschijnen. Voor de goede oplossing stellen we iedere week tien gulden beschikbaar. Dit bedrag wordt met verdeeld, du§_ iedere prijsvraag kan slechts 1 winnaar opleveren. Inzendingen moeten geadresseerd worden aan de Administratie te Middelburg. De redactie beslist daarop aan wie de prijs wordt toegekend. Tegen hare beslissingen kan geen hooger beroep worden aangeteekend. Ook zullen we over de „O. Z."-prijsvragen niet in briefwisseling treden. Oplossing van de O. Z.-Prijsvraag No. 2 Een goede daad ter rechter tijd gedaan, doet dubbel (tweemaal) goed. Door loting viel de prijs ten deel aan Mej. Tiny van Berk D. D. v. d. Boutstraat 12, Goes. van bovenstaande letters en lettergroepen moeten de volgende namen gevonden worden, nml. van: 1 een Europeesch rijk 2 een plaats in Zeeuwsch-VIaanderen 3 een eiland 4 een plaats bij de Zuiderzee 5 een Brusselsche voorstad 6 een plaats op Sumatra 7 een garnizoensplaats op de Veluwe 8 een plaats aan de Maas 9 een plaats aan de Rijn 10 een p aats op een der Zeeuwsche eilanden 11 een Hollandsche houthaven. Dezelfde letters of lettergroep mag meermalen gebruikt worden Men gelieve zorg te dragen dat de oplossing in dezelfde volgorde geplaatst is als de opgave. Inzendingen moeten uiterlijk 16 Februari a.s. in ons bezit zijn Op de enveloppe te vermelden O. Z.-Prijsvraag no. 4. grooten pot noodig als wij maar zorgen dat ze geen gebrek heeft aan voedsel. De clivia is altijd een frissche verschijning en al weet de zwakke buiging aan den top der vleezige bladen de jonge planten voor algeheele stijfheid te vrijwaren, toch geeft de eigenaardige, tweezijdige, platte bladstand de plant een zekere strakheid die eigenaardig genoeg bij de oude exemplaren geheel ontbreekt. Want door de natuurlijke on regelmatigheid waarmee de uitloopers te voorschijn komen en zich ontwikkelen, ontstaat 'n kunstig geheel waarvan de bladen zich naar alle kanten uitstrekken. Het spreekt van zelf dat we ons niet allemaal kunnen verheugen in het bezit van een clivia die wellicht 'n halve eeuw oud is. Daar staat echter tegenover dat de jongere generatie van deze robuste kamerplanten veel fraaier van bloem zijn, wat kleur en grootte betreft. Uit de kassen zijn de eerste b1oeiende planten met hun groote, vermiljoen-oranje gekleurde bloemen verzonden, en zoodra die door een clivia-bezitter worden gezien, gaat hij eens kijken of zijn plant nog niets doet. Dan kan het best gebeuren dat de knop nog niet zichtbaar is. Laat dat geen ontmoediging wezen, dat gaat zóó plotseling dat hij moigen wèl zichtbaar kan zijn en misschien wacht de plant er nog eenige weken mee. 'n Gezonde plant kan elk jaar bloeien. Daartoe dient er goed voor te worden gezorgd, wat vooral in den winter heel gemakkelijk is, omdat dan die goede ver zorging in 'n schijnbaar stiefmoederlijke behandeling bestaat. Want wie zijn clivia's in den winter geregeld water geeft, krijgt er geen bloem in. Maar zij die gedurende dien tijd er geen zonde van maken de plant droog te laten staan, zullen er wel van genieten. Hoe de plant dan aan vocht komt? Het weinige dat ze gedurende die rustperiode die ze doormaakt noodig heeft, ligt veilig geborgen in de dikke bladen en vleezige wortels! De clivia heeft haar eigen wateivoorziening en wanneer wij daar nu maar op vertrouwen, komt a'les in orde. Zoodra echter de knop zich vertoont, beginnen we met het toedienen van water en ook na den bloei gaan we daar mee door. Maar nooit overmatig, het gevolg is dat de plant gaat kwijnen en geel blad maakt. Is die bloemscherm ver dort, dan knippen we dien even onder de vruchtbeginsels af ■en wachten tot de bloemstengel geheel geel geworden is, waarna we ze met 'n klein rukje gemakkelijk kunnen ver wijderen. De clivia's verlangen een lichte plaats, maar houden er niet van in de felle zon te staan. Gedurende den zomer geven we hen af en toe wat vloeimest waarvoor ze ons dan het volgend voorjaar met een krachtige bloeiwijze verrast. Ook zonder bloemen is de clivia een goede sierplant die bekoort door haar krachtige frischheid, waarvoor zich, de tijden door, elk huismoederhart gaarne zal openen. ZIERIKZEE. Stadje waar de groote spoorboot zoo'n gewichtig lichaam is, zonder boot zijn je bewoners in een soort gevangenis, stadje met je lage huisjes, kleurig, klein en artistiek, met je mooie, wijde haven, met je stadjesromantiek, stadje, waar de klokjes klinken hel de nauwe straatjes door, waar ik, als die dan weer zwijgen weer zoo graag de stilte hoor. Stadje waar je 's nachts kunt zwerven als de maan je droef beschijnt, als het schrille realisme in eene wazigheid verdwijnt. Waar de kerk met zware zuilen machtig op je nederziet, waar de Lieve-Monstertoren zwijgend spreekt van groot verdriet, Stadje met je hooge bruggen, die aan klagen denken doen, stadje met je slechte straten en je boomenrijk plantsoen. Plaatsje met je kleine volkje dat daar stil z'n leven slijt, kleine menschen, groote drama's, levensvreugde, levensstrijd. Kleine wereld op zichzelve, heel apart daar neergezet, stadje, waar de meisjes lachen, oude huizen, jonge pret. Stadje, dat maar stil z'n gang gaat, dat de wereld maar vergeet, stadje, vol van avontuurtjes, waar die wereld niets van weet. WILLEM TELL II.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1929 | | pagina 7