ONS ZEELAND 7
teristieke voorvallen, die in een 25-jarige provinciale notaris
praktijk ongetwijfeld veelvuldig voorgekomen zijn, en die
zich zeer zeker tot een aardige verwerking in een interview
leenen, bleven me dus onthouden.
De heer Pilaar deelde me op mijn vragen zeer gewillig
mede, dat hij op 23-jarigen leeftijd candidaat-notaris werd
en in 1894 deel nam aan de werkzaamheden ten kantore
van zijn vader, die in Goes notaris was. In 1904 legde deze
zijn functie neer en uit de 33 sollicitanten werd. de jong
ste, de zoon van den aftredende benoemd.
Ons onderhoud verliep ook nog zonder eenige terughou
ding, toen we spraken over de veranderingen die het beroep
van notaris in den loop der jaren onderging, doch toen ik
later even trachtte het voor den journalist meest begeerens-
waardige terrein te verkernen. toen werd de charmante
gastheer, die de heer Pilaar is, zienderoognotaris, d.w.z.
zwijgend toehoorder
Doch, laat me de hoofdzaken van het onderhoud weer
geven.
Voelde u als jongen al voor het notariaat, mijnheer
Pilaar
Ja, Ik was er eigenlijk in opgegroeid. Met m'n vader
ging ik als kind al mee als er buiten-praktijk te doen was.
Ik leerde de menschen uit de dorpen en de boeren kennen
en ik groeide eigenlek tusschen hen op. M'n vader evenwel
had me liever bij de registratie gezien, in verband met de
invoering van de vermogens-belasting, die het karakter van
het notaris-beroep zoo veranderde. Deze vaderlijke wensch
heeft dan ook verband gehouden met m'n opleiding, die èn
op het notariaat èn op de registratie was afgestemd. Ten
slotte won het notariaat het evenwel in attractie.
De notaris van omstreeks 1900 deed zijn werk zeker
onder geheel andere omstandigheden dan zijn collega van
1929
En of. Ik herinner me dat mijn vader zijn buiten
praktijk per rijtuig af deed, en daar ging heel wat tijd in
zitten. Een enkele verkooping in den omtrek eischte toen
soms met de heen- en terugreis een geheelen dag. Men was
bij late thuiskomst vermoeid, en van werken kwam er dan
niet veel meer. Toen ik het notariaat overnam, was het
rijwiel in opkomst en dit heeft me aanvankelijk belangrijke
diensten bewezen. Want het won tijd uit.
De spreker liet even den blik naar buiten dwalen, waar
de boomen in een blanke sneeuw-omgeving zwartten. Dan,
na een lichte aarzeling
Weet u waar ik wel eens over denk Dat de oude
menschen er ondanks het gemis van allerlei vlugge en tijd
sparende hulpmiddelen, óók kwamen. Misschien nog beter
en gemakkelijker dan wij. Toen ik hier begon kenden we
nog geen schrijf-machines, geen copieer-persen aPe
stukken moesten met de hand vermenigvuldigd worden. En
toch ging alles voortreffelijk. Er was geen haast. De
cliënten lieten den notaris tijd. Nu moet alles haast je
rep je. Met de invoering van de machines zijn de menschen
veranderd.
In 25 jaren moet een notaris wel heel veel van de
wijziging der menschheid hebben opgemerkt
Vooral na den oorlog. De menschen staan niet meer
zoo rustig en vertrouwend tegenover elkaar als vroeger.
Het is thans al zoo sterk, dat men zich erover verwondert,
als een erfenis verdeeld kan worden zonder dat oneenigheid
ontstaat. Vóór den oorlog kwamen heftige meeningsverschil-
len daaromtrent bijna niet voor. Daar tegenover staat ech
ter, dat de bevolking ook handiger geworden is. Bij een
boedelscheiding treft men geen kabinet meer, dat gevuld is
met rijksdaalders, als een boer land wil koopen, komt hij
niet meer met een zak zilver op zijn rug naar zijn notaris.
Het geld wordt productiever belegd dan in den ouden tijd.
Dit heeft ons beroep wèl veranderd. Maar nog niet zoo als
de vele wijzigingen in de wetgeving dit deden....
Geeft u daar eens enkele voorbeelden van
Gaarne. Vroeger had een notaris met de fiscale wetten
niets uitstaande. De invoering van de vermogens-, dividend
en inkomstenbelasting heeft dat evenwel veranderd. Het
beroep stelt ieder jaar andere en zwaardere eischen en
als men boven de 50 komt ziet men daar tegen op. Ik her
inner me in verband hiermede de invoering van onze registra-
tiewet van 1917. Weet u wat daarvan het aardige is Dat
ze een Fransche wet verving, maar tevens bracht ze veel
meer en nieuw werk met zich mee. Trouwens als alle nieu
we wetten, die men meestal niet aan de practijk toetst
en die men liefst in zoo onbegrijpelijk mogelijke termen
vervat. Wat een arbeid kost den notaris onze omvangrijke
successiewet niet Op den duur wordt het maatschappelijk
verkeer belemmerd door velerlei fiscale maatregelen. Dat
betreur ik.
Waardeert de cliënt den arbeid van den notaris
Ja en. neen. Men komt over het algemeen tot den
notaris als men in moeilijkheden zit en men is dankbaar als
hij de moeilijkheden uit den weg ruimt. Maar de cliënt kan
bijna nooit den arbeid waardeeren die aan verschillende ge
vallen verbonden is. Het resultaaat van een omvangrijk werk
komt soms in enkele regels tot uiting, en daarom dringt de
beteekenis ervan niet tot den leek door. Dankbaar is onze
taak dus altijd niet. Maar soms toch ook weer wel. Het
vertrouwen dat bijna iedereen in zijn notaris koestert is een
ware lichtzijde van ons beroep. Dat heeft me wel eens ont
roerd. Een Zuid-Bevelander, die ziek Jag in een ziekenhuis
in Holland, riep de hulp van een notaris in. Toen deze een
en ander in orde had gemaakt en het zijn cliënt voorlegde,
zei deze Alles goed en wel, maar stuur het nu nog even
naar notaris Pilaar in Goes om te kijken of het in orde is.
Een notaris moet wel het vertrouwen van het publiek
hebben
Ongetwijfeld, en daarom is het zoo jammer dat zich
in de laatste jaren eenige beschamende feiten hebben voor
gedaan. Een notaris die fraudeert valt in mijn oog zeer, zeer
diep, want hij heeft een onbegrensd vertrouwen geschokt.
Op den notaris wordt een groote verantwoordelijkheid ge
legd. Zóó groot, dat men er zich dikwijls bezwaard door ge
voelt. Als u eens wist, waarmede men zooal tot ons komt
en met wat voor zaken, die niets met het notariaat uit
staande hebben. Eigenlijk moet men van alles op de
hoogte zijn.
Komt een notaris wel eens voor de keuze oneerlijke
zaken te doen
Meermalen. Vandaar de weinig mooie „gevallen" der
laatste jaren. Iedere notaris zal wel eens een aanbod hebben
gekregen dat niet door den beugel kan, een voorstel, dat
onwaardig was. Zoo nu en dan moet men iemand wel eens
de deur wijzen.
Terwijl misschien een groote som geboden wordt ten
einde den misstap voor te bereiden
Ja. En in verband hiermede wijs ik op de noodzake
lijkheid van financieele onafhankelijkheid van een notaris,
en op het nut van zijn menschenkennis en intuitie. Om de
menschen te leeren kennen moet hij zich veelvuldig onder de
menschen begeven.
U hadt dan wel een uitgebreid terrein van waarne
ming, want gedurende uw verblijf in Goes stond u steeds
midden in het openbare leven. U was.
Twee keer lid van het hoofdbestuur van de broeder
schap van notarissen, lid van de Kamer van toezicht, voor
zitter van den ring Middelburg, lid van den gemeenteraad,
commandant van de burgerwacht en van de schutterij, voor
zitter van de Coöperatieve Voorschot- en Spaarbank, voor
zitter van het Gasthuis, lid van het hoofdbestuur van „Toon
kunst" en voorzitter van de afdeeling Goes van deze maat
schappij, lid van de commissie van toezicht op het middel
baar onderwijs, regent van de gevangenis, voorzitter van de
verkeers-inspectie in Zeeland, commissaris van heel wat
particuliere instellingen. Als vereenigingslid ziet men de
menschen in hun eigen omgeving en dat kan zijn nut af
werpen.
ES