16
ONS ZEELAND
UIT EEN JEUGD
Herinneringen aan Zeeland
door
JAN R. Th. CAMPERT.
XX.
Vluchtelingen.
Het was in de eerste oorlogsjaren en wie uwer zou het
zich niet meer weten te herinneren
Holland, het had zijn neutraliteit weten te behouden. Het
lag rustig en veilig ter zijde van het oorlogsgewoel. De brand
woedde buiten onze grenzen en al merkten wij wel iets
van haar verzengenden gloed, het ergste ging ons -God
dank voorbij Achter onze beschermende grenzen waren
wij een volk dat weinig te vreezen had
Wij staan bekend om onze nuchterheid, om onzen prac-
tischen blik op aardsche aangelegenheden. Ik heb het altijd
als een compliment beschouwd en doe zulks nog, maar
soms wordt toch het verstoktste hart week, worden oogen
vochtig, die men nooit daarvan verdacht zou hebben, trilt
een hand, onverwacht en verrassend, die men altijd vast
en sterk heeft gekend. Het zijn voor ons, Hollanders, altijd
diè oogenblikken geweest dat er een beroep op onze hulp,
op ons menschelijk meegevoel werd gedaan. Een dergelijke
bede schijnt onmiddellijk een sentimenteele snaar in ons te
doen trillen en ik heb er ons volk des te liever om. Werd
het onlangs weer niet bewezen bij de Prins-der-Nederlan-
den-ramp en zijn er geen voorbeelden te over van?
Van een dezer voorbeelden wil ik u ditmaal vertellen.
Het relaas past in het kader dezer herinneringen en wel
licht is het goed om er juist op dit moment aan te denken.
U moet weten ik houd niet van politiek, ik houd nog
minder van diplomaten. Er zijn vrouwen, die er anders over
denken. Ik wil geen namen noemen
Diplomaten zijn hoffelijk en goed-geschoren, ze hebben
verstand of niet, maar zéker ridder-ordes. En dat is veel
waard
D'r zit altijd een luchtje aan. Niet alleen aan hun goed-
gesoigneerde hoofden.
Daar hebt u nou het laatste heibeltje dat ontdekte, mili
tair verdrag. De ééne partij (en waarom zou zij het uit haar
duim zuigen?) houdt vol het gezien te hebben, de andere
ontkent het bestaan. Zij zegt enkel Het is niet waar En
voor de rest maken zij ons uit voor alles wat leelijk is..
Maar ik zou de rechtbank wel eens willen meemaken,
die een beklaagde vrij spreekt alleen omdat hij (zonder
eenige motiveeiing) zegt dat de ander liegt. Bewijzen En
anders gelijk dat in de wets-terminologie luidt ach
ten wij het ten laste gelegde bewezen en veroordeelen wij
beklaagde tot.
Er was één middel geweest om afdoende de beschuldi
ging te weerleggen, n.l. de oogenblikkelijke publicatie der
militaire interpretatie. Misschien gebeurt dat ook nog wel
(of is het reeds gebeurd wanneer dit nummer verschijnt)
en dan zullen wij het hartverheffend schouwspel beleven
van de smettelooze verrijzing der zoo snoodelijk miskenden.
Maar dan zeg ik in de verstreken dagen zou ik best kans
zien om honderdduizend onschuldig-klinkende militaire uit
leggingen te verzinnen.
Een stelletje sabel-maniakken hadden het mooie, cor
recte plannetje bedacht en de gladde diplomaten wisten er
niks van. Ze weten nooit ergens 'iets van. Dat zeggen ze
tenminste. Behalve als het gaat over den wereld-vrede. Dan
confereeren de heeren wekenlang, eten wekenlang en sla
pen wekenlang. Ze gaan met den vrede naar bed en ze
staan er mee op. Ze druipen van vredelievendheid, ze zijn
waarachtig te goed voor deze wereld heiligen, idealisten
en oorlogshaters.
Vergeeft u mij deze woorden, die met mijn eigenlijk on
derwerp zoo weinig van doen hebben. En toch.
Met tienduizenden trokken zij onze Zuidelijke grenzen
over naar Limburg, Brabant en Zeeuwsch-Vlaanderen. Met
auto's, treinen, wagens en te voet. Achter hen laaide het
gevaar, dat hun huizen en hun bezittingen vernietigde, dat
hun moeizaam opgebouwd bestaan met één slag naar be
neden haalde wreed, nonchalant en onvergeeflijk
En zij vluchtten. Weg uit de door de eigen troepen
verlaten steden, weg uit de stille, kleine dorpen van het
Vlaamsche land, weg van hun werk op de kantoren en van
hun arbeid op de fabrieken en op het land. Mannen,
vrouwen en kinderen. Wat ze mee konden nemen, wat
zij hadden kunnen redden uit dit redeloos en onverwacht
failliet, droegen ze bij zich geld, een lieve herinnering,
wat kleeren.
De wanhoop en de angst, de vermoeidheid en de ont
bering hadden nieuwe, ongekende groeven op hun gelaten
geteekend. Star en wezenloos staarden de oogen. Lam
geslagen rustten de handen, plotseling verstoken van arbeid,
alleen de voeten gingen, gingen eindeloos. De wegen af,
vér van het vertrouwde huis, dat in lief en leed hen kende,
vèr van het beminde land, dat op ontreddering wachtte.
Grauwe, sombere, ellendig-lange stoeten. Bestoft, bezweet
en vermoeid. Zóó kwamen zij onze grenzen over. Zóó
stroomden zij onze steden en dorpen binnen
Ik zie hen nóg komen. Mijn God, dat was een hartver
scheurend schouwspel ,,De Belze vluchtelienge' komen
En in ieder huis werd een maaltijd meer gekookt, in ieder
huis een paar bedden meer gespreid. Ons hart was aange
daan. En de Westkappelaars, die het zelf toch ook niet al
te breed hadden, deden hun lieve, menschelijke plicht
helpen waar dit noodig was.
Het bracht in het dorp plotseling een andere tierigheid.
Er kwam wat meer luidruchtigheid en de Belgische meisjes
waren zeker niet onaardig.
Er waren er die jarenlang bleven. Er waren er die ergens
anders een bestaan vonden of teruggingen omdat het heim
wee onverdragelijk werd, maar het is voor hen zelf te hopen
dat zij dit nimmer mogen vergeten
En hieraan moest ik denken in deze dagen nu tusschen
twee nabuurstaten zulke harde en hatelijke woorden val
len.
«1^3
Hallo, hallo
Hier is het draadloos uitzendstation de Schelde-zender
Vindt u het interessant, te hooren
dat Maart nogal gunstig roert met z'n staart.
dat het verkeer, dank zij de onttroning van vorst win
ter, weer in normale banen geleid kan worden.
dat onze eerste Zeeuwsche privé-vlieger, de heer M.
Vlaming uit Ierseke, toen hij Zateidag j.l. op weg was van
Vlissingen naar Rotterdam, twee keer een noodlanding moest
maken. Beide dalingen gelukten uitstekend. Over 10 jaar
zullen de bladen zich met dergelijke pech-reisjes niet meer
ophouden. Nu steekt er nog copie in.
dat een aantal leden van. de coöperatieve suikerfa
briek „Zeeland" bezwaren koesteren tegen het in werking
brengen van het bedrijf in het komende najaar. Ze willen
de bieten liever aan andere fabrieken verkoopen.