ONS ZEELAND 5 VAARTEN OP ANDERE PLAATSEN. Van Vlissingen op Gent en 't Sas van Gent. Alle dagen met het getij. Op Zierikzee. Alle dagen een schip. Op Sluis, in Vlaanderen. Alle dagen twee Schepen met het vallend water. Anders met de veerschuit op Breskens en met de wagen van Cas- sand op Sluis en over te varen. Op deze wijze kan men spoedig naar Braband komen. Op Ostende. Alle weken een schip. Op Duinkerken. Alle weken een schip. Op Dort en Rotterdam. Alle dagen op elke Plaats een schip. Op Amsterdam. Om de veertien dagen een schip. Met wagens Van Vlissingen op Middelburg, alle uren. VEERE. Vere, ter Veerof van der Vere, is de derde bemuurde stad van 't Edand Walcheren en bekleed de zesde plaats onder de stemmende Steden in de vergadering der Staten van Zeeland.. Zij is gelegen in 't Noord-Oosten, op den oever der Zee, een uur gaans van Middelburg en twee van Vlissingen. De inwoonders dezer drie steden kunnen mal kander langs een goede bestrate weg, strekkende van de eene Stad tot de andere, bekwamelijk bezoeken. 't Schijnt dat deze Plaats, eertijds van eenige arme veer lieden en visschers, tot gerief der reizende lieden, bewoond is geweest, waardoor ze eerstelijk een Buurt of Gehucht, daarna een schoon dorp werd, en vervolgens stadsrechten bekomen hebbende, is ze in het jaar 1368 bemuurd en ten laatste tot den naam en eer van Markiezaatschap ver heven. Deze stad ligt aan de eene zijde vlak aan zee, waardoor zii, sedert haar begin, altijd een bekwame diepte om met schepen aan te komen, gehad heeft. Naderhand is de Haven, tot bevordering van den Koophandel allengs dieper en wijder gemaakt, zulks dat ze nu een der besten van Zeeland is, daar groote schepen kunnen uit- en inkomen. De Heeren uit den Huize van Borsselen hebben alhier een groote en schoone Kerk van witte harde arduinsteen doen bouwen, van binnen met kunstige galderijen, steenen over- welfselen, pilaren, trappen en buiten met twee torens ver sierd, zulks dat het wegens zijn voortreffelijkheid een aan- merkenswaardig werk is. Doch deze Kerk heeft het noodlot van vele andere dier gelijke gebouwen niet kunnen ontgaan want in den jare 1684 op een Zaterdag, 's avonds omtrent 6 uur door den brand aangetast zijnde, werd ze voor een groot gedeelte vernield en de Toren tot op de hoogte der Kerk weggebrand. Doch men heeft ze sedert weder doen opbouwen, doch met houten gewelven, gelijk men in andere kerken ziet en staat ook de Toorn, dewijl ze altijd voor een baak verstrekt heeft, weder met een spits opgetrokken te worden. Aan de Westzijde van de Markt, die ruim en luchtig is, staat een schoon en heerlijk Stadhuis, begonnen in het jaar 1470 uit harde witte arduinsteen gebouwd. Hier ziet men de Heeren van deze Plaats (de Heeren van Borsselen) met hun Gemalinnen kunstig in steen afgebeeld. In het jaar 1599 is bij dit Raadhuis een uitnemende schoone Toorn gebouwd. In 't jaar 1594 is hier ook een treffelijk Huis met een Toorn voor arme Weezen, Oude Mannen en Vrouwen, Krankzinnige en andere onmachtige menschen gebouwd en twee jaren daarna een nieuwe Vleeschhal, boven met schoo ne Kamers, daar sommige Gilden vergaderen. Hier zijn ook drie Schuttershoven. Voorts is deze Stad, zo aan de zee- als landzijde, geweldig sterk, en voorzien van alle noodwendigheden tot afkeering van vijanden. Men heeft hier ook twee bekwame sluizen om het zeewater naar nood en gelegenheid uit en in te laten. Landwaarts zijn 3 poorten en aan de zeekant een, daar alle schepen van Dort, Zierikzee en meer andere Plaatsen aankomen. De oude Heeren van deze stad plachten hun woonplaats buiten de stad te hebben, op een zeer schoon en welgebouwd Huis, ,,'t Hof van Zandenburg" genaamd, 't geen door den oorlog ten eenenmale vernield is. Belangende de Regeering, die bestaat bij een Baljuw, twee Burgemeesters, negen Schepenen en vier en twintig Raden. LOGEMENTEN. De Gouden Kroon. De Trouw. De Goude Harp. St. Joris. Den Toorn. De Oranjeboom. De Vier Heemskinderen. Zie rikzee. VAARTEN OP ANDERE PLAATSEN. Van Ter Vere op Dordrecht. Met de nieuwe of volle maan, gedurende de 4 zomer maanden, (Mei, Juni, Juli, Augustus) vaart het eerste schip af 's morgens ten 6 uur en het tweede ten 10 uur, maar in dien het Zondag is, altijd het tweede schip een uur vroe ger. Een dag daarna, 's morgens ten half 7 en ten half elf uur. Twee dagen daarna ten 7 en 11 uur. Drie dagen daarna ten 8 en 12 uur. Vier dagen daarna ten 9 en 1 uur. Vijf dagen daarna ten 10 en ten 2 uur. Zes dagen daarna ten half 11 en ten half 3 uur. Met het kwartier ten elf en 3 uur. Daags na het kwartier ten 12 en ten half 4 uur. Twee dagen na 't kwartier wordt deze order veranderd en vaart het eerste schip af 's morgens ten 6 uur en het tweede 's na middags ten 2 uur. Drie dagen na 't kwartier ten half 7 en ten half 3 uur, doch zoo het Zondag is ten 7 uur, enz. enz. Gedurende de 8 wintermaanden vaart er maar een schip des daags van Ter Vere op Dordrecht, te weten van den eersten September tot den laatsten April. Op ter Goes. Alle dagen een schip. Op Zierikzee. Alle dagen een schip. Op Middelburg. Alle weken een schip en alle oogenblik wagens. Op Rotterdam. Alle dagen een schip. ARNEMUIDEN. Het tegenwoordig of nieuw Arnemuiden (want van het oude, 't geen in het jaar 1438 ten tijde van Gillis van Arne muiden, zijn laatsten waren en natuurlijken Heer, door het geweld der waterstroomen 't eenemaal onderworpen is, wil len wij nu niet spreken) is een Plaats, die nog voor weinig jaren een Haven gehad heeft, welke door gansch Europa vermaard was, wegens het oneindig getal der Schepen van

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1929 | | pagina 5