fU^Geplaagd
tfXfjSt door
Etif Aambeien
Kloosterbalsem
,,Ceen goud zoo goed"
4
ONS ZEELAND
schroomd aannamen. Ook in zijn hötel was hij niet afge
zet, en men had er hem behandeld, als was hij een oude
bekende. In de familiekringen van verscheidene Middel
burgers van stand had hij de waarheid van het spreekwoord
„goed Zeeuwsch, goed rond" ondervonden, en nergens had
hij die angstvallige terughouding en die vervelend beleefde
bejegening aangetroffen, die elders den vreemdeling zoon
angst aanjagen.
,,In de kleeding onderscheiden de plattelandbewoners
zich niet zeer van die in Holland, maar de netheid ontbreekt
hier. Groote hoeden, knoopen en gespen schijnen waar
de voor hen te hebben, en de vrouwen sieren zich graag
met veel breed goud. De dracht der stedelingen heeft niets
bizonders de zeden van het geringe volk ontaarden licht
in gemeene zinnelijkheid".
Bijna alle Zeeuwsche plaatsen vond Dethmar het aan te
zien, dat ze betere tijden gekend hadden dit gold vooral
Veere, Middelburg en Vlissingen. En toch, wanneer ook
alle takken van industrie te gronde zouden gaan, en alleen
de landbouw overbleef, zou Zeeland toch niet verarmen.
Alleen wegens de bescherming tegen het geweld van het
water heeft Zeeland nog andere middelen van bestaan noo-
dig, dan de landbouw, want het onderhoud der dijken ver
slindt ontelbare sommen' "Zou Zeeland dezen strijd met de
natuur niet vol te houden hebben", zoo merkte onlangs een
achtenswaardig man tegen me op, „dan zou het weliswaar
vele millioenen rijker zijn, en van de vrij gevige natuur nog
grootere schatten gewonnen hebben, maar de overvloed en
de gemakkelijkheid waarmede men zijn brood zou win
nen, zouden dan ook de bewoners tot verweekelijkte bras
sers hebben gemaakt, waarvoor God hen nu door de taak,
de elementen te bestrijden, bewaart.
De groote gevaren, die hem dagelijks voor oogen zweven,
de offers, die hij tot afweer van deze dagelijks te brengen,
en de reusachtige werkzaamheden, die hij voor zijn zelf
behoud te verrichten heeft, hebben zijn karakter die eigen
aardige, krachtige verheffing gegeven, en hem groot, sterk,
eensgezind en godvruchtig gemaakt".
Het was met een gevoel van weemoed, dat Dethmar Mid
delburg verliet immers zou hij naar alle waarschijnlijkheid
deze interessante stad met zijn vriendelijke bewoners nooit
weerzien. In den vroegen morgen reed hij, met den z.g.n.
Pietjeswagen zoo genoemd, omdat men een pietje, d. i.
zes en een halven stuiver, voor de vracht moest betalen
naar Vlissingen, waar een jongeman hem, in de enkele
uren die hij in deze stad vertoefde, de havenwerken liet
zien, de werven, de dokken en de sluizen. Vlissingen stond
hem niet lang zoo aan als Middelburg, noch wat de stad
zelf, noch wat haar inwoners betrof. „Een der onaangenaam
ste zijden van de zeesteden is die ruwe toon, dien de ma
trozen daarheen overbrengen, en die een bandeloosheid en
zedeloosheid in de vrouwen van minderen stand veroor
zaken, dat de officieren hun soldaten moeten verbieden,
door bepaalde straten te gaan.
Veel tijd had Dethmar overigens niet, om zich van een en
ander op de hoogte te stellen om twaalf uur toch voer het
zeilschip af, waarmede hij den overtocht naar Terneuzen
wilde maken. Deze reis, die al naar gelang van den wind
van één tot zes uur duurde, viel onzen predikant niet lang,
hoewel er vijf volle uren verliepen tusschen het tijdstip
dat hij Vlissingen verliet, en het oogenblik, dat hij in Ter-
neuzen den bodem van Zeeuwsch-Vlaanderen betrad. Maar
het was een uitgelezen zomerdag, het weer was prachtig,
de wind, hoe ongunstig hij ook woei, was aangenaam, en de
breede stroom bood met zijn vele schepen, die met volle
zeilen voorbij voeren, een zoo levendigen aanblik, dat Deth
mar zich over de vertraging van zijn reis in 't geheel niet
beklaagde, al laveerde het schip zoo wonderlijk, dat het
hem na enkele uren varens toescheen, of ze eerder in Vlis
singen dan in Terneuzen zouden komen.
Intusschen vond hij tijdverdrijf in de tooneeltjes op het
l3ii®LGii kunt n'e* zitten, niet liggen.
niet staan. Altijd hindert U de
pijn der aambeien. Reeds zoo
lang wordt Gij door Uw kwaal
geplaagd, dat Gij eraan wan
hoopt haar ooit kwijt te raken
Maar toch is er uitkomst' Vraag
vandaag nog bij Uw apotheker
of drogist Akker's Klooster
balsem en behandel U ermee
als op de gebruiksaanwijzing
is aangegeven. Van het eerste
oogenblik af treedt verbetering
in en wat wel het allerbelang-
AKKER'S djkste is: de pijn houdt snel op.
Verbind U of smeer LI in met Kloosterbalsem
in geval van Insectenbeten, brandblaren, bloedende
of etterende wonden, zweren, jeuk. uitslag, ge
zwellen, doorliggen, doorzitten en aambeien.
schip zelf. „Er lag iemand op het dek, dien de schippers
met de grootste verachting behandelden en tegen wien ze
een zoo scherpe boetpredicatie hielden, als ik nog nooit
gehoord heb. „Wat doen jullie toch vroeg ik hun.
„Meneer, dat is een deugniet, een verloren zoon, die zijn
vader veel verdriet gedaan heeft, een tijdlang in de wereld
rondgezworven heeft en nu wil terugkeeren. Het is een
wonder, dat ons schip niet vergaat, en wie weet of we niet
om hem met tegenwind gestraft worden". Het ontbrak er
nog maar aan, dat het was gaan stormen, en ze den onge
lukkige in zee geworpen hadden, dan hadden we de scène
van den voor den Heer vluchtenden profeet Jona gehad.
Intusschen verdreven andere passagiers den tijd met je
never en bier drinken. De militairen die zich aan boord
bevonden, officieren, onderofficieren en minderen, dronken
allen uit hetzelfde glas, en toen men Dethmar ook wat aan
bood, durfde hij dit niet af te slaan. Weer anderen rookten
of pruimden, en Dethmar zag tot zijn verbazing dat ook
hier, zooals elders in Nederland, dit niet alleen menschen
uit de lagere standen deden, maar evengoed lieden uit de
betere klassen en personen, wier beroep naar zijn opvattin
gen onvereenigbaar was met een brandende pijp.
Toen de passagiers bemerkten, dat Dethmar een vreem
deling was, maakten zij hem op alle mogelijke dingen at
tent. Men noemde hem de namen der dorpen, waarvan hij
de torens in het verschiet zag liggen, men wees hem een
zeehond, die uit het water opdook, een meeuw met een visch
in haar bek, een gestrand schip, dat men bezig was te
lossen, en zoo viel hem de reis niet lang. In Terneuzen
dat destijds nog een garnizoensplaats was, nam Dethmar
intrek in een logement, dat tegelijk officierensociëteit was.
„In de gelagkamer zag het er nog al rommelig uit het Hol-
landsche karakter was hier geheel verdwenen, en de keurige
netheid ontbrak hier ten eenenmale. Er zaten Vlaamsche
Wrijf U met
Kloosterbalsem,
wanneer fifl pijn
en U stijf ge
voelt in den nek,
de gewrichten,
de lendenen,
den rug of de
spieren of wan
neer Gij li
verstuikt of
ontwricht hebt.
Potten van
60 cent
MBij Apothekers
en_bi) Drogisten.