6 ONS ZEELAND De vorige week daalde op het vliegveld te Souburg de „Aurora D 1090" van de Luft Hansa met een defect aan een der motoren. Na het inzetten van een nieuwen motor kon de machine m,et enkele dagen oponthoud z'n tocht weer vervolgen. Op Hemelvaartsdag ontstond brand in een garage in de Janstraat te Middelburg. Men ziet hier de doctorsauto die een prooi der vlammen werd. en stierven, en hun dagen sleten in noesten en harden ar beid. De zee heeft aan dit alles een eind gemaakt. De bizon- derheden van de rampen, die zich over het dorp Koude- kerke voltrokken hebben, zijn ons niet bekend, maar de ge schiedenis van Koudekerke's ondergang zal wel dezelfde zijn als die van het verval en tenslotte het verdwijnen van zoovele andere Zeeuwsche dorpen en steden. Uit 1535 wor den ons nog de namen van den pastoor, de kerkmeesters, de St. Martijn- en de Heilige Geestmeesters genoemd, maar niet lang daarna ging het dorp tengevolge van grondbraken en watervloeden verloren. Alleen de toren bleef tenslotte over, aan den binnenvoet van den zeedijk, daar waar in 1654 een inlage is gelegd, die als de Koudekerksche inlage bekend staat. Deze toren, van Zeeuwsche baksteenen opgetrokken, van onderen vierkant en hoogerop overgaand in een achtkant, vertoont drie geledingen. De boog van het ingangspoortje is nagenoeg rond wie zich hierdoor waagt, ontwaart aan de binnenzijde een steenen spiltrap, en de aanzet van een steenen gewelf. Het dak en de spits, die de toren eenmaal gedekt zullen hebben, ontbreken thans, en ongetwijfeld zou de toren zelf reeds lang geheel verdwenen zijn, indien hij indertijd niet door den Staat in stand was gehouden om tot een baken voor de Scheepvaart te dienen. Als zoodanig heeft de toren, die nog steeds eigendom van het departe ment van Marine (thans dus van Defensie) is, thans wel geen reden van bestaan meer, In December van het verleden jaar heeft Jhr. C. A. van Citters, oud-burgemeester van Noordgouwe, in een verga dering van ingelanden van het waterschap Schouwen de aan dacht gevestigd op den verwaarloosden toestand van den toren, die dringend herstel eischt. Toezegging werd ge daan, dat een en ander in overweging zal worden genomen. Reeds in 1867 had de raad van de gemeente Haamstede, waartoe de toren thans behoort, de kwestie der restauratie ter sprake gebracht, maar gevolgen heeft dit destijds klaar blijkelijk niet gehad. Ook thans is de raad algemeen voor het behoud van den toren, waarom zij, in haar zitting van 6 Februari van dit jaar, het besluit nam om een schrijven over deze aangelegenheid- te richten tot het Departement van Marine, de Rijkscommissie voor de monumentenzorg, het Zeeuwsch Genootschap en Gedeputeerde Staten. Het denkbeeld van Jhr. van Citters, dezen toren voor een algeheelen ondergang te bewaren, is uit het oogpunt van historischen zin en piëteit jegens het voorgeslacht onge twijfeld sympathiek, en verdient daarom den warman steun van allen, die in een oud monument meer zien dan alleen maar kalk en steen. Het vandalisme, dat in het revolutie jaar 1848 de ruïne van den toren van het meer Westwaarts gelegen Wer^ enschouwen sloopte, mag op den bouwval van Koudekerke's toren, die er sindsdien wel eens mee verward wordt, geen aanslag plegen, zonder dat honderden, vooral in Zeeland en onder de oud-Zeeuwen buiten dit ge west, zich daartegen ten krachtigste verzetten. Wie eenmaal, op den zeedijk aan Schouwens Zuidkust, den ouden toren in zijn romantische schoonheid boven de vlakke weiden en den effen zeespiegel zag uitrijzen, vergeet dien aanblik nimmer. En naderbij komend, terwijl zwarte kraaien luid klapwiekend uit de oude ruïne opvliegen, ge denkt hij de verre geslachten, die hier den bitteren strijd streden tegen het water, den strijd, waarin zij tenslotte het onderspit moesten delven. Alleen den toren van hun dorp wisten zij te behouden, en de eeuwen hebben hem gespaard, hoe fel de stormen ook vaak over hem heen woedden, en de zee haar golven in toomelooze woede te gen den dijk aan zijn voet te pletter sloeg. Zoo is hij ons het zinnebeeld geworden van den moeizamen strijd, dien onze vaderen tegen de zee voerden, van hun taaie volhar ding, van hun onversaagdheid, van hun doorzettingsvermo gen tot het uiterste. En als zoodanig dient het nageslacht den ouden toren van Koudekerke voor verder verval te behoeden. Hallo, hallo Hier is het draadloos uitzendstation de Schelde-Zender Vindt u het interessant, te hooren dat 12 Goesche winkeli^s, die op Hemelvaartsdag hun winkel voor het publiek geopend hadden, door den Kantonrechter werden veroordeeld tot 2 kwartjes boete, subs. 1 dag zitten. De Ambtenaar van het O. M. dreigde bij herhaling met een dag hechtenis. dat B. en W. van Middelburg den gemeenteraad voor stellen het vermenigvuldigingscijfer voor de inkomstenbe lasting dit jaar op 1.2 te bepalen, tegen 1.325 voor 1928- 1929. De finantieele positie van onze hoofdstad blijkt dus niet zoo' angstwekkend als destijds is afgespiegeld.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1929 | | pagina 4