rT -#
q
P
Hoe men elders lacht
.41
r'W: *v;
Dokter ,,Wel, hoe voel je je vandaag
Patiënt „Veel beter. Zoodra u die thermometer begon te
gebruiken, ben ik opgeknapt.''
G
Verstrooide vliegenier (uit zijn vliegtuig vallend „Wel ver
dikkie Daar heb ik die ellendige parachute vergeten
„Is je zoon genezen van kleptomanie?"
„Nog niet heelemaal, maar hij gaat vooruit. Vroeger kwam
hij altijd met onbruikbare rommel thuis, maar nu brengt hij
dingen mee, die wat waard zijn
„U hebt een zware verkoudheid opgeloopen, Mevr. De Vere
Smythe."
„Ja, die kreeg ik direct van de hertogin gisteren op haar
bazaar."
Eerste tooneelspeler (opkomend) „Ben je alleen?"
Tweede tooneelspeler (de zaal rondkijkend) „Bijna"
De gevolgen van een gebroken ruit in het insectarium.