16 ONS ZEELAND een soort geboeide aandacht iedere bijzonderheid van zijn verschijning nam ze in zich op. Hij was een man van mid delbare grootte, mager en gespierd, gekleed in een oud blauw zeemansbuis en een versleten broek zijn donker haar zat verward hij ging barrevoets, maar hij was goed geschoren en zindelijk en toen hij begon te spreken, hoorde Elspeth een beschaafde, aangenaam-klinkende stem. Alsof hun ontmoeting de gewoonste ter wereld was, be gon hij U moet een beetje warmte hebben uw schoenen zijn doorweekt en het wordt kil met al dien regen. Als betooverd keek Elspeth toe, hoe hij bij den haard neerknielde en den brand in den houtstapel stak. Het droge hout vatte snel vlam en toen het goed brandde, ontmoette de man den aandachtigen blik in de groote, grijsgroene oogen van het meisje. Even speelde een vluchtig, geamuseerd lachje om zijn mond. Ik heb al zooveel vuurtjes gestookt in mijn leven, zei hij, binnenshuis en in de open lucht ik ben eigenlijk een beetje trotsch op mijn kunst in dit opzicht. U bent Anthony Condon vroeg Elspeth langzaam. Het was haar door den geest geflitst, dat hij de eigenaar van het oude huis moest zijn toen hij dat zei van die vuurtjes, bedacht zij dat zij had hooren vertellen, dat de neef en naamgenoot van den ouden Sir Anthony op zijn zwerftochten een paar jaar aan den Yukon had doorge bracht. Deze plotselinge terugkeer naar zijn erfdeel, was heelemaal in overeenstemming met wat ze wist van zijn zwerversnatuurDe wilde vrijheid en de romantiek daarvan Dat was waarnaar Elspeth de handen uitstrekte in ongestild verlangen. Hij kwam overeind en keek haar even aan voor hij ant woordde. Ja, ik ben Condon, En met een glimlach vervolgde hij: Wat een geluk dat ik vandaag juist ben komen opdagen. Anders had u het huis gesloten gevonden in dit vreeselijke weer. Elspeth, anders nooit bang voor onweer, betrapte zich er op, dat ze er nu bepaald plezier in had. Doe uw schoenen uit, commandeerde Anthony Con don. Ze zijn doorweekt. En ik zal een kop koffie voor u zetten. Ik was juist van plan het voor mezelf te gaan doen. Ik heb nog geen tijd ervoor gehad. ik ben juist op tijd voor dat noodweer binnengeloopen. Ze deed wat hij zei en terwijl ze met een fijn peau-de- suède schoentje in de hand stond, vroeg ze - Bent u over zee thuisgekomen Hij lachte, Ik heb het laatste half jaar gedurig op mijn schuit rondgezwalkt ik heb een buitenboord-motor. Toen ik Kaap Lizard passeerde, kwam op eens het verlangen in me op om het oude huis eens weer te zien. Een zachte zucht van voldoening kwam over de lippen van het meisje. Ze kreeg een visioen van een ongebonden zwer versleven, van naar eigen lieven lust rondkruisen over „on bevaren zeeën", van kampvuren ontsteken in de wildernis, iederen dag en iederen nacht nieuw avontuur.... Roman tiek Romantiek en Anthony Condon. dingen die Ronald niet kon begrijpen en niet wilde. De koffie die hij had gezet, was voortreffelijk hij bracht haar den geurigen drank in een eierschaal-dun porceleinen kopje, waarvan hij vertelde dat hij het uit een van de an tieke kabinetten in de rose salon had gehaald. De kopjes in de keuken zijn zoo verschrikkelijk dik Ik zie niet in waarom we dit niet zouden gebruiken, als het er toch is. Oh, voor mij komt het er niet op aan.... ik ben gewend aan een tinnen kroes. En toen draaide hij zich plotseling om. De deur was opengegaan en weer dicht en met zijn rug er naar toe, belicht door het schichtige blauwe licht van een bliksemflits, stond Ronald Grainger Er was een lang stilzwijgen, terwijl de binnengekomene staarde naar de twee bij het vuur. Eindelijk zei hij lang zaam Zoo Dus daarom mocht ik je niet thuisbrengen in de „Ariël" Toen hij binnen den lichtkring kwam van de kaars die Condon had aangestoken, zag Elspeth met vage bevreem ding, dat Ronald een oliejas aan had en zeelaarzen. En als in antwoord op haar verwonderden blik, zei hij Nadat je was weggegaan besloot ik toch maar met de „Ariël" naar Trecarrow te varen. Ik kon bijna voortdurend het pad over de klip met den kijker in het oog houden en ik veronderstelde dat je nog vcor het onweer thuis kon zijn. Ik zag je niet meer en daaruit maakte ik op, dat je had voortgemaakt. maar toen ik bij je huis kwam, hoorde ik dat je er nog niet was. Daarop voer ik terug naar den inham en daar zag ik een jacht voor anker liggen met nie mand aan boord. Het onweer kwam opzetten en ik ben aan land gegaan en nadat ik een poosje op de klip had rondge zwalkt, zag ik licht door het venster hier.... en kwam hierheen. maar niet met de gedachte dat ik dit zou ontdekken, Elspeth Dit Je bent met mij verloofd. en ik vind je hier. waar je een afspraak hebt met een anderen man. Dat had je me wel kunnen zeggen, Elspeth Oh, dus je denkt. Wat kan ik anders denken Zijn stem klonk hard en verzekerd. Het is een logische conclusie Je wilde met alle geweld alleen naar huis gaan, je was vandaag heel anders dan gewoonlijk denk maar niet dat ik het niet gemerkt heb,Ik weet niet waarom je deze plaats voor je afspraak gekozen hebt, net zoo min als ik weet waarom je mijn ring nog draagt.... „Logische conclusie!" Het was alsof deze woorden een soort razernij in Els- peth's gemoed ontketenden. Laat hij maar blijven geloo- ven in zijn logische conclusies, dacht zij. Romantiek. en Anthony Condon hadden een uitweg verschaft aan de twij felingen waaraan ze dien middag ten prooi was geweest. Ze trok den ring met den saffier van haar vinger en stak Ronald het juweel toe. Dit is het huis van meneer Condon hier ze knikte in de richting van haar gastheer en ik ben niet langer verloofd met jou. Ronald nam den ring aan en zei een tijdlang niets. De twee mannen keken elkaar zwijgend aan, het meisje zat met neergeslagen oogen, tot Ronald opeens met rustige stem het drukkende zwijgen verbrak. Ik ben bang dat we hier alle drie gevangen zijn tot het licht wordt. Elspeth keek op haar horloge en een gevoel van weeë beklemming kroop in haar op. Het zou nog een uur of vijf duren voor de schemering van den zomerochtend aanbrak, vijf eindelooze uren Het besef gaf haar een ge voel van anti-climax; de gedachte aan deze folterende lange nachtwake was ondragelijk. De romantische charme van koffie in een antiek kopje, bij een haardvuur in een oud huis op de klippen, begon haar glans te verliezen. Bij Ronald's woorden keek Anthony Condon door het ongesloten venster uit in de inktzwarte duisternis, waardoor telkens en telkens blauw-lichtend de bliksemflitsen schoten en knikte bevestigend. Ja. Ik denk niet dat het rotspad op het oogenblik makkelijk te vinden zal zijn Het scheen opeens tot Ronald door te dringen dat hij zijn druipende oliejas nog aan had. Hij trok hem uit en keek rond naar een plaatsje om hem op te hangen. Toen hij naar de achterzijde van de hall liep, waren de oogen van den man bij het vuur geen oogenblik van hem af. Er was een raadselachtige uitdrukking in; iets van angst. Ronald gooide de jas over een leeren kamerschut en kwam terug bij het vuur en ging zitten. En zoo begon hun vreemde wacht.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1929 | | pagina 14