Hoe men elders lacht Een streek van den wind. Agent: „Waar is 't lijk?" Heer des huizes: „Wat bedoelt u?" Agent: „Ze zeiden me, dat u hier bezig was Wagner te vermoorden." De heer ('s avonds laat op den eenzamen weg)„Ha, je bent dezelfde kerel, die me twee maanden geleden m'n hor loge afnam!" De man met de knuppel: „Ik hoop, dat u in staat bent geweest een ander te koopen, meneer." „Meneer, wordt eens wakker, 't is tijd om uw slaapdrank in te nemen." Mevrouw: Marie, gooi neer wat je in je handen hebt en kom me helpen."

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1929 | | pagina 20