„0 f""»1»», DE WERELD ROND 912 VRIJDAG 31 JANUARI 1930 No. 46 Van een echtpaar, dat per fiets een wereldreis onder neemt ontvingen wij uit de verschillende plaatsen waar zij langs trokken een aantal aardige foto's, waar van wij er hier eenige plaatsen. Het ondernemend tweetal vertoeft thans aan de Noordkust van Afrika en trekt er door de gekozen Volendamsche kleeding even sterk de aandacht als in Zuid-Europa. DOOR L. A. M. VIERHOUT Zondag. Met den trein ben ik naar A. geweest en toen ik terugkwam, zat hij tegenover me. Ik weet niet wie of wat hij is, maar hij ziet er uit als een gentleman. O nee, niet van die alledaagsche would-be gentlemen, zooals er duizenden langs den weg loepen een leeg hoofd boven uiterst correcte kleeding, maar een, wien de adel op zijn gezicht te lezen staat. Bij het naar huis gaan liep hij achter me en toen ik de deur ^chter mij gesloten had, bleef ik stiekum in 't donker achter het ruitje staan, om hem na te kijken. Even maar, heel even, sloeg hij een blik op de deur, die zich juist achter mij gesloten had.... toen liep hij verder.... Even rusten te (tra/. Woensdag/Toen ik thuis kwam. heb ik gehuild, vreeseiijk gehuild.... Ik heb hem ontmoet'en zijn zachte rustige oogen keken even in de mijne toen blikte hij weer in de verre verten. Stuk voof stuk heb ik de nienschen met mijn binocle gefixeerd.... maar geen enkele kwam in aanmerking om zelfs maar op hem te gelijken. 't waren stuk voor stuk proleten en leeghoofden.... O, ais hij toch eens wist hoe ik naar hem verlang.mijn onbekenden mysterieuzen prins en nolkomen beivaord gebleven pyramide. l'oor het Collosseum te Rome rustig en zeker.... als 't ware met een geheim zinnig waas overtrokkenOch kom, jonge- meisjes-fantasie.ik ga maar slapen.... dan gaat 't wel weer over. Maandag. Vannacht geen oog dicht gedaan. Steeds zag ik zijn droeve melancholieke oogen voor mij.... oogen, die in de verte tuurden, alsof zij alles en niets zagen.... Om drie uur ben ik op gestaan en voor het raam gaan kijken.Flauw tjes hoopte ik, dat hij voorbij zou komen.mis schien.... het kon toch best.... och, nee.... eigenlijk is het idioot.... wie loopt er om drie uur nog over straat.... Ik ben weer in bed ge stapt en huiverde, maar toch speet het mij niet, dat half uurtje aan hem en zijn oogen te hebben geschonken Dinsdag. Het wordt steeds erger en ik kan bijna niet meer regelmatig denken.... Altijd ;ie ik zijn oogenals ik eetals ik drinkals ik lees of muziek maak.... ja, vooral als ik mu ziek maak, dan is 't of ik alleen voor hem speel Ik voel me ziek worden en kan er niets tegen doen.... Ik ben vanavond meegegaan naar het concert, omdat ik hoopte, dat hij er zijn zou Toen ik thuis kwam wist ik niet wat ze gespeeld hadden, maar ik wist zeker, dat hij er niet was. A-~i«Ju

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1930 | | pagina 12