Vro uwen leven >j>Aët+b De Allernieuwste Hoeden Een paar grappige Kinder pantoffeltjes Een nieuwe, heerlijke toiletzeep, fijn van geur, zacht voor de huid en tochmatig in prijs Prijs 25 ets p. tablet 916 VRIJDAG 31 JANUARI 1930 No. 46 We zitten, met de herinnering aan den vorigen laten win ter, nog steeds in afwachting van vorst en koude en reeds brengen ons de groote Parijsche modehuizen de nieuwste hoedeninodellen voor voorjaar en zomer. Zullen de hoeden veel veranderen Getuige het hierbij afge beelde kleine hoedje van oud-rose stroo, gegarneerd met biais van crêpe de chine op den bol, dat gelanceerd wordt door het modehuis Suzel, zijn de kleine nauwsluitende dopjes nog niet uit de gratie. Maar naast die kleine hoedjes zien we toch ook grootere modellen, welke zich, beter dan de kleine dopjes, aan passen aan de tegenwoor dige kleeding. Ik zag o.a. een grooten zwart-fluweclen hoed,met garneering van kleurige steenen. Ook de hierbij afgebeelde hoed van rood stroo, van het modehuis Marguérite Gisler, is ta melijk groot ten min ste aan één kant, waar hij het gezicht bijna geheel verbergt. Van den derden hoed is de eigenlijke toque van zwart satijn klein genoeg, maar de elegante vleugels geven er 'n omvang aan, die gracieus is en flat- teerend. Of we werkelijk groo tere hoeden zullen krij gen Dat zal afhangen van de vrouwen zelf en misschien ook van toevallige omstandighe- lioed van outl-rose stroo, met garneering op den bol van crêpe de chine biais Toque oan /.mart satijn met groote vleugels. Rood strooien hoed met eenvoudig borduursel van mil zijden koord en lintgameering. den. Het is immers be kend, hoe lang geleden, keelbanden in de mode kwamen, doordat konin gin Louise van Pruisen hiermede een tijdelijke zwelling van haar hals bedekte. En in 'n Duitsch blad lees ik welke tragicomi- sche gebeurtenis indertijd de groote platte hoeden in de mode bracht. Toen de groote zangeres Mali- bran, op een Londensch tournee,met collega's naar een feest zou gaan, bleek ineens haar nieuwe kost bare Parijsche hoed te zijn verdwenen. In hevige opwinding werd overal gezocht, tot de zangeres eindelijk besloot dan maar 'n minder kostelijkhoeden-exemplaar te zullen dragen. Toen stond de dikke zanger Lablache, die onder de algemeene consternatie kalmpjes was blijven zitten, op en met ontzet ting zagen de anderen, dat 't kostelijke kunst product van gaas en kant en lint en veeren plat als een pannekoek op den door hem verlaten stoel lag. Maar de zangeres drukte het verongelukte kunstwerk op haar hoofdje, verboog en verschikte hier en daar wat, spelde het vast met gouden hoedenspelden en er ontstond een nieuwe mode. Maar geen der -elegante navolgsters wist den origineelen chic te bereiken, dien het gewicht van den zanger had weten te ver- leenen aan den hoed van de groote zangeres Dus, wie zal kunnen zeggen wat ons, op modegebied, nog te wachten staat PAULA DEROSE. Voor de kleintjes die pasJcruipen en wier kleine pootjes goed warm gehouden moeten wor den zijn de hierbij afgebeelde Teddy-beer- schoentjes uitermate geschikt. Ze worden gebreid van licht-bruine vierdraads wol op stalen, tamelijk dunne naalden, waarbij afwisselend een lussentoer wordt gebreid en een toer averechts. De lussen breit men als volgtmen steekt de naald in, windt den draad 2 keer om naald en linkervoorvinger, dan 1 keer om de naald alleen, haalt den steek door, keert de lus om, breit I steek in den achterkant, haalt den eersten steek over den tweeden en laat dan pas afglijden. Op deze wijze komen de lussen goed vast te zitten. Na iederen lussentoer breit men 1 toer averechts. Men zet 12 st. op, breit 1 toer aver., vervolgens 1 toer met lussen. Deze beide toeren worden 3 keer herhaald. Bij den lüden toer wordt 1 st. geminderd, zoodat er slechts 11 lussen komen en zoo gaat men door met minderen tot er op den 14den toer slechts 9 lussen komen. Op deze negen steken breit men nog 30 toeren of meer of minder, naarmate de grootte van het voetje - en kant het werk af. Dan neemt men 12 steken op bij het begin van het werk, breit 1 toer links van wreef tot teen, breit een lussentoer, vervolgens 1 toer links en mindert verder bij iederen lussentoer tot er 9 steken op de naald staan. Hierop gaat men door tot de vereischte lengte is bereikt. Dan wordt het pantoffeltje aan den achterkant aaneengenaaid, waarna men een toer vasten langs den bovenkant haakt ter meerde re stevigheid. Voor de ooren worden 8 st. opgezet. Bij den 2den toer in lsten en laatsten st. 1 st. meerderen, 1 t. breien deze 2 t. herhalen tot er 12 st. op de naald zijn. Dan 8 t. breien. Vanaf den 14den toer in 't midden 2 st. samenbreien, 1 t. breien en deze beide toeren herhalen tot er 9 st. op de naald zijn. Tenslotte 3 toeren minderen in 't midden en de overgebleven 6 st. afkanten. De ooren worden aangenaaid, 'n paar glimmende zwarte schoenknoopjes moeten als oogen dienen en met eenige steken zwarte wol maakt men den neus. De zooltjes worden op maat geknipt van sterke zachte wollen stof of van peau de pêche. Men neemt ze dubbel, naait ze tegen elkaar in en bevestigt ze met een zoomsteek aan de schoentjes. THéRèSE. Teddy-beer-schoentjes voor de kleinsten. LUX

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1930 | | pagina 16