No. 47 VRIJDAG 7 FEBRUARI 1930 923 En het is bovendien niet noodig, omdat de veiling over een voldoend aantal kisten beschikt. Maar ook hier hapert er iets. Over het algemeen hoort men de kweekers veel klagen over de moeilijkheid om kisten vast te krijgen. Echter is de fout niet te zoeken bij de veiling. De Goesche veiling bezit 80.000 kisten wekelijks worden er maximaal slechts 16.000 geveild. Elke kist kan dus, als het noodig is, drie weken op reis gaan, en deze tijd is ruimschoots voldoende. Maar wat gebeurt? Er zijn talrijke kweekers, die een groot aantal kisten aanvragen, terwijl zij die op dat moment niet noodig hebben. Zij slaan ze op, om ze te hunner tijd eens te gebruiken. Het spreekt vanzelf, dat hierdoor een tekort moet ont slaan, wat dan ook werkelijk het geval is. Hierbij komt nog, dat ook de koopers de kisten dikwijls langer houden dan noodig is ze worden in dien tijd voor andere doeleinden gebruikt. Een andere regeling ware hier zeker gewenscht. Men zou b.v. bij afgifte van kisten een termijn kunnen stellen voor inlevering. Dan zou van een tekort weldra geen sprake meer zijn. Fo/O van de bedrijvige drukte op Dezer dagen heeft men aan den 's-Graven- het kantoor nan de veilingsvereeniging „Zuid-Heneland" Exterieur-foto nun het ruime veilingsgebouw. In lange files staan -er de vrachtauto's, nolgeladen met kisten fruit. Met wagonladingen tegelijk wordt 't fruit naar d nan bestemming vervoerd. Kijkje tijdens het fruit naar de plaats laden. polderschen straatweg bij Goes gedemonstreerd met een sproeier, die gebruikt kan worden voor de ver spreiding van alle ontsmettende en ziektewerende stoffen, welke bij den fruitbouwer in gebruik zijn. Er waren twee typen machineséén met motor- en één met paarden-tractie. De eerste, die met de tweede niet bar veel in prijs verschilt, leek ons het handigste, omdat men b.v. door een aardbeienveld geen paarden kan drijven zonder verwoesting aan te richten, terwijl de smalle motorsproeier zelfs in de dichtst beplante perceelen een weg kan vinden, zonder de gewassen te be schadigen. We hebben beide sproeiers zien werken en wel tot volle tevredenheid van alle aanwezige belang stellenden. De sproeier heeft een groot reservoir en een korte en een lange straalpijp. De lange dient voor veld-, de korte voor boombespuiting. Er staat een zeer groote druk op de vloeistof, zoodat deze, wanneer ze uit de straalpijp komt, zeer ver wordt verspreid en tevens zoo gelijkmatig, dat geen vloeistof verloren gaat. We hebben de sproeiers aan het werk gezien in aardbeien en bessenvelden, en kunnen niet anders dan vol lof zijn. Met deze beperkingDaar de aanschaffings- kosten van deze machines vrij hoog zijn (resp. pl.m. 1200 en pl.m. 1600 gulden) zullen zij alleen rendabel zijn voor groote bedrijven. Zoodat we den kleinen tuinbouwer advïseeren bij den handsproeier te blijven, of (wat nog beter is en o.a. op Schouwen met maai-machines ge beurd) in combinatie te koopen. B. liet besproeien tier fruilboomen met den benzinemotor, waarmee dezer dagen te does werd gedemonstreerd. I)e vloeistof, die de ziektekiemen moet dvodeit, kun nu in veel grooter kwamtiuns vervoerd worden dan bij 'I oude si/steem mogelijk mas.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1930 | | pagina 3