No. 52 VRIJDAG 14 MAART 1930 1023 Vermaakten zich met groot plezier, met kinderspel en praat. Zij schenen ook al in hun schik, dat nu was straat in plaats van slik. 't Is schoon zei Pierlala. Ik zag hier alderhande lien, en 'k had ook wel verwacht, als dat ik hier ook wel zpu zien van 't vrouwelijk geslacht. Want die vindt men meest overal, en 'k zag er ook een groot getal. Ei, ei zei Pierlala. Al zoo kwam ik tot aan de Groe. Mijn reis die was gedaan. Want ik werd van het wandlen moe en wou niet verder gaan. Ik had, zooals ik had verwacht, den avond vroolijk doorgebracht, 't Is knap zei Pierlala. Ja waarlijk, wie hier lust in vond om hier eens langst te gaan Gaat op een schoonen avondstond. Gij zult zijn wel voldaan. Gij zult eens zien aan elks gelaat, hoe hij bevalt, die nieuwe straat, 'k Gaan 't doen zei Pierlala. Ziedaar een korte beschrijving van die nieuw geleide straat 'k Heb het gedaan ten best ik kan. Zooals 't daar nu thans gaat. Wellicht dat daar nog meer geschiedt, Maar 't al beschrijven kan ik niet.. 't Is mooizei Pierlala. Ziehier het alleraardigste lied, dat in 't jaar 1851 werd gemaakt door zekeren J. du Bois, en, jammer genoeg, nooit eerder werd gepubliceerd. De nieuwe straatweg tusschen Groede en Nieuwvliet werd in 1851 aangelegd. LEO VAN BREEN. in W. Zeeuwscli-Vlaanderen ook Zondagsavonds wan delt men, maar de Zaterdagavond is, naar ik meen, tocli de avond; a) scheldnaam votfr Nieuwvliet; 4) van belang. CORRESPONDENTIE. Mhr. P. k'. Ie Terneuzen. Dal ook ten urvent kunstmest uit Chili merd aan gevoerd. mus ons niet bekend. Eehter is door onzen medewerker niet beweerd, dat ook de haven van Ter- neuzen verzand zou zijndat werd gezegd van met name genoemde oude zeehavens. Overigens hopen wij in de eerstvolgende maanden gelegenheid te hebben, ook aan hel havenbedrijf van Terneuzen eens aandacht Ie wijden. REDACTIE. En 'k werd daar eens een troep gewaar, die was van burgerstand Ook boerelieden zag ik daar en spraken over 't land. Den een die spreekt van paard en ploeg, den andren van het opstaan vroeg. Net zoo zei Pierlala. Toen 'k nog wat verder was getreen, Kwam ik ook nog voorbij vrijsters, die schenen wel te vreen met minnaars aan haar zij. Ik zag, zij hadden geen verdriet, maar hun gesprek verstond ik niet. Niet vreemd zei Pierlala. Zelfs kleine gasten zag ik hier in menigte op straat. De Molenstraat te Groede, die naar Nieuwvliet (Sinte Pier) leidt. (Z.VI.) De „straatwegt" te Nieuwvliet, die in 1851 bij/ den aanleg door J. du Bois werd bezongen. Nog een kiekje te Nieuwvliet, waar titans de jeugd haar spelletjes speelt.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1930 | | pagina 3