WmwtR.
3_
No i VRIJDAG 21 MAART 1930
PiKHUIS
m
Vele pakhuizen slaan langs de kade
te Zieriky.ee, maar het ondanks de
drukte toch rustig is.
üe /.mare vracht.
Achter de hoog opgestapelde zakken aan de kade
'vinden de jongens altijd nog iets van liun gading.
stad daar vindt men de mooie ophaalbrug, die
nog dagelijks wordt gebruikt op neer, met haar
rammelende kettingen en dof gedreun. Tijdens den
oorlog lag heel de Zierikzeesche haven vol met
Belgische schuiten.
Dat is wel de meest schilderachtige indruk, dien
ik van Zierikzee heb bewaard. Momenteel echter
ziet men in de binnenhaven haast geen schepen.
Het water is er stil en troebel straatjongens van
gen krabben met een touw, waaraan een stuk
vleesch is gebonden dat is wel de heele bedrijvig
heid
Maar het mooist vind ik de Veersche haven.
Daar is het beeld volkomen. De uitgebouwde
Kampveersche toren met zijn aanlegplaats voor de
veerboot naar Noord-Beveland ligt er als een
'n:i de rust rondom onze Zeeuivsche havens
spreken ook de droomerige paardenkoppen,
die machten tul de lading is gelost.
miniatuur-rotonde. Een wijde
entrée aan de overzijde de
oude werf met het heerenhuis.
Smalle bruggetjes, een breed
plankier en de mooie, bonte
Veersche schuiten. Hier vindt
men het eenige leven in het
Walcherensche stadje. En toch
is het ook meestal düèr stil.
Het Schotsche huis troont
er, en er zijn meer mooie ge
vels. Er is een stemming, die
men nergens elders vindt.
Na Veere Middelburg. Deze
stad is voor het grootste ge
deelte kade. Prachtige hoekjes
vindt men daar trotsche
heerenhuizen naast leuke trap-
niets tegen. De kade is overigens toch een beetje
verschoppeling slecht bestraat, vol kuilen, is zij
geen ideale verkeersweg. Maar het is alles zoo ty
pisch oud'. De hooge kaaimuur met den molen
er achter de oude woon- en pakhuizen, zwart van
ouderdom', en de talrijke visschersschuiten geven
een typische bekoring en maken er een leuk too-
neeltje van De kade loopt tot in het hart van de
burg er zijn. Daar komen nog de grootere schepen,
meest met houtladingen ook ziet men er veel
ranke jachtjes. Het kadeleven is er druk en ge
moedelijk. En de heerenhuizen staan er, alsof ze
met dit alles niets te maken hebben en het een beet
je beneden hun waardigheid vinden, zich er mee te
bemoeien.
Ten slotte Vlissingen. Daarvan zou heel wa' te
zeggen zijn, indien we de ruimte hadden. Maar die
hebben we thans niet. Vlissingen is eigenlijk geen
echte Zééuwsche haven meer. 't Is er alles te
grootscheepsch. Een Zeeuwsch karakter had hel
nog in de tijden van de mooie schoeners dat is
nog niet zoo lang geleden.
Maar nu is het een „gewone" drukke haven
plaats mei veel vertier en een zakelijke drukte, die
in contrast is met de Zeeuwsche langzaamheid.
Het kadeleven is er iets aparts, het staat in wezen
buiten de stadsbedrijvigheid is daarmee niet
samengesmolten zooals elders in Zeeland. Het
geveltjes met groene luiken en
deuren.
Natuurlijk haalt dat alles
niet bij de Amsterdamsche
kaden en grachten. Deze wor
den door geen andere over
troffen. Maar toch mag Middel-
Zeeuwsche kadeleven, dat hier in diverse foto s
werd vastgelegd, kenmerkt zich door gemoedelijk
heid en rustigheid, die weldoen.
Over het algemeen is de snelheid er nog geringer
dan in de eerste de beste straat van een niet-Zeeuw-
sche stad. En daar zijn we blij om, want het leven
is warempel al druk en nerveus genoeg. B.