DARK DE VIL DE door P. J. Bal jé A STOUTMOEDIGE No. 9 Het Legioen der Gedoemden". Amerikaansche leger- vliegers, die gedurende drie uren op 'n hoogte van dertig duizend voet een tocht in gevechtsformatie volbrachten. en de man zich in een hoekje neerzette. Op 'n wenk van den kroeghouder nader den een paar onbehouwen, forsche kerels. „Ik geloof, dat het in orde is met den man, boys. Hij kende onze wachtwoorden. Hij komt uit Liverpool, en heeft in de bajes kennis gemaakt met Danny Long, die hem hierheen heeft gestuurd. Maar nu wordt hij achtervolgd en hij vreest, dat Jack O'Neill, die hem reeds eerder in den bak heeft gewerkt, hem op het spoor is. Hij vraagt onze hulp." Op hetzelfde moment ging de deur opnieuw open, en trad een man van het zelfde kaliber als de rest, 't lokaal binnen. Maar bij nauwkeurige beschouwing zag men direct, dat de man geforceerd deed-, zijn onverschillige houding was pose, zijn VRIJDAG 16 MEI 1930 De nieuwste vinding van Hollywood; het poederdoosje, waarvan het deksel als spiegeltje dienst doet, wordt op den pols gedragen. oogen monsterden de aanwezigen één voor één, en bleven ténslotte rusten op den man in het hoekjel Snel wisselden de waard en de twee bij hem staande kerels een blik. Nonchalant slen terden de laatsten op een tafeltje toe, in de rich ting van den pas-binnengekomene, die geen aan dacht aan hen schonk, en wiens oogen strak op den man in het hoekje gevestigd bleven. Toen de twee handlangers van den waard dicht genoeg genaderd waren, schudden zij hun nonchalance af, en wier pen zich onverwachts op den vreemdeling. Een felle vuistslag velde dezen neer, en stelde hem meteen buiten gevecht. Snel werden zijn zakken doorzocht: een revolver, een stel boeien, eenige snorren en pruiken, eneen detective-insigne! Er was geen twijfel meer mogelijk, of hij was een „stille." Toen de man in den hoek den detective had zien vallen, was hij snel nader gekomen. Nu bukte hij zich, en rukte triomfantelijk de valsche snor van diens gezicht. „Ik dacht het wel," mompelde hij, „het is Jack O'Neill." Zijn oogen fonkelden en hij schopte den hulpelooze op den grond. Wild trok hij een mes, doch de waard trad vlug tusschenbeide. Rrrrringging de telefoon. Jack O'Neill, de beroemde Engel- sche detective, nam den hoorn van den haak en luisterde: „Hallo „Met Jack O'Neill Prachtig! Je spreekt met Dark. Devil, je „vriend." Ik zal vannacht het genoegen hebben in te breken, en als vanouds ben ik zoo vriendelijk je even van te voren te waar schuwen. Doe je best, ouwe jongen 1" Even klonk een onderdrukt gelach door de telefoon. Toen vervolgde de stem „Veel succes, kerel 1" Opnieuw, en ditmaal luider, schalde een gelach langs den draad, toen belde Dark Devil, vlak in Jack O'Neill's oor, af. Met een sarcastisch glimlachje legde de detec tive den hoorn neer. Reeds weken duurde dit spelletje. Een geraffineerd misdadiger, die zich den schuilnaam Dark Devil had gekozen, maakte de Engelsche hoofdstad onveilig en schepte er behagen in, den besten detective van Groot- Brittannië, een man met een wereldreputatie, bij voorbaat zijn wandaden aan te kondigen, ech ter wijselijk verzwijgend, waar de inbraak zou worden uitgevoerd. Het moet gezegd worden, dat hij zeer handig te werk ging, en tot nu toe was het Jack O'Neill niet gelukt, hem op het spoor te komen. Eerst had de groote detective getracht te weten te komen, van waaruit zijn tegenstander opbelde, doch zonder succes. Eén van de verdere bravourstukjes van Dark Devil was, op de plaats van de misdaad een kaartje achter te laten, waarop een zwarte, grijnzende Duivelskop was geteekend, en waarop steeds stond geschre ven „Groeten aan mijn vriend, Jack O'Neill." Dit was evenwel het éénige spoor, dat werd ach tergelaten, en het had evenmin tot een ontdek king geleid Met al zijn bluf bleek de kerel tóch een uiterst scherpzinnig individu te zijn, en voor het eerst in langen tijd stond de meester detective tegenover een tegenstander, die hem tot nu toe te glad was afgeweest Toen scheen het toeval den detective te hulp te zullen komen. Een onlangs gearresteerde boef bleek in het bezit te zijn van een kaart, waarop de bekende, grijnzende, zwarte Duivel was afge beeld Eindelijk werd een heel klein tipje van den sluier, waarin Dark Devil zich geheimzinnig gehuld had, opgelichtBlijkbaar werkte hij met helpers. En hoewel de arrestant niets losliet, was deze kleine vingerwijzing voor Jack O'Neill toch al voldoende, om er op voort te bouwen. Nauwkeurig werd nagespeurd, waar de boef zich het meest ophield, met wie hij had verkeerd, en wat zijn gewoonten waren geweest 1 En men was erin ge- VAN slaagd den grooten 'detective vrij nauwkeurig van 's mans levenswijze op de hoogte te brengen. Energiek richtte O'Neill zich op, en keek nog eens grimmig naar de telefoon. In zijn oogen smeulde een vuur, dat het ergste voor Dark Devil deed vreezen. Een ketting is even sterk als de zwakste schakelen daarom zou de speurder doordrin gen in „duister Londen", om aan de praktijken van den grootsten schurk dezer eeuw paal en perk te stellen In 'n onooglijk kroegje van White- chapel was het uitschot der maat schappij verzameld. Nu en dan klonk een ruwe vloek door het kleine lokaaltje, als één der kerels, die aan een paar tafeltjes zaten te kaarten, zich vergooide, of, wat lang niet tot de zeldzaamheden behoorde.... valsch speeldeAnderen leunden tegen de toon bank en sloegen het ééne glas slechte whisky na het andere naar binnen. Weer anderen zag men door een deur achter in het café verdwijnen, enslechts zelden zag men hen terugkeeren 1 Plotseling werd de aandacht van alle aanwezigen getrokken naar de deur van het kroegje, die met een ruk werd opengetrokken en even vlug weer dichtgeslagenDe man, die was binnengetreden, leunde met den rug tegen de dichtgeworpen deur en hijgde, alsof hij juist hard had geloopen. In voorkomen verschilde hij niet van de anderen: zijn kleeding was vuil en versleten, zijn gezicht ver toonde de symptomen, die den waren misdadiger kenmerkenlage hartstochten, drankzucht en dierlijke instincten hadden er hun kenmerk op gedrukt. Tóch werd hij met wantrouwen gade geslagen, hier en daar trok men een mes, zag men handen in zakken verdwijnen, om één of ander wapen te omklemmen. Men kende immers den nieuw-aangekomene niet Deze staarde recht voor zich uit, en vrees stond in zijn oogen te lezen. Maar blijkbaar niet voor degenen, die in de kroeg zaten, want eensklaps scheen hij zich te bezinnen, wierp een snel len, schichtigen blik achter zich op de gesloten deur, en drong toen tusschen de tafeltjes door naar het buffet. Zacht sprak hij den waard aan, fluis terde eenige minuten met hem, waarop deze knikte,

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1930 | | pagina 12