No. 19
VRIJDAG 25 JULI 1930
373
In de Schaapskooi; E'ls/ieet op de Vehuoe.
„Hoe laat is het?" vroeg mevrouw.
„Vijf minuten voor half, madame."
„Dan moesten we maar gaan, Mabel. Ben je niet
zenuwachtig
„Heelemaal niet, moeder."
En zij gingen. De dienstbaren grepen gauw een
mantel en een hoed, en snelden naar de kerk. Geen
van allen nam de moeite naar de rinkelende
telefoon te ioopen. Die hield op met rinkelen, de
detective hoorde de laatste dienstbare de trap
af roetsen, en was alleen in de stilte.
Nog geen drie minuten had dit geduurd of de
deur ging open, en een jonge dame, die maar iéts
minder schoon te noemen was dan Helena van
Troje, kwam de kamer binnen. Zij keek rond, zag
wel een palm maar geen detective, en ging toen
een bruinpapieren pakje open werken. De detecti
ve loerde, gereed om zijn eerste slachtoffer te grij
pen, maar tot zijn ergernis haalde zij een zilveren
biscuittrommel uit het papier, zette die tusschen
de cadeaux, en legde er een smal kaartje bovenop.
Het was vreemd, maar geen reden tot arrestatie;
de speurhond bleef dus in zijn schuilhoek, en de
dame verbaasde hem nog meer, door een kus op
de biscuittrommel te drukken.
En toen klonken er weer andere voetstappen.
De jonge dame schrok, en sprong achter een gor
dijn en een jonge man, allerkeurigst gekleed,
wandelde de kamer binnen.
„Hé 1" riep hij uit, verbaasd rondziend.
De heer Martindale namelijk, die opheldering
kwam zoeken over het telefoontje, begreep niet,
dat de suite leeg was. Al waren zijn kleeren in
orde, hij verbeeldde zich, dat het half twaalf was,
het uur, waarop zijn horloge, dat hij van ellende
vergeten had op te winden, was blijven stilstaan.
Het was dus met verbazing, dat hij rondzag;
en de stille wachter bemerkte een vreemde gelaats
uitdrukking, toen de heer naar de geschenken
keek, den tooi van zijn zelf-offerande. Hij
greep een kaartje, las het droomerig, dan
met meer aandacht las het een derde maal
met een kreet in het hart, en greep die zilveren
biscuittrommel.
Toen stapte de detective zwaar achter zijn palm
vandaan.
„Ik heb alles gezien," zei hij triomfantelijk.
„Zet onmiddellijk dat ding neer!"
„Nu-nu-nooit!" riep Martindale. ,,Wie bu-bu-
ben jij
„En je medeplichtige heb ik ook gezien," ver
volgde de speurder, met meer haast dan logica
concludeerend. „Kom daar eens achter vandaan,
juffie
„Maar," zei de heer Martindale, toen hij naar
den kant van het raam gesleurd werd, „ik ben de
bu-b-bruidegom
„Dat moet je den inspecteur maar zien wijs te
maken," antwoordde de detective. „Vooruit
miss 1" En met de vrije hand greep hij miss Hop
kins bij den pols.
„Jullie zijn allebei gearresteerd," zei hij deftig,
„en al wat je zegt, zal als getuigenis tegen je ge
bruikt worden."
Hij borg de protesteerende gevangenen in een
zijkamertje, stak alle sleutels in zijn zak en keerde
naar zijn post terug, om uit te zien naar de rest
van de bende.
Nu kan men, gelijk iedereen weet, tot 2.59 in
den namiddag trouwen met wie men wil, maar met
den klokslag van drie wordt het huwelijk een ver
grijp. Zoo keerden dus om tien over drie de on
knappe bruid met haar moeder, en een gevolg
van persmenschen en publiek, in een staat van on
dubbelzinnige verontwaardiging en schaamte bin
nen de suite terug, en de bloedroode moedei rende
naar de telefoon.
„Pardon, mevrouw," schoot de detective achter
de palmen vandaan, „ik stoor u niet graag op
zoo'n gelukkig oogenblik, maar ik heb twee die
ven gevat, en ik had graag, dat u een formeele
klacht indiende."
„Wat?" zei de dame, „waar?"
De man leidde haar naar het zijkamertje,
en voor de tweede maal van haar leven kwam er
uitdrukking in de trekken van Mabel Evangeline.
„Christoffelriep ze uit, „hoe
durf je 1"
„O," riep de heer Martindale.
zich snel losrukkend van zijn
medegevangene. „Ik vraag wel
pu-pu-pardon."
Mevrouw Cheeseborough door
zag de situatie onmiddellijk.
„Ga heen riep ze, den arm
zoozeer strekkend, dat er een
naad sprong.
„Mu-mu-meent u dat vroeg
de jonge man, stralend als een
zonsopgang boven de Alpen.
Mevrouw Cheeseborough die
brieschte.„Ga heen!" herhaalde ze.
„Idioot!" vulde haar dochter
aan.
Derhalve vertrok de jonge
Martindale met zijn nieuwe bruid
en zijn nieuwe biscuittrommel,
en zij trouwden zevenenveertig
uur later en leefden steeds ge
lukkig.
Als u dien detective ontmoet,
en een groote dasspeld met parels
en diamanten opmerkt, vraag
dan niet, hoe hij die verdiend
heeft. Ten eerste weet u het al
uit dit verhaal, en ten tweede
houdt hij de bijzonderheden van
die verovering liever vóór zich.
Aan den Velwoe-zoom.