)W
No. 21
VRIJDAG 8 AUGUSTUS 1930
407
Times-Pom gekocht," zei Burton, met verbeten
woede. „Ik moet ermee uitscheiden. Morgen
plaatsen we een foto van Schwartzwold, zijn villa
in Plattsburg, en overmorgen loven en prijzen we
het bestuur. Ik moet met een pleizierboot de
rivier af, om verslag te maken van de varkens-
vangerij bij de slagers-picnic."
„Hoe is 't met mevrouw Butler?" vroeg ik, toen
er van zijn woede nog slechts een gerommel in zijn
keel over was.
„Ligt te ijlen," ze hij kort. „Zij gaat dood,
Wardrop gaat naar Mexico, Schwartz wordt
gouverneur en het lijk van miss Maitland wordt in
een put gevonden. De heele zaak is doodgepiekerd.
Wat heb je er aan, of je den moordenaar vindt,
als ie gekleed is in asbest en gepantserd met geld
Mike, ik moet meer thee hebben, om mijn ergernis
te verdrinken."
Omstreeks half elf gingen we naar het ziekenhuis,
en vernamen, dat mevrouw Butler achteruit ging.
Fred was er, en we kwamen naar het ziekbed zonder
hoop, iets van belang te hooren. Ik stelde Burton
voor als een neef van de stervende, en ik was blij,
dat ik 't gedaan had. Ze was goed bij kennis, maar
uiterst zwak. Ze vertelde haar geschiedenis aan
Fred en mij, en in een hoek schreef Burton alles
stenografisch op. Zij zette er haar handteekening
onder, toen het licht werd, en ze stierf heel rustig
om acht uur, kort nadat Edith gekomen was.
Het zou onmogelijk zijn, haar geschiedenis te
herhalen, zóó als ze die vertelde. De afdwalingen
van een krank brein, de schrikkelijke aandoenlijk
hcid van het heele geval, die zijn niet weer te
geven. Zij lag daar maar, practisch zonder leven
reeds in het lange, magere lichaam, te vechten tegen
den dood, die reutelde in haar keel. Het kwam voor.
dat zij wel vijf minuten machteloos zweeg, maar
ontwakend verder sprak, precies voortgaand, waar
ze gebleven was.
Ze begon met haar huwelijksleven, en het besef,
hoe mooi en gelukkig dat geweest was, deed ons
beter begrijpen de dingen, die volgden. Zij was
volmaakt, ideaal, ongeloofelijk gelukkig. Toen nam
Henry Butler zijn benoeming tot schatmeester
van den staat aan, en hiermee veranderde alles.
Hij veranderde ontzettend zijn vrouw kon slechts
gissen, dat de zaken verkeerd liepen, want hij
weigerde ergens over te spreken.
Toen kwam, onverwacht vlug en hevig, de slag,
Er was bij Butler thuis een conferentie geweest,
die een heelen nacht geduurd had, en Butler, dol
van woede, omdat hij zoo grof bedrogen was, had
den butler uit z'n bed gehaald en Schwartz en
Fleming eenvoudig het huis uit gegooid. Ellen
Butler was geschrokken, gekrenkt door dat in haar
oog onhebbelijke optreden, maar ze had geen oogen-
blik gewankeld in geloof en trouw jegens haar man.
Butler stond alleen als eerlijk man tegen een
complete organisatie van gewetenlooze sujetten.
Zijn schande, gevangenschap en dood hadden
elkaar snel opgevolgd. Met hem was in de vrouw
alles gestorven, wat waarde aan het leven gaf.
Haar gestel was gebroken zij maakte voortaan
deel uit van het jammerleger der zenuwlijders,
geheel beheerscht door één idee te wreken, terug
te betalen met volle en overloopende maat, het
verdriet en de schande van haar vernield leven
en den dood van haar echtgenoot.
Zij vormde haar plannen met de omzichtigheid
en absolute roekeloosheid van een gekrenkten
geest. Zij was eigenlijk een teere, gevoelige vrouw,
maar in haar wraak werd ze koud, ongevoelig,
vastberaden. Haar eerste plan was, Schwartz en
Fleming aan de kaak te stellen. Maar zij kon de
noodige papieren niet in handen krijgen.
Toen ging ze Fleming vervolgen als een bloed
hond. En zij koos een methode, die hem inderdaad
bijna tot waanzin had gebracht. Overal, waar hij
kwam, vond hij de cijfers 11 22 C. Soms alleen
maar de cijfers, zonder de letter. Dat was in de
gevangenis het nummer geweest van Henry Butler's
cel, en zooals ze gegrift waren in de ziel van zijn
vrouw, zoo brandden ze zich in 't brein van Fleming
met geweld in. Meer dan een jaar lang had ze dit
volgehouden soms gebruik makend van de post,
andere keeren door de hulp van allerlei personen,
die ze omkocht, om het schrikteeken op de zonder
lingste plaatsen aan te brengen.
Toen kwam de tijd, dat het ook anderszins slecht
ging met Fleming, zooals ik al van Wardrop gehoord
had. Hij vluchtte naar de Witte Kat, en een week
lang zocht Ellen Butler hem tevergeefs. Zij was
nu zoover gekomen, dat zij het besluit had gevormd,
hem te dooden, en den nacht, dat Margery het
papier op het kussen had gevonden, was zij in het
huis geweest. Ze was echter dien nacht niet de
eenige indringer geweestiemand anders, waar
schijnlijk Fleming zelf, was haar voorgegaan.
Zij vond althans een damesbureau opengebroken
en een la, die geledigd was. Klaarblijkelijk had
Fleming, niet in staat een anderen weg te volgen,
zoolang hij zich verborgen hield, baar geld noodig
gehad. Wat de juweelen betreft, die in het boudoir
van Margery verspreid hadden gelegen, kon ik
enkel veronderstellen, dat hij die ten slotte had
laten liggen bij de gedachte aan zijn overleden
vrouw. Overvallen door de komst van het meisje,
was ze naar de bovenverdieping geslopen en had
Hij leeft heel den dag in de donkere mijn.
Hij magengerommel en lamjtengeschjjn
Hg eet er zijn brood en drinkt, als 't kan zijn.
't Verzuurde glas bier nan hel geld nan tie mijn.
Hij woont in een huis dat behoort aan de mijn.
Het staal in een straat pan het wijnen-domein
f En als hij gehuwd is, en kiwTren. er zijn,
Pan krijgen zij les in een school nan de mijn
Zijn ziel wordt verzorgd in een kerk van de mijn,
Voor ziekte verstrekt hem de mijn medicijn,
En ids hem een ongjuk noodlottig mocht zijn,
Pan krijgt hij een dokter, betaald door de mijn.
Hij speelt klarinet of hij slaat tambtterijn,
Maar steeds is hij lid nan 't orkest nan tie mijn
Pe boete, wanneer hij afwezig mocht zijn,
Pie houdt men hem af nan zijn loon nan tie mijn.
l)e cinema waar hij ties avonds wil zijn,
Pe danszaal, 't café, 't is 't bezit nan tie mijn
Zijn kleeding en schoeisel voor groot en voor klein,
En at wat hij eet komt uit winkels tier mijn.
Hij wisselt gedachten met makkers der mijn.
Wier geest langzaam sterft op het mjjnen-lerrein,
Pie zinken als menscli en tenslotte nog zijn,
Machines en slaven van 't monster, de Mij nl
RUTH SARPHATI.
zich daar verstopt in een leege slaapkamer. Het
was bijna dag geweest, voor ze buiten kon komen.
Ongetwijfeld was dit de kamer van Carter ge
weest, die volgens het verhaal van Margery dien
nacht op slot was geweest.
Zij stal den sleutel van een zijdeur, en sloot die
achter zich, toen ze vertrok. Zij had vernomen,
dat Wardrop een paar dagen later uit Plattsburg
naar huis terug ging, en zij ontmoette hem te
Bellwood. Zij reed terug naar de stad, buiten zich
zelf door de mislukking van haar pogingen, om de
brieven in handen te krijgen, die de nagedachtenis
van haar man konden zuiveren, maar één ding
was zij te weten gekomen Wardrop had zich laten
ontvallen, waar Fleming zich verborgen hield.
Den volgenden avond ging zij naar de Witte Kat
en trachtte daar binnen te komen. Zij kende door
haar man het bestaan van de geheime trap, die bij
politieke besprekingen menigmaal gebruikt was.
Maar de deur was gesloten, en ze had geen sleutel.
Boven zich zag zij de leege hoogte van het pak
huis oprijzen, en alras had ze besloten te zien, wat
ze uit de bovenramen daarvan kon waarnemen.
Op dat oogenblik echter ging de poort plotseling
open, en een man mompelde iets in het donker.
Ze schrok ontzettend.
Ik had er dien avond geen flauw idee van gehad,
welken indruk ik door mijn onschuldige struikeling
had teweeggebracht op de half-waanzinnige vrouw
achter mij in 't donker. Na een poos herkreeg ze
haar moed, en ze zocht een raam, waardoor ze
binnen kon komen.
Verder moet ze zich gedragen hebben, zooals wij
een paar dagen later. Zij vond een raam, dat op de
club uitzag, en al was er veel kans, dat ze de ver
keerde kamer zou treffen, zij trof de goede. De
kamer lag recht voor haar, in volle duidelijkheid,
met Fleming, die aan de tafel zat, met zijn gezicht
naar haar toe, bezig papieren uit te zoeken.
Zij liet haar revolver op de vensterbank rusten
en mikte kalm. Haar handen waren koud. en ze
had die zelfs saamgewreven, om ze beter te kunnen
gebruiken. Toen schoot ze, en door een gelijktijdi-
gen donderslag werd het geluid overstemd.
Fleming zat een oogenblik stil, vóór hij viel.
In dat oogenblik zag ze, dat er nog iemand in de
kamer was een man, die een paar aarzelende
stappen deed, de armen omhoog stak en toen even
stil verdween, als hij gekomen was. Het was
Schwartz. Toen zag ze de deur van de kamer open
gaan, zag Wardrop binnenkomen en de deur weer
dichtdoen, was getuige, toen hij met ontzetting
bespeurde, wat er gebeurd was. Zij kreeg dan een
hevigen angst het was haar, als werd ze door
armen uit de duisternis achter haar aangegrepen,
ze trachtte te vluchten, te schreeuwen - ze viel
in zwijm. Het schemerde, toen ze bijkwam en
terugging naar het hotel, waar ze onder een val-
schen naam een kamer genomen had.
Langzamerhand werd ze rustiger. Ze las het
bericht van Fleming's dood in de kranten, en ze
genoot ervan. Maar zij moest nog meer doen
ze was pas begonnen. Zij wou Schwartz ruïneeren,
zijn crediet breken, hem treffen met de pijlen der
openlijke schande. Wardrop had gezegd, dat de
brieven van haar man, met andere papieren, in het
huis op Monmouth Avenue waren, zoodat hij er
niet bij kon.
Fleming's lijk werd dien dag, Zaterdag, naar huis
gebracht, maar zij was te ver gegaan om het op
te geven. Ze wilde de papieren hebben, vóór
Lightfloot ze in handen kreeg en vernietigde. Dien
avond drong ze met den gestolen sleutel het huis
binnen. Zij doorzocht de bibliotheek, en vond daar
niet de brieven, waar Wardrop over gesproken
had, maar andere, even compromitteerend of nog
erger, wissels, nota's en privé-rekeningen, die
Schwartz voorgoed konden breken.
Toen zag ik het licht en ging naar beneden.
Mijn ongelukkig gestommel was haar zooveel
waarschuwing, dat ze het licht uitdeed. Toen volgde
haar vlucht naar boven, waarbij ik in het diengat
terecht kwam. Boven trof ze Bella, die bijna be
zwijmde van schrik, en die haar tot den morgen
bij zich hield, haar sussend en troostend, totdat ze
in een onrustigen slaap viel.
Dien dag bemerkte ze, dat ze werd nagegaan,
Toen de uitnoodiging van Edith kwam, nam ze die
aanstonds aan, om zichzelf en haar papieren in
veiligheid te brengen tot het moment, dat ze ze zou
kunnen gebruiken. Het was haar tegengevallen,
dat Margery daar was, maar ze had getracht, er
zich doorheen te slaan. Een paar dagen lang was
alles goed gegaan: ze werd weer sterker, voelde
zich in staat, het tweede bedrijf van het drama te
beginnenSchwartz het leven zuur te maken en
hem dan aan de kaak te stellen. Waarschijnlijk
zou ze ook hem later gedood hebben: ze wilde de
maat vol hebben en doen overloopen, en daarom
wou ze hem eerst aan de schande blootstellen.
Maar Schwartz moet te weten zijn gekomen,
dat de papieren uit Fleming's huis verdwenen
waren, en de rest geraden hebben. Zij twijfelde er
niet aan, of hij had van 't begin af geweten, wie
Fleming vermoord had. Wat daar ook van zij,
hij had haar laten overvallen in haar kamerMar
gery was in het aangrenzend vertrek gechlorofor
meerd, - - en terwijl zij zelve zich bewusteloos hield,
waren de papieren onder haar kussen vandaan
gehaald. Zij had de twee mannen gevolgd door het
huis en door de keukendeur naar buiten, maar was
toen op het gras in zwijm gevallen.
Den volgenden avond, toen ze vroeg naar boven
was gegaan, terwijl Margery en ik beneden bleven,
had ze de kans waargenomen om het huis te ver
laten. Hoe ze wist, dat Schwartz in de Witte Kat
was, en hoe ze daar door de zijdeur binnenkwam,
vernamen we niet. Hij had de papieren verbrand
voor haar komst, en toen zij op hem wou schieten,
had hij haar hand opzij geslagen.
Toen wij weer buiten waren, in het vriendelijke
daglicht, keek Burton mij met zijn schrandere
blauwe oogen aan.
„Verschrikkelijke geschiedenis, hè?" zei hij.
„Dat is misschien een voorbeeld van oer-instincten.
Maar voor de rest van het mysterie is er maar een
oplossing, die we nog niet geprobeerd hebben diep
in mijn ziel geloof ik, dat jij zelf de leeren tasch
en de oude dame gestolen hebt I" (Slot volgt)