M,
mm
Professor SPriem
446
VRIJDAG 22 AUGUSTUS 1930
No. 23
HOOFDSTUK I.
DE MEDAILLE.
Laar, lieve Bella, als Rita ze krijgt, wat
dan vroeg Bill Pock aan zijn vrouw,
Bella Pock. „Wil je niet 'n beetje vertrouwen in
haar hebben Zal het geen bewijs zijn, dat ze
goed haar best heeft gedaan Dat zal het toch
ongetwijfeld, m'n duifje 1"
Bill was een kleine man, dicht bij de vijf-en-
veertig, maar hij bezat energie genoeg voor iemand,
die tweemaal zoo lang was. Hoewel hij nog jong
was, begon zijn donker haar reeds grijs te
worden, en zijn gelaat was een netwerk van
rimpels. Eenmaal was Bella tegen hem uit
gevallen, dat, als hij niet zoo heel den dag
grinnikte, hij misschien niet zooveel rimpels
zou hebben. Maar Bill kon het nu eenmaal
niet laten, voortdurend te glimlachen.
Bella Pock vormde een levendig contrast
met haar echtgenoot. Zij was groot en hoe
kig. Een lachje op haar zuur gezicht was
even zeldzaam als een dichtgevroren vijver in
Juli. De wereld was voor Bella een hard en
meedoogenloos monster, waarmee zij elk
oogenblik den strijd moest aanbinden.
De familie Pock was in het bezit vaneen
lapje grond en een eenvoudig huisje op Ever
green Island in het stadje Bradmere aan de
Long Island Baai. Bill Pock was schrijnwer
ker van z'n vak en hield zich vooral bezig
met het repareeren en restaureeren van oude
meubels. „Een slecht betaald baantje,"klaagde
hij dikwijls.
Bella en hij zaten bij het raam, dat uitzag
op den grooten weg, en Bill probeerde z'n
vrouw te overtuigen, dat er iets groots en
schitterends stond te gebeuren. Zou hij het
niet dienzelfden avond bijwonen, dat Rita
Holiday haar einddiploma kreeg van de
stedelijke hoogere-meisjesschool
't Is een héél ding in een kinderleven, zoo'n
diploma te ontvangen uit de handen van een
glimlachenden schooldirecteur, 't Komt slechts
één keer in het leven voor, en Rita zou bo
vendien een speech moeten afsteken, waar
door ze méédong naar de Worth-medaille.
„Stel je eens voor, Bella 1" ging Bill voort.
„Het kind, dat je in je huis hebt gehad sinds
ze een baby was, zal het moeten opnemen
tegen de fijnste rijkeluiskinderen, en er is
alle kans, dat ze met den prijs gaat strijken 1
Ik heb die speech van haar wel honderd keer ge
hoord, en het is een juweeltje."
„Ik heb er maagpijn van, zoo dikwijls heb ik die
speech moeten hooren," gromde Bella. „Bill, je
bederft dat kind, door haar zoo hemelhoog te prij
zen. Men zou denken, dat het je eigen kind was."
„En wie heeft er zoo'n engel van gemaakt
fleemde Bill. „Jij, m'n lieveling 1"
„Och kom," mopperde Bella boos, „overdrijf
zoo niet 1 't Is me een fraaie geschiedenis 1 Al die
jaren scheept de grootmoeder van Rita óns met
haar kleindochter op, en een week geleden komt
ze bovendien zelf, doodziek nog wel."
„Maar Thilda heeft ons toch prompt iedere maand
betaald, sinds Rita hier is, m'n hartje," suste Bill,
onverstoord glimlachend. „En het geld is altijd
goed op tijd gekomen. De waarheid moet gezegd
worden m'n achternicht, Thilda Holiday, is ons
geen penny schuldig, en ze is zelfs een week met
het kostgeld vooruit. Bella, m'n schatje, kun je
Rita niet 'n paar woordjes sturen, vóór ik me op
weg naar de school begeef Ze heeft vanmiddag
geholpen de zaal in gereedheid te brengen en zal
wel erg moe zijn. Ze was al zoo zenuwachtig als
een rietje, toen ze het huis verliet. En ze zal boven
dien op een houtje moeten bijten, want ze heeft
geen tijd om hier terug te komen voor het avond
eten. En aangezien je niet kunt meegaan, zou mis
schien een woordje van je...."
„Wat moet ik dan zeggen snauwde Bella.
„Niets, m'n beste, als je hart het je niet ingeeft,"
en Bill slaakte 'n zucht.
Bella was het leven van zijn leven, het hoofd
motief van zijn bestaan. Hoe zij ook tegen hem kon
te keer gaan, dat deed aan zijn liefde geen afbreuk.
Eén glimlach van z'n levensgezellin maakte al het
leed weer goed. Als z'n vrouw maar even tegen
„'n Bloemetje ooor de tuberculose, meneer?"
„Nee, kind, mei als je er een had tegen de tuberculose."
hem glimlachte, dan scheen het Bill toe, of hij zich
koesterde in de stralen van een zon, die hem alleen
toebehoorde.
Even later, toen hij met 'n ruk z'n das op de juiste
plaats bracht, wenschte hij hartstochtelijk, dat
Bella dien avond met hem in het oude Fordje naar
Bradmere kon meegaan. Maar boven lag de oude
Thilda Holiday ziek te bed en er moest iemand
bij haar blijven. Overigens had Bella ronduit ge
zegd, dat ze er niet in 't minst op belust was, de
speeches van die jonge blagen aan te hooren.
Ze bleef veel liever thuis en draaide met haar
duimen, eerst in de ééne, dan in de andere richting.
Hierin was Bill het volstrekt niet met zijn vrouw
eens. Met tot het uiterste gespannen zenuwen trad
hij de groote zaal binnen, waar de plechtigheid
zou plaats hebben, en zocht zich een stoel uit in de
middelste rij, in de nabijheid van het spreekgestoelte
om het best mogelijke uitzicht op Rita te hebben,
als ze zou verschijnen.
Hij zag, hoe de eene jongedame na de andere
het podium besteeg, een redevoering afstak en
Roman door Grace cR^Iiller White
dan weer onder de toehoorders
verdween. .No. J
Hij schonk echter speciale aan
dacht aan een blond meisje, Estelle Atherton
genaamd, die daar stond te glimlachen en te
buigen en te speechen in al de glorie van haar
stralende jeugd. Rita had hem gezegd, dat miss
Atherton ongetwijfeld den prijs zou wegdragen.
Ze had korenblond haar, lichtblauwe oogen en
fraai gewelfde wenkbrauwen, en toen ze glim
lachte tegen haar vrienden in het sympathiek
gestemde gehoor, vertoonde zich een rij van hagel
witte tanden tusschen haar roode lippen. Bill
wist alleen dit van miss Atherton zij was het
nichtje van Willard Blackstone, en Blackstone
nam in Bradmere een benijdenswaardige
positie in.
't Was werkelijk jammer, dat Mr. Black
stone en Mrs. Blackstone dezen avond niet
aanwezig konden zijn. Maar Bill wist, waarom
ze afwezig waren. Had het niet in de „Brad-
porter Koerier" gestaan, dat Edmond Rixby,
de zoon van Mrs. Blackstone, dienzelfden
dag zijn diploma zou behalen aan de Har-
vard-Universiteit
Deze menschen waren geen van allen kennis
sen van Bill. Het lot had hem in een lagere
maatschappelijke positie geplaatst. Nochtans
was zijn hart vervuld van trots. Rita had zich
gedurende vier jaar met het puikje van Brad
mere gemeten. Ze was op de hoogere-meisjes
school gekomen vóór haar veertienden ver
jaardag, en, goeie hemel, wat had ze hard
gewerkt
Hij liet z'n blikken onderzoekend over het
podium dwalen. De jury bestond uit achtbare
lieden, die hij van aanzien kende. Zij waren
maatschappelijk de gelijken van de Black-
stones. Het werd hem droef te moede. Estelle
Atherton zou met het eeremetaal gaan strijken,
of zij het verdiende of niet. Hij moest echter
toegeven, dat ze haar taak kranig volbracht.
Nog nooit van z'n leven had hij zulk een
applaus gehoord, als er weerklonk, toen het
meisje haar plaats in de middenrij weer op
zocht. Bill voelde een prop in zijn keel. Rita
zou heel wat moeten praesteeren, gaf hij toe,
om dat meisje te verslaan.
Hij wischte juist de tranen uit zijn oogen,
toen Rita Holiday hem voorbijging en de
treden naar het podium beklom. Met een
schok ging hij overeind zitten.
Zijn hart begon hevig te bonzen, toen hij
haar gadesloeg, terwijl ze boog als een jonge
koningin voor de groep van deftige burgers,
die daar gezeten was, en daarna voor de overvolle
zaal. Als haar geheugen haar nu maar niet in
den steek liet 1 Er was even een dramatisch oogen
blik van stilte, alsof ze alles vergeten was.
Bill's liefdevolle, bijziende oogen namen haar
geheel in zich op. Wat was ze mooi 1 Estelle Ather
ton zelfs moest het afleggen tegen Rita's stralende
en kleurige lieflijkheid. Zij was donker met oogen
als geroosterde kastanjes, zooals Bill dikwijls ge
zegd had heur blauwzwart haar omlijstte in keu
rige wendingen en golvingen een gezichtje, dat
vaak 'n ietwat hooghartige uitdrukking had, maar
toch zoo wonderlijk minzaam en innemend was.
Rita had, wat Dort noemde, fijn-verstandige oogen.
Zou die aangeboren intelligentie, die natuurlijke
vlugheid-van-denken haar te hulp komen op dit
spannende moment
Toen begon ze te spreken en Bill voelde, hoe z'n
zenuwen tot bedaren kwamen. Ze had haar speech
niet vergeten 1 Aldoor klonk haar gouden stem en
bracht woorden en zinnen voort, die nu en dan een
spontaan applaus te voorschijn riepen.
Als in een droom hoorde Bill de stem, Rita's stem,
plotseling ophouden. Hij hoorde hoera-geroep en
oorverdoovend applaus.
Toen stonden John Worth, de schenker van de