43 No- 43 VRIJDAG 9 JANUARI 1931 843 Of hij krijgt een rammeling van zijn baas, omdat ie zoo stom was, niet goed uit te kijken. Nou die potten- en pannenwinkel. Dat is allemaal heel stil maar dat aardige ineiske is nu het „leven". Juist de tegenstel ling zorgt hier voor 't goede effect. Je kunt er uit ieeren, hoe je fotografeeren moet, en ook, dat dit lang niet zoo gemakkelijk is als het wel lijkt. Dan de varkens. Maar die zijn enkel stil oindat ze slapen. Zoo zie je, dat elk prentje wat kan Ieeren. Dat Stilleven in de Saracijnstraat te Vlissingen. Dat is nu heelemaal geen hoogdravende philosophie. Nou ja, als je 'n erg nuchter mensch bent, en je komt een vuilnis zeggen da's aardig. Och, het leven bestaat uit kleine vreugden, en gelukkig de mensch, die ze kan beleven. Hij blijft een kind, dat het leven „stil" kan „leven", maar juist daar- door meer van zijn diepste betee- kenis ervaart dan vele anderen. Maar stop. We worden senti menteel. En de lezer moet maar denken, dat dit de oudejaarspreek is, die wat laat, maar daarom niet minder goed bedoeld is Een stilleven, dat liefheb bers kan doen watertanden wisten trouwens onze voor vaderen al, en beter dan wij. Ze gaven heele boekjes uit met prentjes en onder elk prentje een toepasselijk versje, dat tegelijk de moraal gaf. Want moraal kun je overal in vinden zijn wij niet allen op z'n tijd een „stilleven" in deze wereld En moeten wij niet dikwijls even „stil" zijn om het „leven" goed te kun nen begrijpen, en daardoor werkelijk te „leven"? Een ongelukje Of 'n kwajongensstreek? Een stilleven van druktemakers. Ook een stilleven: de oude klok in de Croote Kerk te Brouwershaven bak op je levensweg tegen, dan schop je dien uit den weg. Maar dat is dezelfde mensch, die onver schillig een bloem van zijn stengel rukt en een zonsondergang met een biefstuk ver gelijkt. En zoo zijn er maar wei nigen. De meeste menschen, hoe ze zich ook aan den buitenkant kunnen voordoen, dragen wel een klein plekje zonneschijn in hun hart. En als ze langs zoo'n „stil- leven" komen, dan moeten ze toch wel even lachen en in zichzelf

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1931 | | pagina 3