JkdocUomrte Medededin#
AU de wolken kieken.,..
No. 47 VRIJDAG 6 FEBRUARI 1931 935
zijn ouders een
plezier
Plotseling
zweeg ze. Ze
keek haar man aan en een lachje een lachje
van louter geluk, brak baan.
Ook hij kon niet ernstig blijven.
,.Je bedoelt, dat een huwelijk om de ouders
te plezieren, een voorrecht van dochters is
„Ze konden slechter doen," antwoordde Marcia
en even trilde haar stem. „Maar ze moeten heel,
heel zeker zijn, dat die ouders den rechten man
gekozen hebben. En zulke mannen vindt men niet
eiken dag."
Hij greep haar hand en drukte die zoo stevig,
dat Marcia een gilletje slaakte.
„Je wordt weer sterk, Marcus, je handdruk
doet zelfs pijn. Nee, nee, 't hindert niet. Als die
andere hand ook maar zoo krachtig was."
„Dat komt wel," meende Marcus vol vertrou
wen. „Ik wil niet voor mijn leven invalide blijven,
zelfs al word ik opgepast door zoo'n schat van een
vrouw als de mijne."
Stilletjes zaten ze bij elkaar, toen vroeg Marcia
„Hebben de deskundigen al een meening over
de oorzaak van de ontploffing, Marcus
„Nee, maar over 't algemeen neemt men aan,
dat er boos opzet in 't spel was. Men had 't op mij
gemunt, natuurlijk moesten anderen mee 't slacht
offer worden. De eerste poging faalde. Toen ging
de oude man zelf naar beneden waagde, neen,
verloor zijn eigen leven in zijn opzet om mij te
dooden. Nog een uur, en alle hulp was vergecfsch
geweest. Daarom kunnen we niet genoeg voor
Tom doen. Ik ben rijk, Marcia, zelfs al doe ik mor
gen de mijnen aan kant. Maar dat is mijn plan
niet. Ik wil Tom compagnon maken met een derde
Belangstelling bij het visschen te lielleooetsluis.
Volgende week beginnen wij met de publicatie
van een nieuw groot vervolgverhaal, getiteld
door de vermaarde Engelsche
schrijfster L. G. MOBERLY.
Onze lezers namen reeds kennis van het werk
van deze populaire romancière door de veertien-
daagsche boekwerken van de Hollandsche Biblio
theek. Wij herinneren slechts aan haar uitstekende
verhalen „De roman van een dokter'' en „Als
de appelboomen bloeien", die buitengewonen
ingang vonden. Deze boeiende geschiedenis, welke
zich voornamelijk in een Engelsche provincie-stad
afspeelt, zal niet nalaten onze getrouwe abonné's
van het begin tot het einde te interesseeren.
■-
iets in zijn oogen, in den druk van zijn hand, in
't volmaakt tevredene van zijn uiterlijk, waren
even zooveel bewijzen voor haar. Ze gaven hun
diepste gevoelens zoo eerlijk en zoo vlug bloot,
dat 't hen zelf verbaasde. Tegen anderen waren ze
steeds gesloten geweest. Nu vonden ze 't prettig
zich tegenover elkaar uit te spreken.
„Leslie komt met Kerstmis terug," vertelde
Marcia. „Ze heeft geen eigenlijk thuis hoewel ze
een flat heeft in Londen. Ze had iets over zich de
laatste dagen, dat ik niet begreep. Zou 't toch waar
zijn Leslie draagt 't hart niet op de tong, hoewel
ze zoo luchtig en openhartig schijnt. Eens dacht ik,
dat zij en Perciva 's met elkaar hadden, zelfs
vijandig tegen
over elkaar
van de winst. Vader vindt 't goed. Hij weet nu alles
en hoewel hij eerst heel boos was, begrijpt hij toch,
wat we Tom verschuldigd zijn. Heb jij er iets op
tegen
Ze glimlachte. De vraag behoefde geen ander
antwoord en van nu af was de toekomst van Tom
geregeld.
Kerstmis kwam en daarmee Leslie een vroo-
lijke Leslie, misschien een weinig te bleek en te
teer, maar een en al levendigheid en grappen en
verrukt over de groote vorderingen van Marcus,
die weer heele dagen op was, maar toch zijn arm nog
in 'n band droeg, daar die nog tot niets in staat was.
Ennisvale, Percival en diens pleegkind, vulden
't gezelschap aan. De ouders van 't jonge paar
waren vertrokken, gerust over Marcus en verzekerd,
dat m.an en vrouw best voor elkaar konden zorgen.
„Marcia je ziet er stralend uitwas de be
groeting van Leslie, toen de gastvrouw met haar
mee naar haar kamer ging. „Dat is 't eenige woord
er voor. Wat denkt je man wel van je
„Vraag 't hem maar," lachte Marcia. „Mijn
bronzen man heeft eindelijk zijn tong gevonden
„Een zilveren tong een gouden stem," zong
Leslie, „maar toch een man van brons. Niet van
marmer, denk daar aan. 'n Metaal kan glanzen, 't
kan verwarmd
worden, 't kan
smelten en een
gloed om zich
heen versprei
den. Dat is, wat
jouw bronzen
man gedaan
heeft. Heb ik
hem van den be
ginne af niet
goed beoor
deeld
„Dat heb je.
We spreken dan
ook nog dikwijls
over je." Leslie
lachte, toen ze
dat gebruik van
„we" hoorde, 't
Kwam zoo vaak
over de lippen
van Marcia. „Ik
hoop, dat je voor
jezelf een even
goede keus zult
doen, Leslie."
Het jonge
meisje kreeg een
kleurmaar bij
't goeden nacht
zeggen sloeg ze
beide armen om
haar vriendin
heen en fluis
terde
,,'t Is heel lief
van je dat je me
weer gevraagd
hebt. Ik voel
me hier zoo ge
lukkig."
Kerstavond
werd gewijd aan
Percival's pleeg
kind. Er was een kerstboom, veel cadeautjes en
ieder was jong en vroolijk met 't kind. Ze mocht
aan 't diner blijven en kreeg een plaatsje naast
Ennisvale. Leslie en Percival er tegenover, Marcus
en Marcia tegenover elkaar aan 't hoofd en den
voet van de tafel.
Toen ze opstonden, nam Ennisvale 't kind op zijn
schouder, liet haar goedennacht zeggen en droeg
haar naar boven, waar hij haar aan de zorgen van
Marcia's kamenier overgaf.
Percival ging tot beneden aan de trap mee en
Leslie wierp haar nog een kushand achterna.
Marcus en Marcia bleven alleen in de eetkamer,
de deur was dicht.
Toen 't kind boven was, keek ze op Percival
neer en riep
„Liefste, wat moet u nu beginnen nu mijn ridder
mij weg draagt?" Ze bedacht zich even en vervolgde
juichend
„U kunt moedertje vragen om u gezelschap te
komen houden."
Ennisvale nam haar vlug mee. Percival keerde
zich om en strekte de hand naar Leslie uit. „Wil
je vroeg hij eenvoudig, maar zijn stem trilde
van ontroering, toen hij een pas naar haar toe
deed.
Haar gezicht stond tusschen lachen en huilen.
Plotseling lag ze in zijn armen. Haar gezicht was
naar 't zijne opgeheven.
„Liefste," fluisterde ze, terwijl zijn lippen haar
voorhoofd beroerden.
EINDE
stonden
„Percival
moest zijn ge
voelens in be-
dwanghouden,"
meende Marcus.
„Hij twijfelde
of hij met zijn
zwakke gezond
heid wel een
vrouw aan zich
mocht binden
maar nu weet
hij wel beter
en een tweede
reden is, dat hij
Leslie en Ennis
vale voor ver
loofd hield
„Maar dat is
niet waar," viel
Marcia in de
rede. „Ik geloof
nooit, dat daar
iets van komt.
Ze hebben el
kaar altijd graag
mogen lijden en
Ennisvale die
een tijdje nogal
verliefd was -
begint nu ook
te merken, dat
het 't echte niet
is. Vader en moe
der hadden het
graag gezien
maar een man
trouwt niet om