¥oorten
DE
VRIJDAG 6 FEBRUARI 1931
No. 47
Een overzichtje bij Je havenpoorten te Zienkv.ee.
de tegenwoordige namen. In 1491 werd de Zuid
Havenpoort op last van hertog Albrecht van Saksen,
die 't keizer Maximiliaan weerstrevende Zierikzee
met veel krijgsvolk verraste, zeer versterkt om de
stad te beheerschen. In den loop der 16e eeuw is
de poort van een uurwerk voorzien. De in 1550
gegoten klok geeft door haar opschrift een waarde
volle inlichting. Op deze klok staat het wapen
van Zierikzee, terwijl ze voorts het opschrift
bevat„Omdat deze klok na voortdurend ge
bruik van 192 jaren versleten was, hebben thesau-
rieren op gezag van burgemeesteren haar doen
hergieten en is zij uit het stadhuis met al het
aan het uurwerk behoorende hierheen gebracht
in het jaar 1550. Petrus van den Ohein heeft mij
gemaakt."
Hieruit blijkt, dat de bekende Mechelsche klok
kengieter haar heeft hergoten, dat zij afkomstig
was van het stadhuis en oorspronkelijk in 1358
vervaardigd was.
Bij de komst der Fransche troepen in 1795
werd de poort tot militaire provoost bestemd en in
1811 verdoopt in Porte Imperiale. In den nacht
Zierikzee behoort tot de weinige steden in ons vader
land, die zich nog mogen verheugen in het bezit van
enkele middeleeuwsche poorten, die niet zijn gevallen
onder ruwe sloopershand, maar voor het nageslacht bewaard
zijn gebleven als stille getuigen van voorbijgevloden eeuwen.
Zierikzee bezit nog een drietal poorten, nl. de Noord Ha
venpoort, de Zuid Havenpoort en de Nobelpoort.
Gemis aan oude gegevens is oorzaak, dat men van den oor-
De mooie oudermetsche brug. die naar de Zuid Havenpoort leid
een fraai geheel vormt.
spronkelijken bouw der beide
Havenpoorten niets met zeker
heid weet. Wel mag men aan
nemen, dat deze poorten on
geveer te zelfder tijd als de
Nobelpoort gesticht zijn.
Indien de beide Havenpoorten
niet tegelijkertijd zijn gesticht,
dan moet toch de bouw zeer
kort na elkaar hebben plaats
gehad, daar de afsluiting en
verdediging van den toegang
der Oude Haven zulks uit een
vestingbouwkundig oogpunt
eischte.
Beide poorten waren door
een 'eind muur en een steenen
brug verbonden, ter plaatse
waar thans de houten binnen-
brug ligt. Reeds in 1527 was
die steenen brug geheel verval
len. Daar men oudtijds stevig
bouwde, mag men wel aanne
men, dat deze brug toen al
een paar eeuwen oud was. Reeds
vroeg droegen de beide poorten
kijkje uit tie stad op de
Noord Havenpoort met de beide
sierlijk bemerkte topgevels.
van 7 op 8 December 1813 was ze getuige van den
uittocht der Franschen, die zich door de keizer
lijke poort verdrongen om een goed heen
komen te zoeken. De poort bezit, evenals
hare zusteren, nog hare zware deuren, die
sedert 1 Mei 1866 des nachts niet meer ge
sloten worden.
De tweede der nog alhier bestaande poorten is
de Noord Havenpoort.
Zooals is opgemerkt, moet de bouw van deze
poort haast gelijktijdig hebben plaats gehad met
dien der Zuid Havenpoort, dat is dus in de eerste
helft der 14e eeuw.
De versterking der poort in 1491 door Albrecht
van Saksen, die haar tot een z.g. „blokhuis" in
richtte, is reeds bij de beschrijving van de Zuid
Havenpoort ter sprake gebracht. De kroniek
schrijver Reygersbergh zegt daarvan „F,nde
die Hertoghe heymelyck met groot volck komende,
die Noordt-havenpoorte inne die hy dede be
wallen ende sterek maecken, in de maniere
van een Blockhuys uyten name van den
Prince, om die Stadt ende Burghers daer mede
te dwingen."
Hoewel later vernieuwd en verbouwd, zal de
eigenaardige vorm onzer poort toch wel aan dat
Blockhuys herinneren ze is eigenlijk een bolwerk
tegen den vestingmuur gebouwd. De dikke, aan
de buitenzijde der stad, met natuursteen bekleede
muren, ontmoeten elkaar bij het poortgebouw.