No. 11 Naar Je Bl oembollenvel Jen SCHITTERENDE AUTOTOCHTEN PRIJS PER PERSOON '1.75 As de Wolken breken UIT HET ENGELSCH.VAN L. G. MOBERLY Debora's schrandere oogen gingen van de een naar den ander en ze stak schalks een vermanenden vinger naar Hodgon op. ,,ik geloof, dat u mevrouw Bertram, die aan mijn speciale zorg toevertrouwd is, erg vermoeit en opwindt," zei zij plagend. ,,lk kan u niet meer toestaan, haar te bezoeken, als u op die manier de voorschriften van den dokter in den wind slaat...." „Och, maar heuschbegon mevrouw Ber tram. Juffrouw Fergusson ging op een ouderwetschen rechten stoei zitten en lachte, terwijl zij ondeugend naar het ontstelde gelaat van haar logée keek en daarop naar het gezicht van den dokter, dat er ook nogal opgewonden uitzag. „Hij hééft u niet opgewonden, dat wilt u zeker zeggen vroeg ze, terwijl haar oogen guitig schitterden. „Hebt u een zuiver geweten, dokter Hodgon „Volkomen zuiver. Ik heb mevrouw Bertram een voorstel gedaan, een voorstel, dat ik als ver standig en aannemelijk beschouw. Zij was er eerst niet heel zeker van of mijn voorstel dat in derdaad is, maar ik geloof, dat zij tenslotte niet ongenegen is om over haar bezwaren heen te stappen. Maar het leek ons het beste, vóór er een definitief besluit wordt genomen, uw raad te vragen." „En bent u van plan mijn raad op te volgen, als ik dien geef?" Juffrouw Debora knipoogde. „Zeker," verklaarde Hodgon met humoristi- schen ernst, maar mevrouw Bertram viel haas tig in de rede „O, daar ben ik nog zoo zeker niet van." „ik ben overtuigd, dat u het niet zult doen," zei Debora vroolijk. „!k heb al zoo dikwijls onder vonden, dat menschen, die om raad vragen, dezen gewoonlijk niet opvolgen. Ze vragen raad, ze laten je pratenen doen dan toch precies, waar ze plezier in hebben. Het zou wel een wonder zijn, als dat in dit geval niet óók gebeurt. Enfin, komt maar op de proppen met wat jullie op het hart hebt," ging ze joviaal voort, toen er een stilte op haar woorden volgde. „In het kort komt de kwestie hierop neer," legde Peter uit. „Ik wil graag met mevrouw Bertram trouwen, maar zij is bang om zich ook maar in een enkel opzicht te binden, voordat haar geheugen is terugge komen." „Zoo is het," bevestigde mevrouw Ber tram. „Hoe zou ik anders kunnen? Als niemand iets van mijn verleden afweet, hoe kan ik dan dokter Hodgon een dergelijk ri sico op zich laten nemen „Veronderstel, dat er van risico geen spra ke is, zou u dan het voorstel van dokter Hodgon aannemen Debora keek alweer met een ondeugende tinteling in haar oogen naar mevrouw Ber tram, die een verraderlijke kleur kreeg. Maar na eenige weifeling antwoordde ze dapper: „Ja, dón zou ik het voorstel aannemen, maar zooals de omstandigheden nu zijn „Juist onder deze omstandigheden wil ik, dat zij zich aan mijn hoede toevertrouwt," viel Peter haar in de rede. „Het staat voor mij vast, dat ze volkomen vrij is, anders zou er allang op onzen stortvloed van advertenties iemand zijn komen opdagen. Ik verlang er naar, dat zij mijn eenzaam huis komt opvroolijken en daar zelf ook een tehuis zal vinden." „Geef juffrouw Debora nu eens gele genheid om te zeggen, hoe zij er over denkt," opperde mevrouw Bertram, die haar tegenstand voelde verzwakken onder dokter Hodgon's pleitrede. „Zij denkt, dat het 't verstandigste zou zijn om te doen, wat dokter Hodgon zoo graag wil," klonk het rustig. „U zouelkaar zooveel geluk kunnen brengen. Waarom zou u dit afwijzen Waarom wachten Ik denk niet," voegde ze er met een fijn glimlachje aan toe, „dat 11 minder van dokter Hodgon zult houden, als u uw geheu gen heeletnaal terug hebt 1" „Natuurlijk niet," riep mevrouw Bertram vol vuur en de beide anderen lachten hartelijk, dat ze haar genegenheid zoo had laten blijken. Een paar minuten later ging juffrouw Fergusson tactvol de kamer uit en Peter trok de vrouw, waar zijn hart naar uit ging, dicht in zijn armen en kuste haar met het vuur van een jongen minnaar. „Zeg, nu moet ik ook nog een voornaam voor je bedenken,"-zei hij opeens. „Ik kan je toch niet „Mevrouw Bertram" blijven noemen Maar het moet een naam zijn, die volkomen bij je past." „Ik vraag me af, of het misschien verbeelding is," antwoordde zij peinzend, „maar ik meen mij heel vaag te herinneren, dat ik vroeger Pamela genoemd werd. Het kan, zooals ik zeg, natuurlijk louter fantasie zijn, maar als het werkelijk zoo is, beteekent het misschien, dat mijn geheugen bezig is terug te komen." „Zeker, dat is heelemaal niet onmogelijk," verklaarde de dokter bemoedigend. „En wat den naam betreft, ik vind, dat Pamela uitstekend bij je past. Dus laten we het daarop houden 1" Toen Peter na de thee de Eenzame Hoeve ver liet, koos hij zijn weg naar de spoorweghalte over de heide hij was zonder auto gekomen en een fiksche wandeling stond hem wel aan hij was een liefhebber van het heidelandschap en de wijde uitzichten, die het bood. Hij liep met ste- vigen pas en sloeg weldra een zijpad in, dat bij de halte uitkwam. Hij was geheel vervuld van de vrouw, die hij zooeven verlaten had en van ge dachten aan hun beider toekomst, maar plotseling werd hij uit zijn overpeinzingen opgeschrikt door do gejaagde stem van een vrouw, die, te oordeelen De Directie van GROOT ROTTERDAM heeft het plan opgevat om de abonné's in de gelegenheid te stellen, op aangename wijze, een bezoek te brengen aan de BLOEMBOLLENVELDEN. Eiken dag zullen twee per LUXE AUTOCAR naar de BLOEMBOLLENVELDEN worden gemaakt. De eerste tocht vangt aan des morgens te 936. De tweede tocht des namiddags te 2.30. Vertrek vanaf den Coolsingel, via Den Haag, Wassenaar, Katwijk-binnen naar Noordwijk. Hier wordt een kwartier stil gehouden, tijdens welk oponthoud aan de deelnemers een gratis consumptie wordt aangeboden. Daarna voortzetting via Noordwijkerhout, Sassenheim, Den Haag en terug naar den Coolsingel, waar het eindpunt is. Elke tocht duurt ongeveer drie en een half uur, waarbij de mooiste streken worden bezocht. Iedere deelnemer krijgt een gereserveerde plaats, waarop hij gedurende den geheelen rit het recht behoudt. Aanmeldingen en inlichtingen aan het Bureau van Groot Rotterdam, Stationsweg 24, Telefoon No. 50540. Teneinde zeker te zijn van eene plaats verdient het aanbeveling zich tijdig aan te melden, onder opgaaf van den datuui waarop men aan den toch» «venscht deel te nemen, met de mededeeling of dit des morgens of des middags zal zijn naar het zware hijgen, dat zc deed, heel snel geloopen moest hebben. „Bent u niet de dokter, die wel eens bij juffrouw Debora komt vroeg ze. „Gaat u alstublieft gauw mee. De oude Nanny is stervende. Ik zag u over de hei loopen. Komt u alstublieft mee Hoe wreed hij ook uit zijn zoete droomen was opgeschrikt, hij was oogenblikkelijk weer de volbloed medicus, klaar om hulp te verleenen, waar die noodig was. „Wijs mij maar, waar de zieke vrouw woont," zei hij. „Is het ver weg?" „Aan den anderen kant van de hei." „Is zij allang ziek?" informeerde de dokter, terwijl hij naast de vrouw voortliep. „Wat is er eigenlijk aan de hand „Ze is al een heelen tijd zwak.ze is over de zeventig en vanmiddag, een uur geleden onge veer, werd ze heelemaal niet goed. Ik vind haar erg minnetjes - ze heeft het aan haar hart, weet u, en ik zou zeggen, dat het afloopt. Ik stond er juist over te denken, waar ik zoo gauw een dokter vandaan moest halen, toen ik u zag aankomen. Ik kan de oude Nanny toch niet laten sterven, zonder dat er een dokter bij is geweest, dacht ik bij me zelf, vooral omdat ze nog iets schijnt te willen opbiechten." „Enfin. We zuilen maar eens gaan kijken," besliste Hodgon. Hij behoefde niet ver langs het smalle heipaadje te wandelen, spoedig liep hij met zijn begeleidster een smalle helling naar beneden en stond voor de deur van het armoedige, vervallen hutje. „Het is niet veel zaaks, dat huisje," zei de vrouw als verontschuldigend, „een eenzaam plekje is het ook Als mijn man en ik niet in het dal woonden en de oude Nanny af en toe eens opzoch ten, zou zij misschien nog gestorven zijn zonder dat iemand er wat van gemerkt had. Het was puur toeval, dat ik vanmiddag bij haar was." „Woon je hier dichtbij „Niet zoo héél dicht dóar in het dal. Er zijn geen andere huizen hier in den om trek, alleen dat van de oude Nanny. Het is eenzaam wonen voor zoo'n oude vrouw al leen, maar zij hield van de eenzaamheid. Zij moest er niets van hebben, als de menschen zich met haar bemoeiden." Al pratend had de vrouw de knarsende deur van het huisje opengeduwd en Hodgon trad een lage, armoedige kamer, door een klein raampje schemerig verlicht, binnen. Toen zijn oogen aan het halfduister ge wend waren, ontdekte hij een gestalte op het bed, dat in een hoek van de kamer naast den haard stond, en naderbij komend zag hij, dat het een oud vrouwtje was - een vrouw met een vertrokken, perkament achtig gezicht, waarop de schaduw van den dood zich al afteekende. Ook de zware, hortende ademhaling zei den dokter genoeg. „Het gaat hard achteruit, hè vroeg Hodgon's begeleidster halfluid. Bij het ge luid van haar stem opende de vrouw in het bed de oogen en ofschoon haar krachten snel verminderden, was er in de donkere oogen nog 'n vreemd-doordringende uitdrukking. „Daar is een dokter, Nanny," riep de vrouw naast het bed luid. „Er is geen enkele reden om zoo hard te schreeuwen," antwoordde de zieke geprik keld. „Ik ben niet doof nog niet en zooals 't nu met me staat, zal ik ook nooit doof worden. Ik weet, dat het afloopt, zoo goed als jij het weet." Plotseling kwam er een trek van hevigen angst op haar gezicht. Zij stak een klauw- achtige hand uit en trok Hodgon aan zijn mouw. „Houd mij in het leven, totdat ik het ii verteld heb," hijgde zij. Ik kan niet sterven zonder de waarheid gezegd te heb ben Maar stuur Lize Blake weg." de

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1931 | | pagina 14