VRIJDAG 1 MEI 1931
No. 7
123
MACHINEDEELEN.
Voor de fabriek van Van der Lugt
Voor Feyenoord en Burgerhout
Voor Wilton, Ford en voor van Berkel staan
de jongens in hun blauwe kielen
hun overalls en bruine ketelpakken,
tot de sirene AANVANG 1 gilt.
De kranen rijden langs de ijle bruggen
de hamers vallen klettrend op het ijzer
en op de harten en op de gedachten.
De fraisen draaien en hun knarsend piepen
snijdt door de dunne zenuwdraden heen.
zooals de fijne zenuwen der hand
doorkorven worden tot ze leder is.
De nagelpiepers en de fraisersmaatjes
van Feyenoord en Burgerhout
van Wilton, Ford en van Van Berkel Trrijgen
gelooide zielen en hun hart is als
een goed gesmeerd voortdraaiende machine,
tot de sirene EINDE! gilt.
Zoo is het fabrieksleven in onze provincie.
Vlissingen ontleent er voor een groot deel zijn
bloei aan. Wat zou deze stad zijn zonder haar im
posante nijverheid Een nijverheid, die we elders
in onze provincie haast niet vinden enkele be
fte/ transport oan
zmare stukken door
de fabriek.
Zijn eerste merk ziet er
blijkbaar reeds goed uit.
*^.Een der leerlingen aan de boormachine.
drijven, w.o. de
groote fabrieken te
Sluiskil, uitgezon
derd.
Zeeland is en zcl
in de eerste plaat.;
landbouwland blij
ven.
En in dit vlakke
land met zijn wei
den en korenvel
den schrikt men
op bij het loeien
der sirenes. Men
verwacht hier niet
den zwarten fa-
briekssmook, noch
het denderend ge
raas der machines.
Alles is er zoo
rustig en kalm dat
'n dergelijk brand
punt van mecha
nisch leven er niet
wordt verwacht.
Maar het geeft
relief. Het vormt
een tegenstelling
met de rust van het landschap.
Zooals Zeeland met zijn land en water nu een
maal een land van tegenstellingen is en wel altijd
blijven zal.
Op de leerschool der machinefabriek,
een nakschool bij uitnemendheid.