DE BETUWE BLOEIT! No. 14 <(vn. is de Wolken breken UIT HET ENGELSCH VAN L. G. MOBERLY Weet u, waar mijn kindje is Ik heb het verloren, het was zoo lief. Mijn man heeft nooit om mij gegeven, ik was bang voor hem, omdat hij zoo stug en onvrien delijk was hij heeft mij om mijn geld getrouwd." Zij staarde voor zich uit, rusteloos haar handen wringend. ,,Ze schijnt dus meer van het gebeurde afgewe ten te hebben dan ooit iemand heeft kunnen ver moeden," fluisterde Hodgon Stone in 't oor. „Ik zou haar graag nog een paar vragen stellen." Hij kwam dichterbij en tikte haar zachtjes op den schouder om haar uit de droomerij, waarin zij verzonken was, te wekken. „Mevrouw Drummond, kunt u mij vertellen, waar het vreemde kindje, dat zij u brachten in plaats van het uwe, vandaan kwam Weet u wie het jongetje was Zij kwam met een schok tot zichzelf en keek haar ondervrager eerst wezenloos aan, maar langzamerhand kwam er een verstandige uitdruk king op haar gezicht. Het was alsof zijn woorden lang begraven brokstukken van herinneringen weer aan het licht brachten. „Ja, ik weet het," zei ze na een lange pauze, waarin ze blijkbaar orde in haar gedachten ge bracht had. „Of zeker weten doe ik het eigenlijk niet maar ik had vermoedens. Er logeerde in dien tijd een vreemde dame op de boerderij op Dorlton's Boerderij, een jong vrouwtje net als ik ik wist, dat die in denzelfden tijd als ik een kindje verwachtte. Het moet héér baby geweest zijn, dien ze gestolen en bij mij gebracht hebben want waar konden ze anders zoo gauw een pasgeboren kindje vandaan halen En Nanny verpleegde immers haar en mij, voordat de zuster kwam. Haar gaven ze mijn dooden baby. Nu weet ik het weer. Mevrouw Carmi- chaël heette ze, nu weet ik het opeens weer." En na deze vol komen logische en samenhan gende mededeelingen verviel ze weer in haar waanvoorstelling. „Maar ik wil mijn eigen baby terug hebben. Kan niemand mijn baby voor mij vinden Haar gezicht kreeg weer de angstige, wezenlooze uitdruk king en alle verdere vragen van dokter Hodgon beant woordde zij vaag en gebrekkig. Na twintig minuten van ver- geefsche moeite om nog meer inlichtingen te krijgen, ver lieten de beide doktoren haar en Drummond voegde zich in de gang bij hen. Maar de oude man sprak niet voor zij weer in de directeurskamer terug waren. Zijn gezicht stond nog norscher dan anders.... hij scheen heelemaal niet op zijn gemak. Ik vraag mij af, welke waarde wij aan haar verklaringen mo gen hechten," zei hij knorrig. „Is het mogelijk, dat een krank zinnige zich dergelijke dingen van lang geleden zóó precies zou kunnen herinneren „Dat is ongetwijfeld moge lijk," verklaarde Hodgon. „Her inneringen blijven bij dergelijke patiënten vaak volkomen onbeschadigd, om het zoo maar eens uit te drukken, ofschoon de geest gestoord is. Op een be paald oogenblik komen door een onbekende oorzaak die herinneringen dan weer aan de opper vlakte van hun om-neveld brein. De dame, die bij juffrouw Fergusson logeert en aan wie wij voor- loopig den naam van mevrouw Bertram hebben gegeven, omdat ze zich haar werkelijken naam niet kon herinneren haar geheugen is name lijk door een schok gestoord moet mevrouw Carmichaël zijn daarvan ben ik vast en zeker overtuigd, na hetgeen ik uit den mond van mevrouw Drummond heb gehoord en uit hetgeen Nanny op haar sterfbed heeft bekend. Als haar geheugen terugkeert, zal zij alle leemten in het geen we tot nu toe van deze geschiedenis weten kunnen aanvullen. En ik heb alle hoop, dat haar geheugen zal terugkomen er zijn teekenen, die in die richting wijzen." Hij sprak met grooten nadruk. „Ik zal dankbaar zijn voor alles, wat haar geluk kan brengen, want zij heeft beloofd mijn vrouw te worden...." HOOFDSTUK XXIII „IK HERINNER HET MIJ." Deter Hodgon had een grooten tuil donkerroode diepgekleurde rozen gekocht, de meest pas sende bloemen, meende hij, voor de mooie, aantrek- Een zoele regenbui, een enkele zonnedag en nog onverwachts zijn de sappige knoppen gebarsten in al de bongerds van het Betuwe-land. En als een sprookjesweelde ligt het teere wit of rose der bloesems gespreid over dat groote woud van vruchtboomen in het vruchtbare dal tusschen onze groote rivieren. Van heinde en ver komen jaarlijks uit de ons omringende landen de vreemdelingen om van deze idylle, van die feërieke pracht te genieten. Maar nog veel te weinig kennen de Hollanders zelf de teere schoonheid van dit lentefeest. Een plicht voor onze Reisvereeniging dus, U te helpen van dit merkwaardig schouwspel te gaan genieten. Eiken Zondag en Woensdag, te beginnen met Zondag 17 Mei, zullen door ons ten behoeve van onze abonné's, autotochten in onze autocars worden gemaakt naar de bloeiende Betuwe. Vertrek des morgens 9 uur van af het parkeerterrein aan den Coolsingel. De route is als volgt vastgesteld: Van Rotterdam via Gorinchem door de Betuwe tot Tiel. Hier wordt gelegenheid gegeven om voor eigen rekening koffie te drinken. Verder over het veer beneden Amerongen, Utrecht, Rotterdam. Prijs per persoon f4.25- Aanmeldingen bij „Groot Rotterdam", Stationsweg 24, Telefoon 50540. kelijke vrouw, die zijn liefde had aangenomen. Het was een stralende zomer dag en ook in Peter's hart was zonneschijn, terwijl zijn auto met een rustige vaart den weg aflegde naar de Eenzame Hoeve. Juffrouw Debora kwam juist de voordeur uit, toen hij uit zijn wagen sprong, en ze begroette hem met haar gewone hartelijkheid. De gastvrouw, in de overtuiging, dat het bezoek niet héér, maar haar charmante logée gold, wilde doorloopen maar de dokter hield haar staande met de mededeeling, dat hij haar wat te vertellen had. Ze zetten zich op de tuinbank naast de voordeur. De dokter had het niet van zich kunnen verkrijgen de vriendelijke juffrouw Fergusson, nu zij de eerste was, die hij hier ontmoette, geheel onkundig te laten van het groote nieuws, dat hij bracht, maar aan den anderen kant, wilde hij haar niet Alles vertellen voor hij „Mevrouw Bertram" gesproken en getracht had nadere inlichtingen van deze te krijgen. Bovendien vond hij het wel aardig, juffrouw Debora een poosje in spanning te laten het effect van de verrassende mededeeling, dat de zoogenaamde Alan Drummond niet de zoon was van haar vijand van het Groote Huis, maar van haar logée, zou er des te grooter om zijn 1 „Ja," begon hij, toen ze rustig gezeten waren, „er is mij de laatste dagen toch zoo'n eigenaardig geval ter oore ge komen 1 En het merkwaardigste is, dat het zich hier op de hoeve heeft «fgespeeJd." „Hier op de hoeve?" riep juffrouw Fergusson buiten zich zelf van verbazing. „Ja, in den tijd, dat ze nog Dorlton's boerderij heette. Stelt u zich voorhier op de boer derij kreeg een dame, die er in pension was, een zoon en dat kind werd gestolen." „Gestolen 1" klonk het onge- loovig. „Ja, het lijkt veel op een geschiedenis uit een stuivers roman. En toch is het de volle waarheid. De baby werd van de moeder, die in zóó'n ellen- digen toestand was, dat ze aan niets kon denken, weggenomen en verruild met het pasgeboren kindje van een andere vróuw, dat gestorven was. En nu is die geschiedenis van vijf en twintig jaar geleden, plotseling aan het licht gekomen en ben ik van plan den zoon aan zijn moeder terug te geven." „Dus u wilt zeggen, dat u iemand gevonden hebt, die 'n volwassen zoon heeft, van wien zij zelfs het bestaan niet ver moedt „Ja, het klinkt ongeloofelijk, vindt u niet „Wat een heerlijke verrassing, wat 'n vreugde voor die moeder tenminste als haar zoon de moeite van het ontdekken waard is." „O, ja, dat is hij zéker waard," lachte Peter, terwijl het beeld van Alan's flinke, prettige persoonlijkheid voor hem oprees. „Hij is een zoon, waarop elke moeder trotsch zou zijn. Ik hoop hem morgen het goede nieuws te kunnen mede- deelen."

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1931 | | pagina 14