242
VRIJDAG 12 JUNI 1931
No. 13
Een heele rij die het zich wel smaken
laat. Maar daar is op gerekend
tief ingrijpen zoo lang mogelijk uitstelde, omdat men daarvoor naar een andere
plaats moest. Nu is dit afgeloopen. Alleen meenen we, dat Zeeuwsch Vlaanderen
nog niet over moderne ziekenhuizen beschikt, en dat men daar is aangewezen
op Vlissingen. Ook Middelburg en Noord-Gouwe hebben ziekenhuizen die vrijwel
aan de eischen des tijds beantwoorden.
Een ziekenhuis heeft uit den aard der zaak iets sombers. Indien men flink
ziek is, bemerkt men dit nietis men echter aan de beterende hand, dan
De les man; mag ook niet vergeten worden
Tanden borstelen bij het opstaan en een kleuter om te stelen.
Er was eens een Zeeuwsche schoone, die zoo
optimistisch was, dat ze zingend ter operatie
tafel ging. Tenminste, dat vertelde ze mij. De
meeste menschen echter zingen heelemaai niet als zij
„onder het mes" moeten. En er bestaat daartoe
ook weinig aanleiding. Eigenlijk hoort men liever
niets over ziekenhuizen. Het zijn instellingen,
welker bestaan men alleen ervaart, als men ze
noodig heeft. En dan met een dankbaar hart.
En toch mag er wel eens aan herinnerd worden,
wat een ziekenhuis eigenlijk is. En welke zieken
huizen wij hebben. Want belangrijk is dit alles
zeker wel.
We moeten dan constateeren, dat hét zieken
huiswezen ook in Zeeland de laatste jaren geweldig
is verbeterd. Bestaande inrichtingen werden ge
moderniseerd nieuwe werden gebouwd. We mo
gen wel zeggen, dat de zorg voor het platteland
grootere ziekenhuizen heeft doen ontstaan dan
voor de gemeenten, waarin ze werden gebouwd,
zelf noodig waren.
Zoo heeft b.v. Goes twee ziekenhuizen, die in
normale omstandigheden aan de vraag van het
heele achterland kunnen voldoen.
Dit heeft tot gevolg, dat men ook meer aandacht
wijdt aan de ziekten. Het gebeurde vroeger veelal
dat men met een ziekte bleef rondloopen en opera-
Een vroolijke rij kleuters tijdens het zonnebad in het kindersanatorium Zonneveld te Oostkapelle, eene model-inrichting voor de
gansche provincie, waar met succes de t.b.c. onder onze jeugd bestreden wordt. Wel is zulk een inrichting geen ziekenhuis in
den eigenlijken zin van het woord, maar wij mochten deze gelegenheid toch niet voorbij laten gaan, om op haar bijzonder nut te wijzen.
IËT»