Voor de Reis
160
VRIJDAG 21 AUGUSTUS 1931
Mo 23
Cloche-model van /wart viIt met "n wit
vêeren-motiefje als jjarneering.
A Is we de nieuwste Parijsche hoeden
de revue laten passeeren. vragen
we ons af, of we ntt werkelijk ge
heel en al zullen terugkeeren naar de
mode van een vorige eeuw.
We hebben weer lange wijde ja
ponnen met strooken nu krijgen we
ook weer veeren op onze hoeden. Rn
dat niet alleen, ook de hoedenvormen
schijnen een algeheele omwenteling te ondergaan.
Het model van onze eerste afbeelding mogen
we wel beschouwen als een overgang van het
kleine nauwsluitende hoedje naar het empire-
model dat de nieuwe mode voorschrijft. Dit cloche-
model van zwart vilt, van achteren en opzij om
geslagen, is van het modehuis Hélènc Julien.
Ter garneering heeft het een (gelukkignage
maakt vogeltje van witte veeren. Het is een een
voudig en gemakkelijk modelletje, zooals dat hij
ons, Hollandsche vrouwen, over het algemeen
in den smaak valt.
Maar we houden ons hart vast bij de aanschou
wing van het tweede model, dat ontworpen werd
door Hélène Corbett. Zouden we werkelijk weer
terug moeten naar dergelijke dingsigheidjes
En hoe moeten wij, nu eenmaal gewend aan hoeden
welke vast het hoofd omsluiten, die dingen op 't
hoofd houden Dreigt ons weer een periode van
hoedenspelden
Och, misschien zal het zoo'n vaart niet loopen
het is best mogelijk, dat die hyper-moderne model
len slechts door heel enkelen zullen worden ge
dragen, en dat slechts 'n soort overgangsmodel
werkelijk in de gratie zal komen.
Wc mogen toch zeker wel van onze hoeden
eischen, dat wij ze met gemak en genoegen kunnen
dragen
Nu zijn er gelukkig verschillende nieuwe mo
dellen, 'n ietsje grooter en 'n ietsje minder schuin
gedragen dan het hierbij gereproduceerde hoedje,
welke aan die eischen voldoen en die werkelijk
sierlijk zijn, al lijken ze ons ook te behooren tot
een vroegere periode. Maar doen onze moderne
japonnen ook niet aan vroegere periodes denken
Ter illustratie hiervan nog een derde foto, af
beelding van een modern toilet, dat bij een trouw
partij in de groote Parijsche wereld zeer de aan
dacht trok. Het kleine hoedje, met de sierlijk op-
P*en reisgarnituur om zelf te maken.
Van den nachtzak zijn bij het voorbeeld de maten
in centimeters aangegeven. De voering van batist wordt aan
den binnenkant tegengestikt. Op de stippellijn wordt de
tasch omgevouwen, de zijkanten worden aan den verkeerden
kant dichtgestikt, of aan den goeden kant met een biesje
van hetzelfde omgewerkt. Twee knoopsgaten vormen
de sluiting.
Voor den lingerie-zak wordt een strook genomen van
S5 42 c.M. de
zak wordt gevoerd
met batist en van
boven ingehaald
met een lint.
Tenslotte nog 'n
handige reiszak,
waarin we verschil
lende benoodigd-
heden kunnen doen.
De rol kan ge
maakt worden van
cretonneeen over
zicht wordt ge
geven op de teeke-
ning.
Cretonne, linnen
en voering worden
op dezelfde grootte
geknipt, het linnen
komt voor stevigte
tusschen de voering
en het cretonne, de
zakjes worden ge
knipt van cretonne
en op de voering en
het linnen gestikt,
hetwelk precies op
elkaar gelegd wordt.
Zijn alle zakjes op
gestikt, dan wordt
het cretonne tegen
het linnen geregen,
en 't geheel wordt
omgebiesd met
boorband.
De rol wordt met
bandjes dichtge
maakt.
Louis XI-
model van zwart vilt
met struisveer in drie tinten.
opzij neerhangend, zijn zeer
in de gratie, en vaak wordt
een detail van die aardige
kleine hoedjes ook in de gar-
ncering van de japon ge
vonden, of in een andere bij
komstigheid van het toilet.
Is zoo'n hoedje van zijde, dan
hoort er soms 'n kraagje bij of
'n kleine pélérine of 'n tasch.
Een of andere overeen
komst tusschen verschillende
deelen van 't toilet behoort
de goed gekleede vrouw in elk
geval te hebben. Er zijn im
mers handschoenen met hij-
behoorende tasschen. En sier
lijke schoentjes van kroko
dillenleer zien we met bijpas
sende tasschen en ceintuurs.
In elk geval kan er altijd
eenige overeenkomst wezen,
al is 't maar in kleinigheden,
zooals in den aard van corsage
en hoedgarneering, in de kleur
van 'n halsketting en die van
andere versierselen in gespen
van schoentjes en qeintuur
en zoo al meer.
Het is juist dat bij-elkaar-
behooren, al is 't slechts aan
gegeven door 'n enkel kleu-
rentoetsje hier en daar, dat
het geheel „af" maakt.
PAULA DEROSE.
gezette struisveeren, geheel en al zooals we het op
oude, platen kunnen bewonderen, past zich vol
komen aan bij de moderne japon, die trouwens ook,
in allerlei details, herinnert aan voorbije modes.
Veeren van allerlei genre worden voor de gar
neering der moderne hoeden zeer veel aangewend.
Simpele rechte veeren omgeven den rand van 'n
aan den linkerkant coquet opgeslagen hoedje
en pieken rechts, ongelijk van lengte, naar buiten.
Van kleine veeren worden fantasie-vogeltjes ge
maakt en groote volle struisveeren gelden weer als
buitengewoon chique.
Ook het kleine hoedje onzer afbeelding, dat door
de ontwerpster 'n Louis Xl-model wordt genoemd,
heeft als garncering een van achteren neerhangende
struisveer in drie tinten. Kleine driekantige steek-
modeiletjes, schuin op het
hoofd gedragen, met 'n veer
of e'en fantasie van veeren
I