446
VRIJDAG 21 AUGUSTUS 1931
No. 2 3
et kampeeren is iets van de laatste ja
ren. Als je vijf en twintig jaar geleden
vergeten boschje, waar zelden
bosch, of naar 't strand.
Natuurlijk zijn er ook
dagen en deze zomer
had er véél dat het
regent. Maar 'n kampeer
der moet 'n onverwoest
baar goed humeur be
zitten, öf niet met kam
peeren beginnen. Dan
maar den primus of blauw-
kampeerder moet een onoer-
iv "ixibnar goed humeur bezitten.
brander in de tent gehaald, en daarop het spie
gelei gebakken 1
's Avonds het kampvuur, dat hoog oplaait in
den stillen nacht 1 Dat is iets onvergetelijk moois,
en men moet er bij zijn geweest, om het mooie
er van te kunnen begrijpen.
Kampeeren is nuttig. De jonge menschen doen
voor een paar weken afstand van de beschaving.
Ze moeten zichzelf leeren helpen, en worden han
dig in vele dingen. Als het eten mislukt, zuilen
ze moeder's kookkunst dubbel waardeeren als
ze thuiskomen. Alles wat hier gemist wordt, wordt
later des te meer gewaardeerd.
ren.
het in je hoofd kreeg, om er met een tent op
te trekken, dan vroegen de menschen of je stapel
gek was. En er zijn er heden ten dage nóg die
dit vragen. Nu zijn er altijd menschen geweest
en ze zullen er altijd blijven ook die er
het plezier niet van kunnen begrijpen, in een
tent te slapen, zoolang je dat nog in een bed
kunt doen.
En tóch heeft het kampeeren zoo'n bijzondere
bekoring en tegelijk is het voor jonge menschen
zoo nuttig dat wij er warme voorstanders van zijn.
•t Is werkelijk iets buitengewoons, ergens in een
ïeuiaiiu ituiiu, h ivuiup «.v
en daarin voor eenige nachten
onderdak te vinden, 's Mor
gens schijnt de zon door de
tentopening naar binnende
roodborstjes zitten te zingen op
de scheerlijnen, en je bent zóó
buiten. Gauw wat hout in de
zelfgegraven veldkeuken; het
brandt, dat 't 'n lust is, en spoe
dig raast het theewater. Dan, na
het ontbijt, de duinen in of het
Verrast door 'n Maart -
sehe bui in Augustus.