DOOR
BARONESSE ORCZY
Hoeveel vraag je?" Tom vroeg 't voor den
derden keer en duwde Mr. Horfman een
handvol biljetten onder den neus.
Deze haalde de schouders op. „Niets,
beste kerel, behalve.... het volle bedrag," zei
hij en stootte 'n korten lach uit. „Geen korting
voor contante betaling."
„Zwijn jij
„Denk er om, oude jongen," zei Mr. Horfman
koeltjes,en hij wierp 'n blik in de richting van Madoc.
„Je gouverneur kan je hooren."
„Die kan naar de maan loopen."
De twee mannen liepen samen door naar het
buffet.
Toen ze vlak bij de deur waren, hoorde Lance
eensklaps Tom's stem
„Ik heb geluk gehad vanavond ik win mis
schien wel al het geld terug en dan hoeft Fay.
Dat was alles. Lance zou jaren van zijn leven,
ja alles gegeven hebben, als hij nog meer gehoord
had. „En dan hoeft Fay...." Hij liet zijn ver
beelding den vrijen loop het viel niet moeilijk
het een en ander te combineeren.te raden.
te gissen,En dan hoeft Fay niet met je te
trouwen 1" Dat had Tom natuurlijk willen zeggen.
Wat een dwaas, dat hij daar niet dadelijk aan ge
dacht had. Was het niet de natuurlijkste ver
klaring voor dat afschuwelijke huwelijk Chèques
wissels.... vervalschingen, nattitirlijk.
Een jongen als Tom in handen van dezen gauwdief
en Fay het slachtoffer van beiden. Hoe nu de
waarheid uit Tom te krijgen? hoe te achterhalen,
welk bedrag aan dien afzetter betaald moest wor
den om Fay van deze afschuwelijke overeenkomst
vrij te koopen De oude heer met het kale hoofd
zeurde maar door. Lance, met z'n eigen, stormachti
ge gedachten bezig, hoorde niets anders meer dan
de herhaling van dien eenen afgebroken zin
„En dan hoeft Fay...."
De spelers keerden naar hun plaatsen terug,
het spel begon weer. „Banco Het was Tom's
stem, opgewonden en schril. Voor het overige
heerschte er een plechtige stilte, slechts af en toe
onderbroken door het geritsel van geld, een vloek,
of wat onderdrukt gegichel.
Plotseling hoorde Lance een zachte, welluidende
stem in zijn nabijheid. Eenigszins verschrikt
keek hij om zich heen. De oude kaalhoofdige heer
was verdwenen. In zijn plaats zat een vrouw met
fluweelzwarte oogen en een zachte, warm getinte
huid. Hij huiverde even, maar probeerde te glim
lachen.
„Veel verloren vanavond, beste jongen vroeg
de vrouw.
Lance mompelde een excuus en stond op, liet
haar op den divan achter, terwijl zij hem met
smachtende oogen nakeek. Zijn oogen zochten
Tom, de oorzaak van de meest schandelijke over
eenkomst, die ooit tusschen een man en een vrouw
was geslotenTom, die met koortsige handen
de schakels smeedde van de keten, die zijn eigen
zuster voor een leven aan dezen vriendelijken
bedrieger, aan dien eigenaar van dit gemeene speel
hol, vastketende.
Het geluk had Tom den rug toegekeerd. Hij ver
loor. De stapel papiergeld was reeds aanzienlijk
gedund. Ieder oogenblik schoof hij meer bank
biljetten over tafel, die öf bij Mr. Horfman terecht
kwamen öf bij een van diens vrienden. Een paar
bezoekers waren reeds vertrokken winnaars of
verliezers, de nacht had ze allemaal opgeslokt.
Geen geluid, geen „bonjour" of „goedennacht"
werd gehoord alleen het openen en sluiten van
een deur
„Ben je klaar, Parker
„Wat Ga je al
„Natuurlijk. Ik heb nog een vijftig mijl voor den
boeg, dat weet je toch wel."
„Goed, ik kom."
Het aanzetten van een motor dan niets meer
De vrouw met de vriendelijke zwarte oogen was
in een hoekje in slaap gevallen. Haar echtgenoot
won. Dat zou wel een nieuw paarlen halssnoer of
een bontjas beteekenen. Zij zou wel wachten tot
hij klaar was om haar mee naar huis te nemen.
Zij was mooi, zooals ze daar zat met het donkere
hoofd tegen het goudkleurige pluche, haar nogal
gevuld figuur in een sierlijke houding. Haar handen
lagen in haar schoot.
Lance was besloten niet weg te gaan vóór hij
Tom had overgehaald met hem mee te gaan, om
hem de waarheid te ontrukken. Hij was doodmoe,
zijn oogen deden pijn van den rook. Toen de laatste
gasten opstonden, kon hij haast niet meer op zijn
beenen staan. Allen gingen heen. Er heerschte een
geroezemoes van stemmen. De dames hulden zich
in hun kostbare bontmantels.
„Hoe is het met jou gegaan?"
„O, ik heb verloren, zooals gewoonlijk
„Mark heeft een beetje gewonnen. Was hij maar
een half uur eerder weggegaan
„Kom je morgen....?"
„Jazeker...."
Alleen Tom was bij de tafel blijven zitten. Er
lag nog een klein stapeltje banknoten, een heel
dun stapeltje maar. Zijn ellebogen rustten op de
tafel en hij zat met de handen in 't haar. De anderen
gingen de kamer uit en de vestibule door, die toe
gang gaf tot een achteruitgang.
De wagens stonden nog te wachten, de chauffeurs
waren bijna ingeslapen. Het was reeds volop dag
de zon stond al hoog aan den hemel. Lance ademde
de heerlijke zuivere lucht in met een gevoel van
opluchting, van vreugde bijna. Allerlei lieve,
prettige geluiden bereikten zijn oor. Hij luisterde
ernaar en was doof voor het lawaai en geroezemoes
van deze menschen, die hun motor aanzetten, over
bodige dingen zeiden, wegreden en beloofden
morgen terug te komen om nogmaals dit onge
repte, jonge land met hun ondeugden en bedriege
rijen te bezoedelen. Lance hoorde ze niethij hoor
de het knarsen van boerenwagens over den weg,
het geblaf van verre honden, het gekwetter der
vogels en het suizen van het morgenwindje door
de statige pijnboomen.
Zijn oogen zochten verlangend in de verte,
waar de heuvels overgingen in de uitloopers van
het Rotsgebergte, en waar een verlaten blokhut
hem toeriep te komen en vrede en vreugde te
KORTE INHOUD VAN DE VORIGE AFLEVERINGEN
Amos Beijvin, een luchthartig Londensch student, wordt
plotseling genoodzaakt, zich een bestaan te scheppen, daar
zijn vader hem slechts weinig fortuin nalaat. Deze heeft zich
in een vlaag van zwaarmoedigheid van het leven beroofd na
het vertrek zijner vrouw. Amos heeft eerst eenige maanden
bij Canadeesche vrinden, de familie Mazelde, doorgebracht,
en zich mei hun dochter Fay verloofd. Londen terugge
keerd, bezoekt hij met eene vriendin, Muriel Lampière, een
nachtclub; er wordt een inval gedaan, hij helpt Muriel ont
vluchten, maar stelt zich onder invloed van den wijn bij zijne
arrestatie teweer en doodt bij ongeluk een agent. Hij wordt
veroordeeld tot twee jaar dwangarbeid op de reis naar de
gevangenis te Dartmoor derailleert de trein, waarmee hij
wordt overgebracht; zijn bewakers zijn beiden dood. en een
verpleegster, die zich voor hem interesseert, redt hem en
doet hem doorgaan voor een zekeren mr. Madoc, die bij de
treinramp om het leven is gekomen. Zij vertrekt naar haar
zuster in Winnipag, en helpt hem met het paspoort en in de
kleeren van Mr. Madoc uit Engeland te vluchten, eveneens
naar Canada. Na verschillende betrekkingen komt hij tenslotte
als knecht op de farm van mr. Crum. Op een goeden dag
redt hij op den weg bij de farm de ziekelijke mrs. van
Menterghem en haar verpleegster (die Blauwoogje, zijn be
schermster, blijkt te zijn), wier paard op hol geslagen was.
In het huis van den heer van Menterghem blijkt hem, dat
deze na den dood van den heer Mazeline met diens weduwe
getrouwd is, en ontmoet hij zijne vroegere verloofde Fay, die
thans zoo goed als geëngageerd is met een Duitschen Canadees
mr. Oskar Horfman. Hij neemt het voorstel van ntr. van Men
terghem aan, om bij dezen in dienst te treden als zijn assis
tent en als opvoeder van Fay's lastigen jongen broeder Tom.
Hij moet Tom bevrijden van Horfman's slechten invloed,
waardoor hij tot spelen en drinken kwam. Horfman bezit
eenige valsche chèques, waarmede Tom oplichting heeft ge
pleegd; hij heeft die zaak echter verzwegen, op voorwaarde,
dat Fay hem huwen zou. Fay en de verpleegster, Blauwoogje,
houden als bij onderlinge stilzwijgen, de afspraak voor mevr.
Van Menterghem verborgen, dat mr. Lance Madoe, die een
weinig veranderd is, dezelfde is als Amos Beijvin. Trouwens
Blauwoogje's hulp is voor de oude dame langzamerhand
overbodig en zij vindt nu eene betrekking in een naburig
ziekenhuis. Lance Madoe weet zich in het vertrouwen te
dringen van Horfman, en ontdekt, dat deze bij zijn huis een
grootsch speelhol houdt. Hij is daar ook op een avond, wan
neer Tom er groote winsten maakt en nu meent,van Horfman
de valsche chèques en wissels te kunnen terugkoopen.
vinden in de echte nieuwe wereld, AT i a
de wereld waar een man een man IN O* II
is en geen zinlooze marionet en
de vrouw nog een reine ziel bezitde wereld,
waarin ondeugd en valschheid en onwaardige
kwanselarij nooit zouden doordringen, de Nieuwe
Wereld, waarin hij en Fay samen gelukkig hadden
kunnen zijn, als er geen schurkenstreken, geen
laagheden waren geweest, die hen van elkander
scheidden
TWAALFDE HOOFDSTUK
'"Tom, je moest me eens vertellen...."
Lance was er tenslotte in geslaagd Tom te
pakken te krijgen op de warande, waar de jongen
het zich op een ligstoel gemakkelijk gemaakt had.
Hij lag daar met gesloten oogen en uit iederen
trek van zijn gelaat spraken vermoeidheid en
losbandigheid, en dót, terwijl hij nog maar een
jongen waseen kind bijna.
Mr. van Menterghem was, na een lang gesprek
met Lance, dien morgen, in zijn wagen naar
Glamisdale vertrokkenMrs. van Menterghem
rustte, en Fay was nergens te bekennende kust
was dus veilig. Tom ontweek Lance zooveel moge
lijk hij was dien morgen in een van de elegante
Lincolns van Mr. Horfman aangekomen en had
botweg geweigerd Lance een handje te helpen
met de veulens, die nog altijd maar een póór
kunstjes kenden. Tom had geen zin, er met Lance
op uit te gaan. Hij was knorrig en moe. Sinds de
lunch zat hij op de warande met een glas. een
flesch en een karaf whisky bij zich.
Hij had de oogen gesloten en voelde zich ver
moeid, ziek naar lichaam en geest. Nog suf van
de fuif van den vorigen nacht en te lui om zijn
loomheid af te schudden, was hij half ingeslapen,
toen Lance's stem, ongewoon scherp van toon,
hem dwong de gesloten oogen even op te slaan.
Lance had een stoel bijgeschoven en hem zon
der veel plichtplegingen bij de schouders geschud,
welke vrijheid Tom hem hoogst kwalijk nam, hoe
wel hij zich nog niet sterk genoeg voelde om hem
die onbeschaamdheid betaald te zetten.
„Ik ben niet van plan je iets te vertellen,"
mompelde hij. „Ik heb razende hoofdpijn...."
Maar Lance kende geen medelijden.
„Natuurlijk," zei hij koel. „Wat kan je anders
verwachten Maar al lag je ook op sterven, je
zou me tóch moeten vertellen, wat Fay met dat
afschuwelijke speelhol heeft uit te staan."
„Niets, wat jou aangaat. En schiet nu op, laat
me met rust."
„Wat heeft Fay met dat speelhol uitstaande
hield Lance aan. „Waarom laat je haar trouwen
met dat zwijn, zonder haar iets van zijn minder
waardige practijken te vertellen?" Toen Tom
mond en oogen gesloten hield, ging Lance verder
„Als je 't me nu niet zegt, ga ik raden...."
„Je kletst."
„Ik heb genoeg gezien en gehoord; het is niet
zoo moeilijk te raden, dat jij je zuster aan dat
zwijn verkooptdie hond betaalt je speelschulden
of erger
„Hou je kop dicht
„Als je niet beleefder wenscht te spreken, vriend,"
ging Lance onverstoorbaar voort, „kon je nog
wel eens een pak voor je broek krijgen. Je zól
luisteren. Dat huwelijk moet verhinderd worden,
hoor je Het moet verhinderd worden, kost wat
het kost 1 Hoeveel ben je Horfman schuldig
„Dat zijn jouw zaken niet."
„Ik ben bezig ze tot mijn zaken te maken. Wees
maar niet bezorgd. Eén spaak heb ik al in
Mr. Horfman's wiel gestoken."
„Hoezoo
„Mr. van Menterghem heeft met dat vriendelijk
heerschap een gesprek gehad."
„Wat bedoel je
„Precies, wat ik zeg. Ik had vanmorgen het
voorrecht de oogen van je stiefvader te openen
voor de opmerkelijke dingen, die op Sans Souci
gebeuren."
„Dat heb je niét gedaan