No. 28
VRIJDAG 25 SEPTEMBER 1931
551
Tom was opgesprongen als een grommende
hond, die verschrikt is voor een stok. die ergens
verborgen kan zijn. Hij ging vlak voor Lance staan
en keek hem woest en uitdagend in de oogen.
..Als je je mond niet houdt...." herhaalde hij.
„Doe niet zoo dwaas," Tom, zei Lance heel
kalm. ..Je weet, dat ik ieder woord, dat ik zeg.
meen."
„Doe niet zoo dwaas," echode Mr. Horfman
temerig. Hij kwam uit zijn makkelijken stoèl
overeind en duwde Tom opzij. Dan liep hij dicht,
heel dicht, op Lance Madoc toe, en keek hem,
met een gemeenen glimlach op zijn gezicht, recht
in de oogen.
„Dus je meent ieder woord, dat je zegt, mijn
vriend zei hij.
„Ik ben uw vriend niet," antwoordde Lance.
Maar ik meen alles, wat ik zeg."
„Je bent voornemens je tusschen mij en Miss
Mazeline te dringen
Inderdaad
„En me uit deze streek zooals je het heel
ulgair uitdrukt weg te jagen
„Juist I"
„En hoe stel je je dat voor; als ik vragen mag
.Door Miss Mazeline de waarheid te zeggen,
tenzij Tom het voor me doet, en door de polite
op de hoogte te brengen van hetgeen er hier op
Sans Souci gebeurt die zal dan de rest wel doen."
„Is dat alles?"
„Neen, nog niet." En nu was het Lance Madoc,
die heel dicht bij Mr. Horfman kwam staan en die,
daar hij grooter was, op diens onbewogen, spottend
celaat neerkeek. Toen zei hij„Ik ben ook van plan
de politie te zeggen wat ik van het hooge punt
waar ik stond, toen het benzinereservoir van
Mr. van Menterghem's auto in brand vloog, heb
waargenomen."
Een onderdrukte kreet van Tom. Een schaduw,
meer was het niet, vloog over het gezicht van
Mr. Horfman; gedurende een oogenblik leek zijn blik
minder vast, minder spottend. Doch dit duurde
slechts een seconde het volgend moment bracht
I lorfman zijn sigaar aan den mond, deed een langen
haal, tipte de asch er af, en zei kalm
„Zoo I En wat heeft u dan gezien, als ik vragen
mag
„Heel veel," zei Lance, „ofschoon niet alles wat
gebeurd is."
„Zoo I" herhaalde Mr. Horfman. „Als ik u goed
begrijp, bent u dus van plan naar de politie te
gaan met een verhaal, over wat u op dat oogenblik
meent gezien te hebben 7"
„Inderdaad Ik ga naar de politie om te zeggen,
wat ik gezien heb
„U gaat naar de politie....
„Ja," zei Lance enkel.
„Wat?" vroeg Mr. Horfman heel
langzaam en heel kalm ieder woord
wegend. „U gaat naar de politie
i Amos Beyvin
Gedurende enkele seconden heersch-
'o er een doodsche stilte in de kamer,
Mr. Horfman draaide zich sierlijk op
zijn hielen rond en deed een paar
trekken aan z'n sigaar. Nadat hij
dezen slag toegebracht had keek hij
naar het effect, dat zijn woorden op
l ance hadden gemaakt. Hij nam hem
van het hoofd tot de voeten op, liet
een kort spottend lachje hooren, en
draaide zich om. Blijkbaar vond Horf
man het nog niet voldoende, dat deze
pijl doel getroffen had, want hij was
de eerste, die de stilte verbrak.
„Ik denk, dat je het wel minder
prettig zult vinden, Mr. Amos Beyvin,"
zei hij, „als de politie zich in jouw
zaken mengt. Ik denk ook niet, dat
de politie bereid zal zijn, naar beschul
digingen te luisteren van een ont
vluchten gevangene, die sinds twee
j aren een leven van bedrog leidt, in
plaats van zijn tijd in Dartmoor uit
ie zitten
„Dat zullen we zien," antwoordde
Lance kalm, „maar ik denk, dat u
wel zult ondervinden, Mr. Horfman,
dat de politie in zekere gevallen net
zoo goed luistert naar een ontvluch
ten gevangene, als naar een eerlijk
man".
„Wat bedoelt u daar precies mee?"
„Dat uw verkapt dreigement totaal geen in
vloed op mij heeft. Ukunt doen wat u wilt, maar ik
ga eerst naar Miss Mazeline en dan naar de politie."
„Waar ik u voor zal zijn met deze interessante
krantenuitknipsels, welke wijlen Mr. van Menter
ghem naar het schijnt altijd bij zich droeg."
Hij keerde zich naar den schoorsteenmantel en
greep een portefeuille, die daar lag. Zij stond bol
van de bankbiljetten. Mr. Horfman nam er een
pakje krantenknipsels uit en legde de portefeuille
weer weg. Een voor een keek hij de stukjes papier
door het waren krantenuitknipsels, met hier en
daar een foto. Lance sloeg hem onbeweeglijk gade
en Tom viel in een stoel, en verborg zijn gezicht
n de handen.
„Dus u heeft Mr. van Menterghem vermoord,
en hem zijn portefeuille ontstolen," zei Lance.
„Daar zult u voor hangen, Mr. Horfman, zelfs op
de verklaring van iemand, die eigenlijk in de ge
vangenis thuishoort."
„Ik heb den ouden heer niet vermoord," ant
woordde Mr. Horfman cynisch. „Dat heeft Tom
gedaan."
„Hond, ellendige hond....!" Het was Tom,
niet Lance, die dezen kreet als een woedend dier
uitstiet. Hij zou den ander naar de keel zijn ge
vlogen, had hij er de kracht voor. gehad. Maar hij
was te gebroken, te diep ongelukkig, en te beangst
voor deze beide mannen, wier vijandschap hem tot
een speelbal had gemaakteen speelbal, die. als
en vuil vod, in de modder zou worden geschopt.
„Hond, ellendige hond...," herhaalde hij eenige
malen. „Vervloekte, ellendige hondHij zat
nog altijd met de ellebogen op zijn knieën, het
hoofd in zijn handen, en zijn handen in het haar.
Hij snikte als een kind. Lance wist niet, wien van de
twee hij het meest moest verachten maar met Tom
had hij medelijden, en dan.... Fay.... Fay
was er ook nog.
Mr. Horfman had de krantenuitknipsels weer
zorgvuldig in de portefeuille weggeborgen. In een
hoek van de kamer stond een brandkast, en daarin
sloot hij de portefeuille weg.
„In geval u mocht denken," wendde hij zich weer
tot Lance, „dat ik maar wat klets, Mr. Beyvin,
laat me u dan vertellen, dat ik niet de eenige ben,
die gezien heeft, hoe Tom Mr. van Menterghem op
het hoofd sloeg en de portefeuille uit diens zak
griste. Ik had op dat oogenblik twee vrienden bij
me. Er zijn dus getuigen om de waarheid van mijn
woorden te bevestigen, de smerige leugens die u
over me vertelt, te ontzenuwen...."
„Een paar ellendige lafaards, die bij u in de
schuld staanzei Lance.
„Dat zult u moeilijk kunnen bewijzen, Mr. Beyvin.
Déér zou ik dus maar over zwijgen, als ik
u was. Bovendien," voegde Mr. Horfman er met
een gemeen lachje aan toe, „kijk maar eens naar
Tom. Hij ziet er nu niet bepaald uit alsof hij de
waarheid ontkent
Lance wendde zich tot Tom. „Is het waar,
Tom vroeg hij. Maar de jongen was aan het eind
van zijn krachten hij was op van de zenuwen.
Hij leunde achterover in zijn stoel, de oogen
gesloten, alsof hij de heele wereld uit zijn gedachten
wilde bannen. Zijn voorhoofd was klam tranen
rolden over zijn wangen, en zijn lippen trilden,
als trachtte hij vergeefs te spreken.
Lance kon hoe gaarne hij ook gewild had
zijn verontwaardiging niet bedwingen.
„Tom In 's hemelsnaam Kom tot je zelf
Is het waar
Tom opende de oogen en keek met afwezigen
blik om zich heen, tot hij Mr. Horfman zag. Een
siddering voer hem door de leden een sprank
van woede er) haat lichtte in zijn oogen. Moeizaam
beurde hij zijn arm op, en met bevende hand wees
hij naar den man, die het verderf van zijn leven
was geweest. „Hij wou geld hebben," stotterde
hij onsamenhangend. „Hij had die chèques
hij zinspeelde er op, dat.dat mijn stiefvader
geld bij zich had
Mr. Horfman haalde de schouders op: „De
vrouw verleidde mij en ik at van den appel,"
citeerde hij luchtig.
„Je weet, dat je mij op het idee hebt gebracht,"
mompelde Tom, „en naderhand...."
„Naderhand 1" zei Mr. Horfman. „Wat dat
„naderhand" betreft heb je gelijk. Ik adviseerde
je den wagen in brand te steken omdat dit het
eenige middel was om niet op heeterdaad betrapt te
worden. Nietwn Mr. Beyvin Gelukkig passeerde
ik toevallig met mijn vrienden in m'n wagen.
„Dat is gelogen," onderbrak Lance hem. „Je
kwam er niet toevallig langs. Jij en ie fijne vrienden
lagen in het bosch op dezen..dezen jongen dwaas
te wachten. Als jij toevallig was langs gekomen,
zou ik, van de plaats waar ik stond, je wagen wel
gezien hebben...."
Plotseling hield Lance op. Hij had dat niet
willen zeggen, omdat hij er half en half zijn geheim
mee- verried. Doch Mr. Horfman was handig
genoeg, hem er op te pakken. „Zoo, dat is dus het
leuke verhaaltje, dat je de politie wilde vertellen.
Enfin," vervolgde hij schouderophalend „als je
dat wilt als je dat wiltJe moet het zelf
weten. Dat ik in Glade Wood was, toen Tom den
ouden van Menterghem neersloeg, is voor mij, noch
voor mijn beide vrienden van belang. Je bent dus,
als ik het goed begrijp, beslist van plan, ons allemaal
er bij te lappen, jezelf incluis Wordt voortgezet)
Rustige hanen le MiMetharnis.