HEÜfl Een moeilfjk nasi Ie houden paling nan bisoudere afmetingen gaal den emmer in. No. 29 VRIJDAG 2 OCTOBER 1931 De onergedulrBge liefhebbers Dan deze stille sport, kalm een pijpje rookend. Enen den dobber nazien. Geheimzinnig is de sport mei' hel kruisnelhet is een spel nan ammtuur, 'I is een gok. te hooren, dan het piepen van de katrollen als het net wordt opgehaald, en het dof geplas, waarmee h?t terug in het water zinkt. Het visschen óm de visch is een beroep het visschen óm de sport is een luxe. Ze zijn onver beterlijk, de peueraars den heelen zomer zie je ze uittrekken met hengels of netten, ongeacht of de vangst klein dan groot is. Ja, het gebeurt soms, dat een groot deel van die vangst weer terug in het water gaathet is immers om de sport te doen Over het algemeen wordt er nu ook niet zooveel gevangen. Het Zeeuwsche binnen water is niet bijzonder vischrijk. En de meest vischrijke wateren worden in beslag ge nomen door beroeps- visschers. Interessant is de Schouwsche pa- ling-visscherij. Op westelijk Schou wen zijn er in het land veel drinkputten (val- ten) voor de beesten. Hierin komt veel pa ling voor, de z.g. Schouwsche paling, die een enorm gewicht kan bereiken, en feite lijk alleen geschikt is voor inmaak. Wanneer nu in een drogen zomer zoo'n put bijna uitgedroogd is, dan gebeurt het dikwijls dat de boeren knechts in het water stappen en met hun handen op jacht naar paling gaan. Het is ongelooflijk, wat er uit zoo'n kleinen put aan visch te voorschijn kan komen. Eén hebben we er leeg zien halen en dit bracht ongeveer 300 pond paling op 1 Maar hier gaat het niet meer om de sport. Evenmin als het om de sport gaat bij de visschers om den broode, die eiken dag opnieuw de Schelde opvaren. Evenmin als bij de visschers- vrouwen die hun manden in den trein hijschen en er op uit gaan om de visch aan den man te brengen. De sport is voor de menschen met veel vrijen tijd, en, het moet worden gezegd, 't is een gezonde en een goedkoope sport De fuiknisscher laat de fuiken neer.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1931 | | pagina 3