cDoor ^LND
a
SÏEDESTEMMEN
540
VRIJDAG 23 OCTOBER 1931
No. 22
R
G
COLYNSPLAAT.
Toen 'k een kleine jongen was
Kwam ik eens op Kooltjesplaate
Al wat ik maar wenschen kon.
Vond ik daar in ruime mate
Snoepwinkels! op alle punten
Doken ze verlijd'lijk op,
Met hun bleeke pepermunten
En hun lange klissen drop!
Als je d'een nog niet voorbij was
Stond je voor een andre al
'k Heb aan 't dorp maar één herinn'ring
Lekkernijen zonder tal
Hoeveel winkels er wel waren
Blijve hier maar onvermeld
Hoewel ik er zeker twintig
En wel meer nog heb geteld.
Zijn de Kooltjesplatenaren
Nu beleedigd of gevleid,
Dat ik hunne dorpsgeheimen
Geef aan de publiciteit?
Och, misschien heb k in mijn jeugdig
Enthousiasme misgeteld.
En zijn de Noord-Bevelanders
Toch degelijker ingesteld!
Zivare arbeid aan de (loesche wallen.
Ken aardig overzicht skjjkje op de Philipinsche hanen.
ken uitstapje van
(le A rnemuidensche
.eugd naar Vieun>-
'and.
Dijkwerkers le Weslkapelle.
Die zien er toch
nog al nroolijk uil.
alle crisis ten spijl.
We troffen hen in
Wisse kerke, maar
ze komen nan Wal
cheren, volgens de
kleederdrackl
- /Vu den arbeid. Hiertoe geeft vooral de kar
in ruste het idee ouder SV. Maartensdijk.