Sen 3aüüeme op morgenwandeling met hoax poedel* 55? VRIJDAG 6 NOVEMBER 1931 No. 23 i C~* eral„ speels ecu poosje nicl oen orn.1 en T scheurde hem dan eindelijk open. Beste Gerald, Dit zal toch wel een verrassing voor je zijn 1 Miss Susan is met me meegegaan en we hebben gedurende onzen geheelen overtocht het plan ge koesterd, om je niets van onze komst te laten weten en je te komen verrassen midden in je studenten leventje. We hebben zijdelings wel gehoord, dat je een harde werker bent, maar het is toch niet erg aardig van je, dat je zelf nooit van je laat hooren. Enfin, dat zal ik je nu maar vergeven. We hebben op het allerlaatste oogenblik onze plannen moeten wijzigen en jouw woonplaats van ons reisplan moeten schrappen. We kunnen je dus niet komen verrassen. Maar we hebben nu een veel beter plan gemaakt. W4 zijn naar Europa gekomen vooral voor de Festspiele in Bayreuth. We blijven deze week in Londen, waar Miss Susan haar vrienden gaat opzoeken uit haar kinderjaren en de kennismaking wil hernieuwen met haar speelgenootjes uit de mummieafdeeling van het Britsch Museum. Als ze daarmee klaar is, hopen we den vijftienden in Den Haag te zijn Kom ons daar nu afhalen. We bevelen en smee- ken het je tegelijkertijd. Miss Susan dringt er ook heftig op aan, omdat ze graag inet eigen oogen zou zien, of haar beste leerling van vroeger nu werkelijk zoo'n muzikaal genie geworden is, als ze altijd voorspeld heeft. DOOR K. VAN POPPELEN We zijn van plan verder langs den Rijn naar Mainz te gaan, vandaar naar Neurenberg over Heidelberg en dan net op tijd voor de eerste voor stelling in Bayreuth aan te komen. Is dat geen prachtplan En mogen we op je rekenen Ik zal je ons adres nog wel nader opgeven Dus tot den vijftienden Dorothea. Londen, 7 Juni P. S. Ik sluit hierbij mijn laatste portret in, je mocht me anders na zoo'n tijd eens niet meer her kennen D. Gerald wierp den brief op tafel en bekeek het portret. Zonder de gedachte nu juist precies te formuleeren, was hij er zich toch bewust van, dat hij min of meer verwonderd was over het feit, dat zijn pols niet sneller begon te kloppen op het gezicht dat hem zoo welbekend was en dat hij er slechts met vriendschappelijke nieuwsgierigheid naar keek. ,,Toch is ze wel knap geeuwde hij, naar zijn pijp grijpend. Maar toen hij een paar trekjes gedaan had, kwam zijn kostjuffrouw binnen met de bood schap: „Daar is Fraülein Kenley, meneer Osborne!" en ze werd door de jonge dame in kwestie op den voet gevolgd. „O, Gerald, je hebt het natuurlijk vergeven, is het zoo niet heelemaal vergeten, dat we naar de Negende Symphome zouden gaan „Dat is me totaal ontgaan riep hij opspringend uit. „En.... hoe laat is het nu?" Hij keek op zijn horloge en wendde zich dan half om naar de tafel. Maar het was te laat. Helen had het portret reeds zien liggen. „Wie is dat vroeg ze op eer toon, die uitleg vorderde. „Ocheen meisje, dat ik nog van thuis ken." „Ze is erg knap, is het zoo niet Hoe heet ze „Dorothy Pierce," antwoordde hij bijna norsch. „Gek, dat je nooit over haar gesproken hebt," vervolgde Helen. „Ik geloof, dat ik je altijd over iedereen vertel, die ik ontmoet Ondanks zichzelf voelde Gerald zich wat in de war, want niemand is gesteld op zulke schim men uit het verleden en hij was te eerlijk om te gaan liegen, dat miss Pierce nooit méér dan een gewoon kennisje was geweest. „Och, kijk eens, Helen," zei hij, naar de juiste woorden zoekend, „als een jongen in z'n vlegeljaren al eens 'n dwaasheidje uithaalt, dan hoeft hij dat toch nog niet van de daken te verkondigen, om ieder een te laten hooren, dat hij tot andere gedachten gekomen is 'n Mensch erkent nu eenmaal niet graag een fout en dat kun je het hoogstens noe men. En dantegenover het meisje zelf is het ook niet netjes „En is het dan wel netjes tegenover. het volgende meisie, om zooiets stil te houden vroeg ze vinnig

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1931 | | pagina 14