■2fe 5<ytenótnaat te Xeeuwanden met de benoemde „Olde No. 25 VRIJDAG 20 NOVEMBER 1931 619 te zeggen, het blad op tafel en sloot de deur weer achter zich, toen hij wegging. Maria wilde hem niet aanzien en niet spreken hij had iets van zijn eigen on- biiigzamen aard in haar wakker gemaakt. De na-middag kroop tergend-traag, folterend-langzaam voorbij een mooie middag, de brem gloeide geel in de heide in den glanzenden zonneschijn, hindelijk, eindelijk begonnen de schaduwen langer te worden.. Maria had honger en de storm van haar gedachten was tot wanhoop geworden. Beneden was het stil de beklemming van het booze zwijgen was den heelen langen dag nauwelijks door een woord gebroken ze balde haar vuisten in een haast zinnelooze woede, maar wat gaf het, wat kon zij doen Zij keek lusteloos naar buiteTi en toen opeens vlamde haar, door een schok gewekte, belangstelling op. Daar wandelde Mr. Rogers, zijn schaduw viel over de heggen en gleed langs het weiland. Hij kwam langs het huis en was weldra weer uit het gezicht verdwenen, maar straks zou hij zeker terugkomen natuurlijk zou hij er niets van begrijpen waarom de meisjes hun belofte niet tiehouden hadden. Maria's op avontuur-beluste energie was ontwaakt en zij nam een besluit, /.ij was wel bang, maar dat hield haar niet terug. Zij zou het raam openen, het was het venster van een dakkapel, uitkomend op 't hellende dak, er uit klimmen, zich langs de gladde leien laten afglijden en in den tuin neerploffen. Hoog was het niet, dus er bestond nauwelijks gevaar dat ze zich bezeeren zou. Mr. Rogers zou de heele waarheid hooren. Dan zou hij met haar mee naar huis gaan en samen zouden ze haar barschen vader tegemoet treden Zij gaf zich geen rekenschap van de gevolgen van deze escapade. Zij zou een martelares zijn, dus moest zij in haar beste kleeren gaan, vond ze. Zij dacht niet aan de geringe breedte van het venster, niet eerder, dan toen zij haar crinoline al aan en haar hoed met de linten opgezet had en toen was er geen tijd meer om zich in andere kleeren te steken. Als ze dót deed zou Mr. Rogers weg zijn en zelfs als zij tijd genoeg had gehad, zou het bedroefd kleine beetje, dat zij van haar zelfrespect had overgehouden, den troost en de aanmoediging van een indrukwekkend toilet hard noodig hebben Het raam kraakte toen zij het opendeed en zij luisterde even in angst en vreezen, maar beneden bleef het stil het geluid was daar blijkbaar niet gehoord. Resoluut stapte zij op een stoel, gereed om den beslissenden stap te doen, maar de hoepelrok bleef vastzitten, hopeloos vast en alleen een wit bekoust been bungelde over het vensterraam I Zij kon den hoepel niet samendrukken om haar lichaam gelegenheid te geven het been te volgen. Als Mr. Rogers nu verscheen, wat zou hij dan wel van haar denken? Een donkerroode blos kleur de haar gezicht. Maar zij had zichzelf gezworen dat ze ontsnappen zou Het was zoo stil, dat zij het getjilp van de vogels boven de heuvels kon hooren en het kloppen van haar hart zóó luid, dat het haar deed huiveren. Maria raapte al haar moed bijeen het was gemakkelijk op het raamkozijn te zitten met haar beenen in de kamer. Toen duwde en trok zij zachtjes.. Zij had er niet bij stil gestaan, dat zij haar kleeren kon scheuren, of dat zij op de dakpannen kon uitglijden óf zich, ondanks de geringe hoogte, toch bij het neerkomen bezeeren. Maar opeens dacht zij aan al die mogelijkheden tegelijkertijd als in een flits ze schrok van p ng hoefgetrappel en verloor haar hoofd en haa. iwichtDe crinoline hield haar een oogenblik tegen, maar toen scheurde de taf en Maria rolde naar den hoek van het dak. De regenpijp ving den hoepel op en brak even haar val, niaar de gescheurde stof bood geen weerstand meer wèg was ze en met een krak belandde onze jongedame in een bloembed. Ze was vreeselijk ont steld en ze had zich bezeerd ook, maar dat vergat ze allemaal, in den afschuw en de schaamte van het feit dat zij Kapitein Fenwick over zich heen gebogen zag. En om de maat vol te maken wap perde boven op de goot de aan flarden gescheurde crinoline, als het zielig doorschoten vaandel van een verslagen troep. Kapitein Fenwick trok zijn jas uit, gaf die aan Maria en draaide zich om maar zij beefde teveel om het kleedingstuk zonder hulp te kunnen aandoen ze zag de schouders van den kapitein op en neer gaan en ze wist, dat hij schudde van het lachen. Maar de arme Maria zat tusschen de bloemen en schreide bittere tranen. Kapitein Fenwick probeerde haar te kalmeeren en hij kon het op zijn dooie gemak doen, omdat de huiskamer aan de andere zijde van het huis lag en de vader en de zusjes van het heele tragi-komische geval niets hadden gemerkt. De menschlievende of beter gezegd meisjeslievende Kapitein nam haar in zijn armen en toen hij haar genoegzaam had getroost, slipte hij de openstaande keukendeur in, griste een tafellaken weg, dat gelukkig op het aanrecht lag, drapeerde Maria erin, zette haar voor zich in het zadel, reed met haar naar zijn woning en gaf haar over aan de hoede van zijn oudere zuster een goede ziel, die zijn huishouding bestuurde. Overgrootmoeder bracht haar uitbundige, snui vende en snerpende lachgeluiden weer ten gehoore. „Maar dat was toch niet alles,, wel protes teerden de kinderen, teleurgesteld dat. de geschie denis zoo plotseling uit was. „Goeie grutjes, lieve schatten, dat was pas het begin," verklaarde de oude dame opgewekt, „het begin van een óndere geschiedenis en van een heel gelukkige. Het eenige dat ik betreur," over grootmoeder zuchtte „is dat ik mijn vader nooit heb teruggezien. Zijn houding tegenover Logan was zóó onredelijk, toen die De kinderen vielen haar opgewonden in de rede: „U was het?".... „Ja, ik was MariaAnn Maria,' antwoordde zij kalm-triomfantelijk. „En nu verlangen jullie nog van mij, dat ik de crinoline leelijk vir.d. Neen hoor, kinderen! De crinoline was allerliefstJullie over grootvader nam mij mee naar Parijs en Italië.... Mijn vader was gestorven, toen wij terug kwampn. Ik geloof, dat wij tien jaar zijn weg geweestde hoepelrok ging toen juist weer uit de mode. Maar ik hoop," voegde ze er hartelijk aan toe, „dat jullie kort haar en je dito japonnetjes jullie evenveel geluk zullen brengen als de crinoline mij gebracht heeft." „En Mr. Rogers riepen de kinderen, wier nieuwsgierigheid nog lang niet bevredigd was. „Trouwde Meg met Mr. Rogers Maar overgrootmoeder besliste „Eén verhaal per dag is voldoende. Jullie moet niet te veel ver langen van je stok-oude overgrootmoeder. En zij dreef ze de kamer uit. Toen de kinderen de deur uitgingen, klonk het snuivend giechelen van overgrootmoeder hen nog in de ooren.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1931 | | pagina 11