L Oui-Amattfoovl. yiaal-jianonama tc Jtifmecpn. No. 25 VRIJDAG 20 NOVEMBER 1931 deur werd opengerukt. De conducteur stapte in. Achter hem net verdere treinpersoneel en een stoet publiek. Het meisje stortte zich op den conducteur met een vertwijfe lenden schreeuw „God zij dank, gered.en met een zachte, gebroken stem, en op Parrott wijzend „Die man heeft me aangeval- enlk kon no8 net bij de noodrem komenMeer kon ze niet zeggen, ze snikte krampachtig. „Weest u maar kalm, dame, u staat nu onder onze bescher ming. De conducteur hielp het meisje voorzichtig de coupé uit. „Cowler wenkte hij een neger in uniform, „breng deze dame in den dienstwagen en geef haar wat te drinken Met een buiging en begrijpend tandengeschitter voerde Jim Cowler het bevel uit De conducteur had het portier gesloten. Hij greep met de hand in zijn jaszak. „Meneer, u blijft rustig zitten, anders zal ik mijn revolver moeten gebruiken. Ik zal u op 't eerstvolgende station in handen der politie moeten geven." Parrott had kalm naar zijn sigaar zitten kijken. Nu zag hij den conducteur spottend aan en zei „Je vergist je man, ik rijd netjes mee naar New York Eer hij tot verdere verklaring kon overgaan Gefluister33" gek'°Pt' De conducteur deed vlug open! „Alstublieft meneer de commissaris, jawel meneer, ik zal buiten blijven staan." Terwijl de conducteur zich terugtrok hoorde men van bui- ten af en door het gangetje stemmen, die wilde verwenschingen en bedreigingen tegen Parrott uitstieten. De commissaris maakte een lichte buiging, toonde zijn politiepen ning, stelde zich kort voor „Henderson", trok toen een boekje uit Zijn zak en wendde zich tot den vreedzaam rookenden Parrott „Uw naam „Parrott, James Parrott uit San Francisco." „Bekent u, dat u in deze coupé een dame hebt aangevallen Parrott schudde het hoofd. „Helaas heeft de dame mij aan- gevallen. De commissaris kreeg een kleurtje. „Maak er alsjeblieft geen grapje van, Parrott. U schijnt niet te weten, welke straf de Ameri- kaansche wet voor zoo'n misdrijf heeft vastgesteld, drie jaar tuchthuisstraf, en dan moeten er nog verzachtende omstandigheden aan te voeren zijn." "D*ar maak lk, volstrekt 8een aanspraak op, meneer de commis saris Parrott had de bijna opgerookte sigaar voorzichtig uit zijn mond genomen en wendde zich nu tot Henderson „Wilt u eens goed deze sigaar bekijken Er is niet veel meer van over maar ziet u het lange grijze stuk asch Er is minstens twintig minuten voor noodig om deze sigaar, een zware Mexicaan, zoo n eind op te rooken. Alleen moet men in dien tijd geen dames aanvallen, anders valt de mooie zilvergrijze asch er zóó af. Begrijpt u t nu, meneer Henderson V* De commissaris keek zeer verbluft. „Dat is allemaal heel mooi, meneer Parrott, maar hoe verklaart u dan den gehavenden toestand van de dame, - de verscheurde blouse, en het opengekrabde gezicht 623 „Een geraffineerde truc, beste Henderson, die helaas dezen keer door een kleinigheid mislukt is...." De commissaris „Na melijk Parrott dat ik zoo'n hartstochtelijk roo- ker ben, anders was ik er op 't oogenblik leelijk aan toe, misschien even leelijk als die jonge dame, die u in mijn plaats aan 't eerste station zult moeten afleveren." Henderson schudde het hoofd. „Maar wat wou ze dan eigenlijk Parrott lachte, zeer tevreden. Hij hield de grijze kaars van zijn opge rookte sigaar in de hand en boog zich naar Hen derson toe. „Gaat u maar eens mee, naar de dienstafdeeling. Dan kunt u te hooren krij gen, hoe men met weinig moeite duizend dollar ver dienen kan, als men een geschikten reisgezel treft."

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1931 | | pagina 15